Op 24 februari 2020 heeft de Rechtbank Overijssel een beschikking gegeven in een zaak betreffende de verlenging van een crisismaatregel, zoals bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 19 februari 2020 een verzoek ingediend om de op 18 februari 2020 opgelegde crisismaatregel te verlengen. Dit verzoek werd behandeld tijdens een mondelinge zitting op dezelfde dag, waarbij de betrokkene, haar advocaat mr. J.J.M. Pinners, en verschillende zorgprofessionals aanwezig waren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van een ernstig dreigend nadeel voor de minderjarige kinderen van de betrokkene, veroorzaakt door haar vermoedelijke verslavingsstoornis. Ondanks deze bevindingen oordeelde de rechtbank dat er op dat moment geen onmiddellijk dreigend gevaar was dat de voortzetting van de crisismaatregel rechtvaardigde. De betrokkene had aangegeven zich te willen laten behandelen voor haar verslavingsproblematiek en de rechtbank besloot haar de kans te geven om deze toezegging na te komen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot verlenging van de crisismaatregel afgewezen, met de mogelijkheid dat in de toekomst, indien nodig, een zorgmachtiging kan worden aangevraagd. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter A.L. Smit en is op 25 februari 2020 schriftelijk ondertekend.