ECLI:NL:RBOVE:2020:563

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
11 februari 2020
Publicatiedatum
12 februari 2020
Zaaknummer
8279702 \ CV EXPL 20-184
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot medewerking van bewindvoerder aan noodzakelijke werkzaamheden voor herstel van brandbeschadigde woning

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 11 februari 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting Woningstichting Sint Joseph en Aktiva B.V., die als bewindvoerder optreedt over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene]. Sint Joseph vorderde dat Aktiva zou meewerken aan noodzakelijke werkzaamheden om een door brand zwaar beschadigde woning weer bewoonbaar te maken. De brand, die op 24 november 2019 plaatsvond, had ernstige schade veroorzaakt aan de woning, waardoor deze onbewoonbaar was verklaard. Sint Joseph stelde dat [betrokkene] niet meewerkte aan de herstelwerkzaamheden en dat er een spoedeisend belang was bij de vordering, gezien de situatie van de omwonenden.

De procedure begon met een dagvaarding op 27 januari 2020, waarna een zitting plaatsvond op 4 februari 2020. Sint Joseph was vertegenwoordigd door haar gemachtigde, terwijl Aktiva niet verschenen was. De kantonrechter oordeelde dat de vordering van Sint Joseph niet onrechtmatig of ongegrond was en dat er tegen Aktiva verstek verleend kon worden. De rechter heeft Aktiva veroordeeld om binnen drie dagen na betekening van het vonnis medewerking te verlenen aan de noodzakelijke werkzaamheden voor het herstel van de woning. Tevens werd Aktiva veroordeeld in de proceskosten van Sint Joseph, die op € 829,00 werden begroot.

Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Deze uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bewindvoerders in situaties waar de belangen van derden, zoals omwonenden, in het geding zijn.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer : 8279702 \ CV EXPL 20-184
Vonnis in kort geding van 11 februari 2020
in de zaak van
de stichting,
Woningstichting Sint Joseph,gevestigd te Almelo,
eisende partij, hierna te noemen: Sint Joseph,
gemachtigde: Wigger Van het Laar, gerechtsdeurwaarders,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Aktiva B.V.
in haar hoedanigheid van bewindvoerder over het (toekomstige) vermogen van
[betrokkene] ,
gevestigd te Hoogeveen,
gedaagde partij, hierna te noemen: Aktiva,
niet verschenen noch vertegenwoordigd.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
1.1.
de namens Sint Joseph betekende dagvaarding van 27 januari 2020, met producties, waarbij Sint Joseph een vordering heeft ingesteld tot het treffen van een voorlopige voorziening en Aktiva - in haar hoedanigheid van bewindvoerder over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene] - heeft opgeroepen ter zitting in kort geding te verschijnen.
1.2.
de brief van Aktiva van 29 januari 2020, ontvangen ter griffie van de rechtbank op 31 januari 2020.
1.3.
de vordering is behandeld ter zitting van 4 februari 2020.
Sint Joseph (vertegenwoordigd door mevrouw [A] ) is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde, die is vertegenwoordigd door mevrouw [B] .
Van de zijde van Aktiva is niemand verschenen. [betrokkene] is wel op de mondelinge behandeling verschenen. Hierna, bij de beoordeling van het geschil, zal worden ingegaan op de vraag of tegen Aktiva verstek wordt verleend. Sint Joseph heeft haar standpunt laten toelichten door haar gemachtigde. De griffier heeft daarvan aantekening gehouden.
1.5.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Blijkens een schriftelijke huurovereenkomst huurt [betrokkene] sinds 28 mei 2015 van Sint Joseph de woning gelegen aan de [adres] te [plaats] (hierna: het gehuurde).
2.2.
Over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene] is een bewind ingesteld, waarbij Aktiva tot bewindvoerder is benoemd.
2.3.
Op 24 november 2019 heeft in het gehuurde een hevige brand gewoed, als gevolg waarvan ernstige schade aan het gehuurde alsmede de bovengelegen woning is ontstaan en het gehuurde onbewoonbaar is verklaard.
2.4.
[betrokkene] en de bovenbuurman verblijven sinds de brand elders.

