ECLI:NL:RBOVE:2021:1082

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
15 maart 2021
Publicatiedatum
15 maart 2021
Zaaknummer
08-997040-18 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor het dumpen van gevaarlijke chemische afvalstoffen en het voorhanden hebben van een stroomstootwapen

Op 15 maart 2021 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen een 55-jarige man, die werd beschuldigd van het overtreden van de milieuwetgeving. De verdachte had op 16 en 17 oktober 2018 gevaarlijke chemische afvalstoffen, afkomstig van de productie van synthetische drugs, gedumpt op zijn erf in de gemeente De Wolden. Dit gebeurde in het kader van een ontruiming van zijn woning. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk en wederrechtelijk handelingen heeft verricht die gevaar voor de openbare gezondheid konden veroorzaken. De verdachte werd ook beschuldigd van het voorhanden hebben van een stroomstootwapen, dat op 20 november 2018 in een stacaravan werd aangetroffen. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten en legde een gevangenisstraf van 24 maanden op. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten, gezien de risico's voor het milieu en de gezondheid van omwonenden. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan het dumpen van een grote hoeveelheid gevaarlijke stoffen, wat een ernstige bedreiging voor de natuur en de volksgezondheid vormde. De rechtbank hield rekening met eerdere veroordelingen van de verdachte en de omvang van de dumping, en oordeelde dat de verdachte geen verantwoordelijkheid had genomen voor zijn daden.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige economische strafkamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08-997040-18 (P)
Datum vonnis: 15 maart 2021
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1966 in [geboorteplaats 1] ,
wonende aan [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 1 maart 2021.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie,
mr. D. van Ieperen en van hetgeen door verdachte en zijn raadsman, mr. L. de Leon, advocaat te Utrecht, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, na wijziging van de tenlastelegging van 1 maart 2021, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:
op 16 en/of 17 oktober 2018 met een ander of anderen gevaarlijke afvalstoffen, afkomstig van de bereiding van (grondstoffen voor) synthetische drugs, buiten een inrichting heeft gestort, in de bodem heeft gebracht en/of heeft achtergelaten;
feit 2;
op 16 en/of 17 oktober 2018 met een ander of anderen handelingen met gevaarlijke afvalstoffen heeft verricht waarvan hij wist of had kunnen weten dat daardoor nadelige gevolgen voor het milieu zouden ontstaan, door restanten van een chemische vloeistof op of in de bodem te storten en/of achter te laten;
feit 3:
primair:
op 16 en/of 17 oktober 2018 met een ander of anderen gevaarlijke afvalstoffen, te weten restanten van chemisch afval afkomstig van de bereiding van synthetische drugs in de bodem, de lucht en/of het oppervlaktewater heeft gebracht, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid te duchten was;
subsidiair:
op 16 en/of 17 oktober 2018 met een ander of anderen gevaarlijke afvalstoffen, te weten restanten van chemisch afval afkomstig van de bereiding van synthetische drugs in de bodem, de lucht en/of het oppervlaktewater heeft gebracht, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid te duchten was, hetgeen aan zijn schuld te wijten is geweest;
meer subsidiair:
in de periode van 1 oktober 2018 tot en met 17 oktober 2018, zich schuldig heeft gemaakt, met een ander of anderen, aan uitlokking van dan wel medeplichtigheid aan het treffen van voorbereidingshandelingen met het oog op het plegen van strafbare feiten in de zin van artikel 10, vierde of vijfde lid van de Opiumwet;
feit 4:hij op 20 november 2018 te Belt Schutsloot een stroomstootwapen voorhanden heeft gehad.
Voluitluidt de tenlastelegging aan verdachte, na wijziging van de tenlastelegging van 1 maart 2021, dat:
1
hij op of omstreeks 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, althans in de maand oktober 2018, in de gemeente De Wolden, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, al dan niet opzettelijk, zich van (gevaarlijke) afvalstoffen heeft ontdaan door deze - al dan niet in de/een verpakking - buiten een inrichting te storten en/of anderszins op of in de bodem te brengen of te verbranden,
immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toen de inhoud van meerdere,
althans één, (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of emmer(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) een chemische vloeistof (waaronder APAA en/of N-formylamfetamine en/of natriumcloride en/of BMK en/of ammoniumcloride en/of natriumhydroxide) en/of amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de bereiding van) MDMA en/of BMK en/of amfetamine (synthetische drugs), althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen), geleegd en/of gestort en/of achtergelaten en/of anderszins op of in de bodem gebracht van/nabij het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde;
2
hij op of omstreeks 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, althans in de maand oktober 2018, in de gemeente De Wolden, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, al dan niet opzettelijk,
(een) handeling(en) met afvalstoffen heeft verricht en/of nagelaten waarvan hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs had(den) kunnen weten dat daardoor nadelige gevolgen voor het milieu ontstonden en/of konden ontstaan, niet aan zijn/hun verplichting heeft/hebben voldaan alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem en/of zijn mededader(s) konden worden gevergd, teneinde die gevolgen zoveel mogelijk te voorkomen en/of te beperken,
immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toen
de inhoud van meerdere, althans één, (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of emmer(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) een chemische vloeistof (waaronder APAA en/of N-formylamfetamine en/of natriumcloride en/of ammoniumcloride en/of natriumhydroxide en/of amfetamine), zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de bereiding van) MDMA en/of BMK en/of amfetamine (synthetische drugs), althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen), geleegd en/of gestort en/of achtergelaten en/of anderszins op/in de bodem gebracht van/nabij het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde;
3
Primair
hij op of omstreeks 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, althans in de maand oktober 2018, in de gemeente De Wolden, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk en wederrechtelijk
(een) stof(fen), te weten (een) restant(en) van een chemische vloeistof en/of afval afkomstig van de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de productie van) MDMA en/of BMK en/of amfetamine, althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen) op en/of in de bodem en/of in de lucht en/of in het oppervlaktewater heeft gebracht, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid en/of levensgevaar voor (een) ander(en) te duchten was,
immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), toen
de inhoud van meerdere, althans één, (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of emmer(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) (onder meer) APAA en/of N-formylamfetamine en/of natriumcloride en/of BMK en/of ammoniumcloride en/of natriumhydroxide en/of amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van MDMK en/of BMK en/of amfetamine (synthetische drugs), althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen),
geleegd en/of gestort en/of achtergelaten op/nabij het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde, waardoor dampen van voornoemde afvalstoffen die sterk zuur waren in de bodem en/of in de lucht en/of in het oppervlaktewater werden gebracht en/of vrij konden komen,
waardoor omwonenden en/of ter plaatse gegane personen, te weten (onder meer) een deurwaarder en/of ontruimers en/of toezichthouders, die respectievelijk bezig waren met de (aangekondigde) ontruiming van voornoemd pand en/of verzocht waren om onderzoek te doen naar voornoemde afvalstoffen werden en/of konden worden blootgesteld aan de dampen van voornoemde stof(fen),
terwijl het inademen van de dampen van voornoemde stof(fen) gevaar voor de openbare gezondheid veroorzaakte of kon veroorzaken, te weten klachten bestaande uit irritatie van de ogen en/of huid en/of luchtwegen, en/of duizeligheid en/of misselijkheid en/of bij blootstelling aan zeer hoge concentraties bewusteloosheid;
Subsidiair
het aan hem, verdachte en/of zijn, verdachtes mededader(s) schuld, althans aan zijn, verdachtes, schuld te wijten is geweest dat op of omstreeks 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, althans in de maand oktober 2018, in de gemeente De Wolden, meermalen, althans eenmaal, wederrechtelijk
(een) stof(fen), te weten (een) restant(en) van een chemische vloeistof en/of afval afkomstig van de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de productie van) MDMA en/of BMK en/of amfetamine, althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen) op en/of in de bodem en/of in de lucht en/of in het oppervlaktewater heeft gebracht, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid en/of levensgevaar voor (een) ander(en) te duchten was,
immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n),
toen de inhoud van meerdere, althans één, (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of emmer(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) (onder meer) APAA en/of N-formylamfetamine en/of natriumcloride en/of BMK en/of ammoniumcloride en/of natriumhydroxide en/of amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van MDMK en/of BMK en/of amfetamine (synthetische drugs), althans (een) (gevaarlijke) afvalstof(fen), gestort en/of achtergelaten op/nabij het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde, waardoor dampen van voornoemde afvalstoffen die sterk zuur waren in de bodem en/of in de lucht en/of in het oppervlaktewater werden gebracht en/of vrij konden komen,
waardoor omwonenden en/of ter plaatse gegane personen, waaronder een deurwaarder en/of ontruimers en/of toezichthouders, die bezig waren met de (aangekondigde) ontruiming van voornoemd pand en/of verzocht werden om onderzoek te doen naar voornoemde afvalstoffen, werden en/of konden worden blootgesteld aan de dampen van voornoemde stof(fen),
terwijl het blootstellen aan en/of het inademen van de dampen van voornoemde stof(fen) gevaar voor de openbare gezondheid veroorzaakte of kon veroorzaken, te weten klachten bestaande uit irritatie van de ogen en/of huid en/of luchtwegen, en/of duizeligheid en/of misselijkheid en/of bij blootstelling aan zeer hoge concentraties bewusteloosheid;
Meer subsidiair
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2018 tot en met 17 oktober 2018, althans in de maand oktober 2018, tin de gemeente De Wolden, [adres 2] ), tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk telen en/of bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van één of meer middel(en) vermeld op lijst I van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
 ( (telkens) één of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen en/of te doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen, en/of
 ( (telkens) zich en/of één of meer ander(en) gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen, terwijl hij, verdachte, en/of één of meer van zijn mededader(s) wist(en) of ernstige reden had(den) te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
hebbende hij verdachte en/of zijn mededader(s):
 ( (een) schuur/schuren, althans ruimte(s), gebruikt en/of laten gebruiken en/of ter beschikking gesteld voor de productie van synthetische drugs, en/of
 ( meerdere, althans één, onderde(e)l(en) van een productieopstelling en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) (laboratorium-)benodigdheden voorhanden gehad, waaronder vaten en/of jerrycans en/of emmer(s) en/of (papieren) zakken, en/of
 ( chemicaliën en/of grondstoffen voorhanden gehad, waaronder APAA en/of N-formylamfetamine en/of natriumcloride en/of BMK en/of ammoniumcloride en/of natriumhydroxide en/of amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) (afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van MDMK en/of BMK en/of amfetamine (synthetische drugs));
4
hij op of omstreeks 20 november 2018 te Belt Schutsloot, in de gemeente Steenwijkerland, althans in Nederland, een wapen van categorie II onder 5°, te weten:
 een stroomstootwapen, merk/type Taser International, M18 (Spoor identificatienr. AALH2769NL), zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht,
voorhanden heeft gehad.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Inleiding
Feit 1, 2 en 3 primair:
In de ochtend van 17 oktober 2018 ging (hulp-)officier van justitie Van der Veen, in het kader van een ontruiming, met een deurwaarder en enkele verhuizers / medewerkers naar een boerderijwoning gelegen aan de [adres 2] te Zuidwolde. De bewoner, [verdachte] (verdachte) verleende bij de ontruiming zijn medewerking. Rond 13:00 uur meldde de deurwaarder dat in de [getuige 6] achter de boerderij sprake was van een toestand die kon duiden op een dumping van gevaarlijke vloeistoffen. De brandweer werd ingeschakeld en deze heeft gerapporteerd dat in de [getuige 6] van de voormalige boerderij zeer waarschijnlijk een dumping van chemisch afval afkomstig van een drugslaboratorium had plaatsgevonden.
In de tweede helft van de middag heeft de milieupolitie bij de woning nader onderzoek verricht. [1]
Op het adres bleken als bewoner te zijn ingeschreven:
 [verdachte] , geboren [geboortedatum 1] 1966 te [geboorteplaats 1] en
 [medeverdachte] , geboren [geboortedatum 2] 1968 te [geboorteplaats 2] . [2]
Feit 4:
Verdachte is naar aanleiding van onderzoek naar de lozingen op 20 november 2018 aangehouden in een stacaravan op camping ‘ [camping] ’ te Belt Schutsloot. Tijdens een doorzoeking van die caravan is een wapen aangetroffen, naar men vermoedde een stroomstootwapen.