3.Het geschil en de beoordeling

3.1.
Bij de dagvaarding zijn de voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht genomen.
3.2.
Sint Joseph heeft op de in dagvaarding genoemde gronden gevorderd bij vonnis, bij wege van voorlopige voorziening en zo mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, (samengevat) Aktiva -in haar hoedanigheid van bewindvoerder over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene] -:
  • (primair) te veroordelen om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis medewerking te verlenen aan alle noodzakelijke werkzaamheden voor het goed bewoonbaar maken van het gehuurde;
  • (subsidiair) te veroordelen tot de ontruiming van het gehuurde;
  • en (primair en subsidiair) te veroordelen in de proceskosten, alsmede de nakosten.
3.3.1.
Sint Joseph heeft daartoe, kort gezegd, het navolgende aangevoerd.
Als gevolg van de brand is grote schade ontstaan aan zowel het gehuurde als de woning daarboven gelegen. De bovenbuurman van [betrokkene] verblijft sinds de brand elders. Datzelfde geldt voor [betrokkene] . Sint Joseph wenst de schade in/aan het gehuurde zo spoedig mogelijk te (laten) herstellen. De dringende en noodzakelijke werkzaamheden moeten op korte termijn uitgevoerd worden, zodat beide woningen weer bewoonbaar zijn en zowel [betrokkene] als de bovenbuurman kunnen terugkeren. De in het gehuurde en de bijbehorende tuin aanwezige goederen/bezittingen van [betrokkene] moeten dan wel verwijderd worden.
3.3.2.
Sint Joseph betoogt verder dat [betrokkene] weigert alle medewerking daaraan te verlenen. Eerdere afspraken die Sint Joseph met hem daarover heeft gemaakt worden niet nagekomen en [betrokkene] is bovendien slecht of niet bereikbaar. Sint Joseph meent dat zij, gelet ook op het tijdsverloop sinds de brand en het geduld dat zij in deze kwestie heeft betracht, alle kansen aan [betrokkene] heeft geboden, zonder dat dat enig resultaat heeft gehad. Voor haar is de maat nu vol om welke reden zij onderhavige procedure is gestart.
3.4.
Gelet op de ernst van de situatie en de belangen van omwonenden, meer in het bijzonder de bovenbuurman van [betrokkene] , betoogt Sint Joseph een spoedeisend belang bij haar vordering te hebben.
3.5.
Ter zitting heeft Sint Joseph haar eis gewijzigd in die zin dat zij heeft verzocht het in het petitum van de dagvaarding aangebrachte onderscheid in “primair” en “subsidiair” te schrappen.
3.6.
Bij brief van 29 januari 2020 (hiervoor aangehaald), heeft Aktiva, kort gezegd, aangegeven dat zij alles in het werk heeft gesteld om [betrokkene] ervan te overtuigen dat hij medewerking dient te verlenen, evenwel zonder resultaat.
Ter zitting is van de zijde van Aktiva, als hiervoor al gezegd, niemand verschenen, noch is anderszins verweer gevoerd tegen de vordering.
3.7.
[betrokkene] (als de onder bewind gestelde) is wel ter zitting verschenen. Hij is evenwel geen procespartij in de onderhavige procedure. Immers, vaststaat dat over de (toekomstige) goederen van [betrokkene] een bewind is ingesteld (vóór het uitbrengen van de dagvaarding), waarbij Aktiva tot bewindvoerder is benoemd, als gevolg waarvan [betrokkene] processueel onbekwaam is geworden. Het is Aktiva (in haar hoedanigheid van bewindvoerder) die door Sint Joseph in rechte is betrokken en als formele procespartij moet worden aangemerkt. [betrokkene] kan in deze procedure daarom geen rechtsgeldige proceshandelingen verrichten.
3.8.
Nu overigens de voorgeschreven termijnen en formaliteiten jegens Aktiva in acht zijn genomen, wordt tegen haar verstek verleend.
3.9.
Die vaststelling leidt er ook toe dat de door Sint Joseph ter zitting gedane eiswijziging niet kan worden toegestaan. De door Sint Joseph voorgestane wijziging behelst feitelijk een eisvermeerdering ex artikel 130 Rv, waartegen Aktiva (als niet verschenen gedaagde partij) zich niet kan verzetten. Een dergelijke wijziging is in het geval waarin de gedaagde niet is verschenen (waarvan hier sprake is) slechts toegestaan met inachtneming van de in art. 130 lid 3 Rv genoemde formaliteiten. Daarvan is niet gebleken, zodat de door Sint Joseph voorgestane eiswijziging rechtens niet is toegestaan.
3.10.
De primaire vordering komt de kantonrechter vooralsnog niet onrechtmatig of ongegrond voor en behoort daarom te worden toegewezen, een en ander op de wijze als hierna in het dictum is bepaald.
3.11.
Aktiva zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure, die aan de zijde van Sint Joseph, zoals te doen gebruikelijk, worden begroot op de na te melden wijze. Ook de apart gevorderde nakosten worden toegewezen als hierna vermeld, nu de proceskostenveroordeling hiervoor reeds een executoriale titel geeft en de kantonrechter van oordeel is dat de nakosten zich reeds vooraf laten begroten.
Dat leidt tot de volgende kostenbegroting:
- dagvaarding € 105,00
- griffierecht € 124,00
- salaris gemachtigde € 480,00
- nakosten €
120,00
Totaal € 829,00

4.De beslissing in kort geding

I Veroordeelt Aktiva - in haar hoedanigheid van bewindvoerder over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene] - om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis medewerking te verlenen aan alle noodzakelijke werkzaamheden voor het goed bewoonbaar maken van de woning gelegen aan de [adres] te [plaats] .
II Veroordeelt Aktiva -in haar hoedanigheid van bewindvoerder over het (toekomstige) vermogen van [betrokkene] - in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van Sint Joseph begroot op € 229,00 aan verschotten en € 480,00 aan salaris voor haar gemachtigde, alsmede de nakosten, begroot op € 120,00 (zijnde ½ punt liquidatietarief tot het maximum van € 120,00).
III Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
IV Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.E.J. Goffin, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 11 februari 2020. (SA)