4.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft ter terechtzitting als haar standpunt naar voren gebracht dat de feiten onder 1, 2, 3 primair en 4 wettig en overtuigend kunnen worden bewezenverklaard.
Daartoe heeft de officier van justitie ten aanzien van de feiten onder 1, 2 en 3 betoogd, kort weergegeven, dat op het erf van de woning aan de [adres 2] - en daarmee buiten een inrichting - chemische afvalstoffen zijn geloosd. Uit het dossier blijkt dat vaten met dergelijke afvalstoffen op het erf zijn geleegd. Een dergelijk handelen kan schade toebrengen aan het milieu en nadelige gevolgen voor het milieu hadden zich ook reeds daadwerkelijk gemanifesteerd. Afvalstoffen afkomstig van de productie van drugs als amfetamine zijn volgens het NFI gevaarlijke afvalstoffen in de zin van de Wet milieubeheer. Er waren geen maatregelen getroffen om de (verdere) verspreiding van die afvalstoffen in de bodem en het grondwater te voorkomen.
Het dumpen van chemisch afval levert bovendien een gevaar op voor de volksgezondheid. Verdachte en de medeverdachte, [medeverdachte] , wisten dat de woning op 17 oktober 2018 zou worden ontruimd en dat er dus mensen zouden komen. Desondanks hebben zij de afvalstoffen in de [getuige 6] gedumpt waardoor dampen zijn vrijgekomen die - bij inademing - gevaarlijk zijn voor de gezondheid van die personen. Personen die ter plaatse zijn geweest hebben ook daadwerkelijk fysieke klachten ondervonden als gevolg van de dumping.
De officier van justitie acht bewezen dat verdachten de feiten onder 1, 2 en 3 in vereniging hebben gepleegd.
De officier van justitie is daarnaast van mening dat het onder 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezenverklaard. Verdachte heeft de beschikkingsmacht gehad over een stroomstootwapen en dat wapen opzettelijk voorhanden gehad.
4.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ter terechtzitting integrale vrijspraak bepleit van de ten laste gelegde feiten.
De raadsman heeft daartoe ten aanzien van de feiten onder 1, 2 en 3 aangevoerd dat niet vaststaat dat verdachte degene is geweest die de chemische afvalstoffen heeft geloosd op het erf van de voormalige boerderijwoning. De omstandigheden dat hij dat hij daar toen woonde en dat hij wist dat de woning zou worden ontruimd, zijn onvoldoende om te gelden als bewijs. Ook de inhoud van uitgelezen WhatsApp gesprekken is onvoldoende redengevend om tot een bewezenverklaring van plegen dan wel medeplegen van de feiten te komen.
Ten aanzien van feit 4 heeft de raadsman aangevoerd dat het dossier onvoldoende bewijs bevat om te oordelen dat verdachte wetenschap heeft gehad van de aanwezigheid van een stroomstootwapen in de caravan.
4.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1, 2, 3 primair en 4 ten laste gelegde feiten op grond van de hierna weergegeven feiten en omstandigheden, zoals die volgen uit wettige bewijsmiddelen. [3]
De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Feit 1, 2 en 3 primair:
Op 17 oktober 2018 omstreeks 17:15 uur gingen verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] van de politie, eenheid Noord-Nederland Team Milieu, ter plaatse.
De bewoner van de [adres 2] , verdachte, was reeds vertrokken. Rond 18:00 uur heeft de politie met leden van Forensische Opsporing een eerste inventarisatie verricht. [4]
De voormalige boerderij bestond uit een woonhuis, met aan de linkerkant een grote schuur, met diverse ruimtes (de voormalige stallen). Links van de grote schuur was sprake van twee vervallen kleinere schuren. Tussen de kleinere en de grote schuren was een onverharde ruimte. [5]
Bij de betreding van het erf was een chemische lucht te ruiken. [6] In de [getuige 6] was her en der sprake van zichtbare lozingsplekken; het gras was daar in waaiervorm platgeslagen en vergeelde hier en daar. Er waren opstijgende dampen te zien en men rook een sterk chemische lucht. Op sommige plaatsen was een kristalachtige stof in vaste vorm te zien, wit tot lichtgeel gekleurd, soms nog bruisend en dampend. Vanwege de dampen achtten verbalisanten het niet veilig om daar nog langer te staan. Ook in de grote schuur hing een chemische lucht. In de schuur was sprake van een afgetimmerd deel met daarin een blauw kunststof vat zonder deksel, voor driekwart gevuld met een doorzichtige vloeistof. Wolken damp dreven door de wind vanaf het erf in de richting van de schuur. Om veiligheidsredenen zijn verbalisanten teruggegaan naar de openbare weg. Die avond heeft het bedrijf Ecoloss een hoeveelheid blauwe plastic vaten afgevoerd. Het technische forensische onderzoek ter plaatse is de volgende dag voltooid. [7]
Op basis van het eerste onderzoek werd geconstateerd dat sprake was van een groot, ontmanteld, laboratorium waar - uit de grondstof APAAN of APAA - de (tussen-)stof BMK was geproduceerd en vervolgens, met behulp van die BMK, amfetamine. De omvang van de productie werd geschat op zes productievaten. [8]
De inhoud van gebruikte vaten was na het leegruimen van de schuur/stallen op verschillende plaatsen op het erf op de onverharde bodem leeggegoten. Hoeveel afval exact was geloosd, kon niet meer worden vastgesteld. Gelet op het aantal lozingsplekken en de restanten zou het vermoedelijk gaan om enkele honderden tot duizenden liters. [9]
Een dag later heeft de eenheid LFO (landelijke politie, groep Landelijke Faciliteit Ondersteuning Ontmantelen) de inhoud van de eerder aangetroffen (en afgevoerde) blauwe vaten, (25 liter-)jerrycans, verpakkingsmaterialen en dichte vuilniszakken verder onderzocht [10] , zijn sporen veiliggesteld en zijn monsters genomen en foto’s gemaakt.
In de schuren waren volle vuilniszakken aangetroffen met daarin, onder meer, een opengebroken zak ‘caustic soda’ en een papieren zak met daarin een nylon binnenzak met de restanten van een beige poeder. Op die zak stond: ‘Stearic acid’. In ruimten naast de stal was sprake van voorzieningen voor een ketel. Bij de ontruiming waren drie stalen bakken (‘Au bain marie - bakken’) meegenomen. Onder een overkapping zijn een aantal jerrycans aangetroffen. [11] De ter plaatse aangetroffen blauwe vaten bestonden uit een viertal 150-liter klemdekselvaten, tweeëntwintig 220-liter klemdekselvaten - besmet met en geurend naar amfetamine [12] - en twee 200-liter dopvaten waar formamide in had gezeten. [13]
LFO heeft de bemonsterde goederen en stoffen met een (SIN-) nummering gewaarmerkt. [14]
De zuurgraad (pH) van (de restanten op) de bodem was wisselend maar sterk zuur: op bepaalde plaatsen was de pH waarde 1, op andere hoger dan 7 of 12. [15]
Analyse van de monsters door het NFI leidde tot de volgende resultaten: [16]
 een monster van een spoor van op het gras aangetroffen beige-bruin kristallen gruis (AAIY5804NL/ZWS-A) bevatte voornamelijk natriumchloride en een lage concentratie amfetamine;
 een monster van een spoor van op het gras aangetroffen zuur ruikende beige drab (poeder en brokjes) (AAIY5805NL/ZW6-A) bevatte voornamelijk ammoniumchloride met BMK;
 een monster van een spoor van op het gras aangetroffen grotere heldere, kleurloze, kristallen (AAIY5806IML/ZW8-A) bevatte voornamelijk ammoniumchloride en een lage concentratie BMK en N-formylamfetamine;
 een monster van een spoor van een op de vloer van de laboratoriumruimte aangetroffen hoeveelheid olieachtige drab, donkerbruin (AAIY5807NL/ZW9-A) bevatte een lage concentratie /N-formylamfetamine en aan amfetamine gerelateerde synthese-verontreinigingen;
 een monster van een spoor van een op een groot deel van de bodem naast de woonboerderij aangetroffen sterk zure of basische vloeistof (Ph waarde-1) (AIY5808NL/ZW10-A) bevatte BMK.
De rechtbank stelt het volgende vast.
Amfetamine is vermeld op lijst I, behorende bij de Opiumwet. BMK is vermeld op bijlage I van de Verordening (EG) nummer 273/2004 inzake drugs-precursoren en de bijlage behorende bij Verordening (EG) nummer 111/2005 betreffende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Gemeenschap en derde landen in drugsprecursoren. In de Wet voorkoming misbruik chemicaliën wordt naar deze verordeningen verwezen.
Het NFI heeft de volgende aanvullende informatie verstrekt.
N-formylamfetamine is een tussenproduct in de vervaardiging van amfetamine uit BMK met de Leuckartmethode. Bij de vervaardiging van synthetische drugs wordt APAA (alfa-fenylacetoacetamide, 3-oxo-2-fenylbutaanamide) met een zuur, zoals zoutzuur, fosforzuur of zwavelzuur, omgezet in BMK, een grondstof voor amfetamine of metamfetamine. Bij de vervaardiging van synthetische drugs is ammoniumchloride een bijproduct van de productie van BMK. Natriumhydroxide is een hulpstof bij de vervaardiging en/of bewerking van diverse drugs. [17]
De Landelijke Faciliteit Ontmantelen (LFO) heeft gerapporteerd dat de grootschalige dumping van het chemische afval in de dagen voorafgaand aan het onderzoek had plaatsgevonden. [18]
Door dergelijke lozingen wordt het bodemleven vernietigd. Bij een lozing op een onverharde, zanderige, bodem zal het afval zich snel naar het grondwater verplaatsen; de olierestanten kunnen zich met het grondwater verplaatsen. Gezien de hoeveelheden geloosd afval in combinatie met een lage grondwaterstand en een regenperiode, was een snelle sanering vereist. [19]
Geloosd zoutzuur blijft dampen zolang het in contact blijft met (vocht in de) omgevingslucht. Bij de omzetting van APAA en/of productie van amfetamine wordt veelal zoutzuur in een 37% concentratie gebruikt, een zeer sterke en agressieve concentratie die zeer heftig reageert met het vocht in de omgevingslucht en andere chemicaliën. Zoutzuur in een 37% concentratie is zeer schadelijk voor levende organismen zoals mensen en dieren. Blootstelling daaraan kan tot zeer ernstige schade aan huid, ogen, keel en longen leiden. [20]
De rechtbank overweegt dat in onderhavige zaak genoemde nadelige gevolgen als gevolg van de lozingen voor zowel het milieu als voor de gezondheid van personen zich in meerdere of mindere mate daadwerkelijk hebben voorgedaan zoals blijkt uit - onder meer - de hierna weergegeven verklaringen van getuigen.
Deurwaarder [deurwaarder] heeft als getuige verklaard dat hij op het erf van de [adres 2] op verschillende plaatsen, vooral naast de stal en tussen de schuren, natte plekken in het gras zag en dat het stonk. Om die reden bleef hij uit de buurt. De kleur van het gras was anders en er kwam rook vanaf. De rook bleef boven het erf hangen. Hij zag ook ijskristallen op de grond. Het stonk er naar zwavel, een irritante geur. Toen [deurwaarder] dicht bij de plekken stond omdat hij foto’s moest maken voelde hij dat de rook op zijn ogen sloeg. [21]
[getuige 1] , eigenaar van een verhuisbedrijf, heeft als getuige verklaard dat hij op 17 oktober 2018 bij de woning aan de [adres 2] te Zuidwolde was om bij de ontruiming te helpen. Hij zag in de [getuige 6] dat het gras op bepaalde stukken geel en zwart was geworden en hij zag de grond dampen. Het rook naar zoutzuur. Ook aan de andere kant van de woning was het gras verontreinigd en platgeslagen. [getuige 1] was ongeveer tien minuten in de buurt van de loosplekken. Later, toen hij in de auto zat, werd hij misselijk en duizelig. [getuige 1] heeft toen de auto aan de kant van de weg gezet. De misselijkheid duurde ongeveer vijf minuten. [22]
Getuige [getuige 2] , medewerkster van de ontruimingsploeg, rook gelijk bij aankomst bij de woning een vreemde geur, die aan polyester deed denken. Bij een dode berk op het erf zag zij een vreemde rook/damp omhoog komen. De stank was daar het ergst. [getuige 2] werd er erg benauwd en misselijk van. [23]
Twee dagen later hebben enkele verbalisanten in de directe omgeving van de woning enkele vogels versuft zien rondvliegen; zij vertoonden abnormaal vlieggedrag. [24]
De rechtbank stelt op grond van het voorgaande vast dat op de dag van, of in de dagen voorafgaand aan, de ontruiming van de [adres 2] te Zuidwolde de inhoud van een groot aantal vaten - te weten honderden tot mogelijk duizenden liters gevaarlijke chemische afvalstoffen afkomstig van bereiding van (grondstoffen voor de bereiding van) BMK en/of amfetamine - opzettelijk op de (onverharde) bodem van het erf is geleegd dan wel gestort.
De rechtbank stelt voorts vast dat door dit handelen (dampen van die) gevaarlijke chemische afvalstoffen, die sterk zuur waren, in de bodem zijn gebracht en konden vrijkomen, ten gevolge waarvan anderen, zoals omwonenden, een deurwaarder en ontruimers en/of toezichthouders, opzettelijk aan de dampen van die chemische stoffen zijn, of konden worden, blootgesteld. Het inademen van die dampen heeft een gevaar voor de gezondheid van die personen veroorzaakt of had dat kunnen veroorzaken, zoals irritatie van de ogen, huid, of luchtwegen, en/of duizeligheid, of misselijkheid dan wel, bij blootstelling aan zeer hoge concentraties daarvan, bewusteloosheid.
Ten aanzien van de vraag wie de afvalstoffen aldaar heeft of hebben geloosd en wanneer, blijkt uit bewijsmiddelen het volgende.
Op 20 november 2018 omstreeks 6:50 uur is verdachte, als (ex-)bewoner van de [adres 2] te Zuidwolde, aangehouden in een (sta-)caravan op camping ‘ [camping] ’ te Belt Schutsloot. [25] De caravan werd doorzocht. Daarbij zijn onder meer poststukken gericht aan verdachte en zijn telefoon, een Samsung S7 Edge, in beslag genomen. [26]
Ten aanzien van de ex-bewoner(s) van de [adres 2] in het licht van de ten laste gelegde feiten zijn diverse personen als getuige gehoord.
[getuige 3] , bewoner van de [adres 3] te Zuidwolde, heeft als getuige verklaard dat [verdachte] - verdachte - sinds 2005 tegenover hem woonde, aanvankelijk met zijn gezin. De laatste vier jaar zag [getuige 3] bij de woning met regelmaat dichte witte bestelbusjes staan en dan liepen daar ook steeds twee of drie mannen bij, en [verdachte] . Op de avond voor de ontruiming had zijn schoondochter op het terrein bij [verdachte] rookontwikkeling gezien. [27]
[getuige 4] , bewoner van de [adres 4] te Zuidwolde, heeft als getuige verklaard dat hij op 16 oktober 2018 ’s avonds, rond 18.30 uur, buiten was - bij de paarden - en dat hij toen bij [verdachte] de staldeuren open en dicht hoorde gaan. Hij zag [verdachte] achter op het erf lopen.
[verdachte] had toen iets in zijn handen. [28]
[getuige 5] , schoondochter van de bewoners van de [adres 3] , heeft als getuige verklaard dat zij op 16 oktober 2018 rond 20:00 uur op het land van haar schoonouders was om pony’s te verzorgen. Het was al donker. [getuige 5] had zicht op de woning aan de [adres 2] , het huis van [verdachte] . [getuige 5] zag achter dat huis het licht van een schijnwerper en ze zag van achter dat huis een damp- of mistwolk komen. De dampwolk dreef vervolgens boven de weilanden van haar schoonouders. De damp steeg niet op, zoals echte rook zou doen.
De dampwolk was opvallend want het mistte die avond niet. Ze hoorde ook een geluid van een hogedrukspuit. Kennelijk vonden activiteiten plaats aan de achterzijde van de woning. [29]
De rechtbank neemt verder in aanmerking de resultaten van onderzoek naar de inhoud van de onder verdachte en de medeverdachte inbeslaggenomen telefoons.
Een zilverkleurige Samsung S7 Edge van verdachte ( [telefoonnummer 1] ) [30] is uitgelezen. In die telefoon zijn de volgende WhatsApp chatberichten aangetroffen, verzonden op 16 oktober 2018: [31]
From: [telefoonnummer 2] @ s.whatsapp.net ( [naam 1] ).
Timestamp: 16 oktober 2018; 21:36:26 (UTC+2).
Body: “We komen zo”.
From: [telefoonnummer 3] @ s.whatsapp.net ( [naam 2] ).
Timestamp: 16 oktober 2018; 22:07:13 (UTC+2).
Body: “Kom je vanavond nog langs of te druk.”
From: [telefoonnummer 1] @ s.whatsapp.net (Mijn nummer) to: [telefoonnummer 3] s.whats app.net; [naam 2] ).
Timestamp: 17 oktober 2018; 00:05:26 (UTC+2)
Body: “Nee lukt niet. Net klaar gedoucht en naar bed.”
From: [telefoonnummer 2] @ s.whatsapp.net ( [naam 1] ).
Timestamp: 17 oktober 2018; 12:49:10 (UTC+2)
Body: “Mooi opgeruimd.”
From: [telefoonnummer 2] @ s.whatsapp.net ( [naam 1] ).
Timestamp: 17 oktober 2018; 12:53:58 (UTC+2)
Body: “Heb je geen loerders ?”
Bij de aanhouding van medeverdachte [medeverdachte] (op 25 januari 2019) zijn in de auto waarin hij reed (een Citroen, type C5) twee mobiele telefoons aangetroffen en in beslag genomen: een zwarte Samsung type J5 en een zwarte Apple Iphone. [32]
De berichten in de Iphone ( [telefoonnummer 4] ) zijn uitgelezen. Bij de contacten stond de naam [verdachte] met de nummers [telefoonnummer 5] en [telefoonnummer 1] . Bij de netwerken stond een netwerk genaamd ‘ [naam 3] ’. Bij dit netwerk stond onder meer als datum en tijdstip: 16 oktober 2018 23:10 uur (UTC+2) met als coördinaten [nummer 1] , [nummer 2] . Onderzoek naar de coördinaten leidde naar het adres [adres 2] in gemeente De Wolden. [33]
In de telefoon van [verdachte] ( [telefoonnummer 1] ) is een (chat-)gesprek aangetroffen met het (bij [medeverdachte] in gebruik zijnde) nummer + [telefoonnummer 4] en gevoerd van 16 oktober 2018 te 12.25 uur tot en met 17 oktober 2018 te 00.14 uur. [34] Het gesprek verliep als volgt:
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:12:48 uur door + [telefoonnummer 4] :
“Ik rij met de ramen los”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:12:58 uur door + [telefoonnummer 1] :
“Warm?”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:13:08 uur door + [telefoonnummer 4] :
“Lucht”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:13:21 uur door + [telefoonnummer 1] :
“Kun je nagaan”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:13:49 uur door + [telefoonnummer 4] :
“Stijgt naar me kop”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:14:02 uur door + [telefoonnummer 1] :
“Ja, dan beter raam los”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:14:10 uur door + [telefoonnummer 1] :
“Is niet koud”
Verzonden op 17 oktober 2018 om 00:14:20 uur door + [telefoonnummer 1] :
“Ja ja”
De rechtbank is van oordeel dat uit de hiervoor weergegeven verklaringen van getuigen en chatberichten - in samenhang bezien - volgt dat verdachte op de avond van 16 oktober 2018 tot rond middernacht aanwezig was op het erf en/of in de schuren van de [adres 2] te Zuidwolde en aldaar activiteiten heeft verricht (17 oktober 2018, 00:05:26 ‘
Net klaar, gedouchet’). De rechtbank leidt uit voornoemde bewijsmiddelen verder af dat dit werkzaamheden waren die flinke dampen hebben veroorzaakt. Verdachte is immers door getuige [getuige 4] om 18:30 uur buiten bij de staldeuren op het erf gezien, waarna getuige [getuige 5] om 20:00 uur dampen achter het huis vandaan heeft zien komen. Er is behalve verdachte niemand anders gezien op zijn erf die avond.
De rechtbank stelt verder vast dat verdachte in de avond van 16 oktober 2018 in de daaropvolgende nacht telefonisch contact heeft gehad met de medeverdachte, [medeverdachte] , en na middernacht nog met die [medeverdachte] - die toen een auto bestuurde - heeft gesproken over dat een bepaalde lucht naar diens hoofd steeg.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de avond voorafgaand aan de ontruiming, de onder 1, 2 en 3 primair ten laste gelegde strafbare (lozings-)handelingen heeft gepleegd. Door het chemische afval te dumpen en geen maatregelen te nemen, heeft verdachte willens en wetens de aanmerkelijke kans aanvaard dat hierdoor gevaar voor de openbare gezondheid zou ontstaan en dat gevaar is ook daadwerkelijk ingetreden.
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten onder 1, 2 en 3 primair heeft begaan.
Feit 4:
Op 20 november 2018 is verdachte aangehouden in een stacaravan op camping ‘ [camping] ’ te Belt Schutsloot. In een open kast in de slaapkamer werd een (stroomstoot-)wapen aangetroffen. [35] De eigenaresse van de stacaravan, [getuige 6] , heeft verklaard dat zij in de ten laste gelegde periode toestemming had verleend aan [verdachte] (een kennis van haar vader) - verdachte - om tijdelijk in haar caravan te verblijven. Haar vader had de sleutels aan [verdachte] gegeven. Van de persoonlijke bezittingen van [getuige 6] waren in de caravan nog slechts aanwezig een televisie, pannen, bestek en dekens.
Technisch onderzoek heeft uitgewezen dat het aangetroffen wapen een nog functionerend stroomstootwapen was van het merk Taser International, type M18; een wapen in de zin van artikel 2 lid 1 categorie II onder 5 van de Wet wapens en munitie. [36] Getuige [getuige 6] heeft, aan de hand van een foto, verklaard het stroomstootwapen niet te herkennen. [37]
De rechtbank is, in het bijzonder gelet op de plek waar het wapen is aangetroffen alsmede de verklaring van [getuige 6] met betrekking tot de inventaris van haar caravan, van oordeel dat verdachte wetenschap moet hebben gehad van de aanwezigheid van het wapen en daarover de beschikkingsmacht had en komt daarom tot een bewezenverklaring van het onder 4 ten laste gelegde feit.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1
hij op 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, in de gemeente De Wolden,
meermalen, opzettelijk, zich van gevaarlijke afvalstoffen heeft ontdaan door deze - al dan niet in een verpakking - buiten een inrichting te storten en op of in de bodem te brengen,
immers heeft hij, verdachte toen de inhoud van meerdere (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) een chemische vloeistof (waaronder APAA en N-formylamfetamine en natriumchloride en BMK en ammoniumchloride en natriumhydroxide) en amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de bereiding van) BMK en/of amfetamine (synthetische drugs),
geleegd en/of gestort en/of achtergelaten en/of anderszins op of in de bodem gebracht van het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde;
2
hij op 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, in de gemeente De Wolden, meermalen opzettelijk, handelingen met afvalstoffen heeft verricht en nagelaten waarvan hij, verdachte, wist dat daardoor nadelige gevolgen voor het milieu ontstonden en/of konden ontstaan,
en niet aan zijn verplichting heeft voldaan alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem konden worden gevergd, teneinde die gevolgen zoveel mogelijk te voorkomen en/of te beperken,
immers heeft hij, verdachte, toen de inhoud van meerdere (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-) vat(en) en/of jerrycan(s) en/of (papieren) zakken, met (restanten van) een chemische vloeistof (waaronder APAA en N-formylamfetamine en natriumchloride en ammoniumchloride en natriumhydroxide en amfetamine), zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de bereiding van) BMK en/of amfetamine (synthetische drugs),
geleegd en/of gestort en/of achtergelaten en/of anderszins op/in de bodem gebracht van het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde;
3
Primair
hij op 16 oktober 2018 en/of 17 oktober 2018, in de gemeente De Wolden,
meermalen, opzettelijk en wederrechtelijk
stoffen, te weten restanten van een chemische vloeistof en/of afval afkomstig van de vervaardiging/bereiding van (grondstoffen voor de productie van) BMK en/of amfetamine, gevaarlijke afvalstoffen, op en in de bodem en in de lucht heeft gebracht, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid te duchten was, immers heeft hij, verdachte,
toen de inhoud van meerdere (blauwe) (klemdeksel- en/of dop-)vat(en) en/of jerrycan(s) en/of (papieren) zakken, te weten (restanten van) (onder meer) APAA en N-formylamfetamine en natriumchloride en BMK en ammoniumchloride en natriumhydroxide en amfetamine, zijnde afval (al dan niet in verpakking) afkomstig van/voor de vervaardiging/bereiding van BMK en/of amfetamine (synthetische drugs),
geleegd en/of gestort en/of achtergelaten op het perceel de [adres 2] ) te Zuidwolde, waardoor dampen van voornoemde afvalstoffen die sterk zuur waren in de bodem en in de lucht werden gebracht en/of vrij konden komen,
waardoor omwonenden en/of ter plaatse gegane personen, te weten
een deurwaarder en ontruimers en toezichthouders, die respectievelijk bezig waren met de (aangekondigde) ontruiming van voornoemd pand en/of verzocht waren om onderzoek te doen naar voornoemde afvalstoffen werden en//of konden worden blootgesteld aan de dampen van voornoemde stof(fen),
terwijl het inademen van de dampen van voornoemde stoffen gevaar voor de openbare gezondheid veroorzaakte of kon veroorzaken, te weten klachten bestaande uit irritatie van de ogen en/of huid en/of luchtwegen, en/of duizeligheid en/of misselijkheid en/of bij blootstelling aan zeer hoge concentraties bewusteloosheid;
4
hij op 20 november 2018 te Belt Schutsloot, gemeente Steenwijkerland, een wapen van categorie II onder 5°, te weten:
 een stroomstootwapen, merk/type Taser International, M18 (Spoor identificatienr. AALH2769NL), zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht,
voorhanden heeft gehad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de Economische Delicten, artikel 173a aanhef sub 1 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 26 van de Wet wapens en munitie.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.2 lid 1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
feit 2
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.1 lid 2 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
feit 3 primair
het misdrijf:
opzettelijk en wederrechtelijk een stof op en in de bodem, en in de lucht brengen, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid te duchten is, meermalen gepleegd.
Feit 4:
het misdrijf:
handelen in strijd met artikel 26 van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II.
De rechtbank is, anders dan de raadsman, van oordeel dat er voor wat betreft de feiten onder 1 tot en met 3 geen sprake is van eendaadse samenloop. Hoewel deze feiten in oorsprong ogenschijnlijk dezelfde handelingen betreffen, hebben de onderscheiden bepalingen een niet gelijkluidende strekking én valt het verwijt in verschillende onderdelen uiteen, te weten het zich ontdoen (feit 1), het niet voorkomen van nadelige gevolgen (feit 2) en het veroorzaken van gevaar (feit 3). Het verweer met betrekking tot ‘eendaadse samenloop’ wordt derhalve verworpen.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de onder 1, 2, 3 primair en 4 bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden met aftrek van de tijd die in voorarrest is doorgebracht.
De officier van justitie heeft daarnaast gevorderd dat de rechtbank de schorsing van de gevangenhouding van verdachte zal opheffen.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, voor het geval dat de rechtbank komt tot een veroordeling verzocht om een opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van verdachte achterwege te laten gelet op het tijdsverloop en het feit dat verdachte zich steeds aan de schorsingsvoorwaarden heeft gehouden.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het in strijd met de milieuwetgeving dumpen van een grote hoeveelheid gevaarlijke, chemische afvalstoffen, afkomstig van de productie van synthetische drugs / amfetamine. In de aanloop naar de ontruiming van zijn woning heeft verdachte zich van die gevaarlijke afvalstoffen ontdaan door vaten met dergelijke stoffen op achteloze wijze te legen op het erf rondom de woning, en de stoffen in de onverharde bodem te laten wegvloeien.
Het bewust niet in acht nemen van de milieuregelgeving - kennelijk in een poging om de illegale productie van (grondstoffen voor) synthetische drugs te verhullen - vormt een ernstige bedreiging voor de natuur - het bodemleven, de lucht, en het grondwater - en levert bovendien ernstige risico’s op voor de gezondheid van personen, ten aanzien van (direct) betrokkenen en/of omstanders die met (de gevolgen van) dergelijke lozingen worden geconfronteerd. Dumpingen van chemische afvalstoffen vormen een groot maatschappelijk probleem. Het op niet reguliere wijze afvoeren van dergelijke afvalstoffen heeft bovendien hoge kosten voor de samenleving ten gevolge, aangezien die afvalstoffen na een dumping alsnog - voor zover nog mogelijk - moeten worden verwijderd en voor verantwoorde verwerking van die stoffen moet worden zorggedragen.
De rechtbank rekent de verdachte zijn handelen dan ook zwaar aan.
De rechtbank houdt bij de strafoplegging - ten nadele van verdachte - rekening met een hem betreffend uittreksel justitiële documentatie gedateerd 3 februari 2021 waaruit blijkt dat verdachte reeds meermalen onherroepelijk is veroordeeld ter zake van, onder meer, soortgelijke feiten. De rechtbank houdt verder rekening met de omvang van de dumping en het feit dat verdachte tijdens het strafproces op geen enkele wijze blijk heeft gegeven van inzicht in de laakbaarheid van zijn handelen en heeft geweigerd zijn verantwoordelijkheid voor deze ernstige feiten te erkennen.
Dat verdachte zelf de eigenaar/opdrachtgever is geweest van het ontmantelde drugslaboratorium, aangetroffen op het bewuste perceel, staat niet vast. Dit neemt niet weg dat verdachte kort voor de komst van een deurwaarder is overgegaan tot de grootschalige dumping en de gevolgen en risico’s daarvan bewust op anderen heeft afgewenteld.
De rechtbank constateert dat in de onderhavige zaak sprake is van een, zij het tot enkele maanden beperkte, overschrijding van de redelijke termijn van berechting als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden. De rechtbank houdt daar in beperkte zin in het voordeel van verdachte rekening mee.
Gelet op het voorgaande komt de rechtbank tot oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van een substantiële duur, met aftrek van het voorarrest.
Die straf acht de rechtbank, alles afwegende, passend en geboden.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 57 , 63 en 91 Sr en artikel 55 van de Wet wapens en munitie.

9.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3 primair en 4 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het onder 1, 2, 3 primair en 4 bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1het misdrijf: overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.2 lid 1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
feit 2het misdrijf: overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.1 lid 2 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
feit 3 primairhet misdrijf: opzettelijk en wederrechtelijk een stof op en in de bodem, en in de lucht brengen, terwijl daarvan gevaar voor de openbare gezondheid te duchten is, meermalen gepleegd.
feit 4het misdrijf: handelen in strijd met artikel 26 van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2, 3 primair en 4 bewezen verklaarde;
Straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
opheffing bevel voorlopige hechtenis
-
hefthet geschorste bevel tot voorlopige hechtenis
op.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.B. Werkhoven, voorzitter, mr. J. Wentink en mr. M. van Berlo, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.M. van Westerlaak, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op: 15 maart 2021.

Voetnoten

1.Proces-verbaal van bevindingen, verbalisant [verbalisant 3] , JM48, pag. 98-99.
2.Pag. 73 bovenaan.
3.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie eenheid Noord-Nederland van het onderzoek ‘Buizerd’, met nummer JM18/ NNRBA18029. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
4.Proces-verbaal van bevindingen ‘Onderzoek plaats delict’, JM11, 24 oktober 2018, pag. 71 – 74, i.h.b. pag. 71.
5.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 527 – 533, i.h.b. pag. 528 halverwege.
6.Proces-verbaal van bevindingen ‘Onderzoek plaats delict’, JM11, 24 oktober 2018, pag. 71 – 74, i.h.b. pag. 71.
7.Proces-verbaal van bevindingen ‘Onderzoek plaats delict’, JM11, 24 oktober 2018, pag. 71 – 74, i.h.b. pag. 72 bovenaan, halverwege en onderaan.
8.Proces-verbaal van bevindingen, ‘Onderzoek plaats delict’, pag. 73 halverwege.
9.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 533.
10.Pag. 73 vierde alinea.
11.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 527 – 533, i.h.b. pag. 528 halverwege.
12.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 527 – 533, i.h.b. pag. 532, tweede alinea.
13.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 532, tweede alinea.
14.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 528 onderaan.
15.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 532, tweede alinea.
16.Rapport NFI ‘Drugsonderzoek materialen aangetroffen op de locatie [adres 2] te Zuidwolde op 18 oktober 2018’, opgemaakt door ing. [verbalisant 5] , 20 december 2018 ag. 558 – 562.
17.Rapport NFI ‘Drugsonderzoek materialen aangetroffen op de locatie [adres 2] te Zuidwolde op 18 oktober 2018’, opgemaakt door ing. [verbalisant 5] , 20 december 2018, pag. 562.
18.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 532, tweede alinea.
19.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 532, derde alinea.
20.Proces-verbaal van bevindingen [verbalisant 4] , LFO Landelijke eenheid, pag. 532, derde en vierde alinea.
21.Proces-verbaal van verhoor getuige [deurwaarder] , pag. 661 e.v., i.h.b. pag.
22.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , pag. 676 e.v., i.h.b. pag. 677 halverwege en 678 halverwege.
23.Proces-verbaal van bevindingen medewerkers ontruimingsploeg, 17 dec. 2018, pag. 201 – 202, i.h.b. pag. 202.
24.JM29, pag. 91 en 92.
25.Proces-verbaal van aanhouding van [verdachte] , 20 nov. 2018, pag. 1180 – 1181.
26.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 22 november 2018, verbalisant Koetsier, pag. 847 - 848.
27.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] , 22 okt. 2018, JM 15, pag. 670 – 674, i.h.b. pag. 671 en 673 bovenaan.
28.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] , JM06-01, pag. 649 zesde alinea, pag. 649 onderaan en 650 bovenaan.
29.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 5] , pag. 690, eerste – zesde alinea.
30.KvI/ IBN A.01.01.001: beslag Samsung S7 Edge, zilverkleurig, pag. 858.
31.Proces-verbaal van bevindingen ‘Aangetroffen WhatsApp chats, inbeslaggenomen telefoon [verdachte] , pag. 312 – 313, met bijlagen.
32.Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] , [verbalisant 8] en [verbalisant 9] , 29 januari 2019, pag. 885 – 886 en KvI JM265, pag. 887.
33.Aanvullend proces-verbaal 22 juli 2019, verbalisant [verbalisant 10] .
34.Proces-verbaal van bevindingen mobiele telefoon [verdachte] , verbalisanten [verbalisant 11] en [verbalisant 12] , politie eenheid Noord-Nederland, pag. 350 –352, met als bijlage een ‘Timeline extraction report’, JM 206-B02.
35.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming [adres 5] te Belt-Schutsloot, JM121, pag. 847; Kennisgeving van inbeslagneming stroomstootwapen, JM121-KVI-A.03.01.001, pag. 868, foto in procesdossier, pag. 854.
36.Proces-verbaal van onderzoek wapen, opgemaakt door [verbalisant 13] , 27 december 2018, pag. 482 – 483.
37.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 6] , pag. 58, vijfde – zevende alinea.