ECLI:NL:RBOVE:2020:4213

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
10 december 2020
Publicatiedatum
10 december 2020
Zaaknummer
08/207090-20 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot verkrachting en vervaardigen van kinderporno via sociale media

Op 10 december 2020 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 34-jarige man, die werd beschuldigd van poging tot verkrachting en het vervaardigen en verwerven van kinderporno. De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden. De zaak kwam aan het licht na een incident op 9 augustus 2020, waarbij de verdachte de woning van het slachtoffer binnendrong in Deventer. Hij heeft het slachtoffer, een vrouw, onder bedreiging van geweld gedwongen tot seksuele handelingen. De verdachte heeft haar vastgepakt, gedreigd met een mes en haar tegen de muur gedrukt. Het slachtoffer heeft zich verzet en om hulp geroepen, wat leidde tot de vlucht van de verdachte. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer en getuigen als geloofwaardig beoordeeld, en de medische rapporten ondersteunden haar verhaal over het geweld dat zij had ondergaan. Daarnaast bleek uit het onderzoek naar de telefoon van de verdachte dat hij in contact stond met een minderjarig meisje, [slachtoffer 2], aan wie hij naaktfoto's had gestuurd en die hij had gedwongen om naaktfoto's van zichzelf te maken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten, met uitzondering van een aantal andere beschuldigingen waar hij van werd vrijgesproken. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers zwaar meegewogen in de strafmaat.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08/207090-20 (P)
Datum vonnis: 10 december 2020
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum 1] 1986 in [geboorteplaats 1] ( [land] ),
ingeschreven aan de [adres 1] ,
nu gedetineerd in de PI Zwolle.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 november 2020.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. S. Markink-Grolman en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. M.G. Pekkeriet-Bischop, advocaat in Deventer, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:heeft geprobeerd iemand te verkrachten dan wel diegene heeft aangerand;
feit 2:een minderjarige heeft aangerand door haar te dwingen naaktfoto’s te maken;
feit 3:kinderpornofoto’s heeft vervaardigd en verworven;
feit 4:een pornofoto en -video heeft verstuurd naar een minderjarige.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1. primair
hij op of omstreeks 9 augustus 2020 te Deventer,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld ofeen andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid[slachtoffer 1] te dwingen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestondenuit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die[slachtoffer 1] ,- de woning van die [slachtoffer 1] is binnengedrongen en/of- (vervolgens) die [slachtoffer 1] (stevig) heeft vastgepakt en/of- (daarbij) heeft gezegd dat hij, verdachte, een mes bij zich had en dat zij meemoest werken, anders zou hij haar steken en/of- (daarbij) tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd “ik ga je nemen” en/of “ik ga nu dingenmet je doen”, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of- die [slachtoffer 1] tegen de muur heeft gedrukt en/of- de (korte) broek van die [slachtoffer 1] heeft geopend en/of- die [slachtoffer 1] over haar gezicht en/of nek heeft gelikt en/of
- de borsten van die [slachtoffer 1] heeft betast- een hand voor de mond van die [slachtoffer 1] heeft gehouden,terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
1. subsidiair
hij op of omstreeks 9 augustus 2020 te Deventer,door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of eenandere feitelijkheid, te weten door- haar woning binnen te dringen en/of- haar (stevig) vast te pakken en/of- de gelijkende woorden: “ik heb een mes bij me, je moet meewerken anders steekik je” toe te voegen en/of- haar tegen een muur te drukken en/of- een hand voor haar mond te houden,[slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtigehandelingen, te weten- het met zijn, verdachtes, tong likken over haar gezicht, wang en/of nek
- het betasten van haar borsten;
2
hij in of omstreeks de periode van 15 mei 2020 tot en met 11 augustus 2020 teDeventer, in elk geval in Nederland, (telkens)door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of eenandere feitelijkheid, te weten door (in chats (Instagram en/of Snapchat)) tedreigen met- het op internet plaatsen/zetten van (naakt)foto’s van haar en/of- het zeggen van de gelijkende (dreigende) woorden “als je het niet doet kom ik jeopzoeken en gaat er iets met je gebeuren” en/of “ik geef je 1 min langer wacht iknie dan gooi ik ze erop”[slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum 2] 2008) heeft gedwongen tot het plegenen/of dulden van een of meer ontuchtige handelingen, te weten het (voor hem,verdachte, zichtbaar middels social media) door die [slachtoffer 2] laten maken vanopnamen van haar naakte lichaam en/of (waarbij) zij seksuele handelingen bijhaarzelf verricht, bestaande uit het brengen van haar vingers tussen haar benenter hoogte van haar vulva en/of het brengen van haar vingers tussen haar billen;
3
hij op een of meer tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van15 mei 2020 tot en met 13 augustus 2020 te Deventer, althans in Nederland,meermalen, althans eenmaaltelkenseen hoeveelheid afbeeldingen, te weten foto’s en/of afbeeldingen –en/of een gegevensdrager (mobiele telefoon (Samsung)) bevattende afbeeldingen -van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttienjaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, te weten [slachtoffer 2], geboren op [geboortedatum 2] 2008heeftvervaardigd, verworven en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerdwerk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeftverschaftwelke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit:het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van die [slachtoffer 2] en/of (waarbij)zij haar vinger(s) tussen haar benen ter hoogte van haar vulva heeft en/of haarvinger(s) tussen haar billen heeft en/of de uitsnede van de foto’s/filmsnadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoonin beeld gebracht worden,(waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/ofstrekt tot seksuele prikkeling(weergegeven op blz. 108/109 en in toonmap: [screenshots];
4
hij in de periode van 15 mei 2020 tot en met 11 augustus 2020, te Deventer, in elkgeval in Nederland,een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personenbeneden de leeftijd van zestien jaar,zijnde een foto van een ontblote stijve penis en/of een video waarop een man aanhet masturberen is,heeft vertoond (middels chat (Instagram)) aan een minderjarige, te weten,[slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum 2] 2008), van wie hij wist dat deze jonger was danzestien jaar.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat het onder 1 primair, 2, 3 en 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw bepleit vrijspraak van het onder 1 primair ten laste gelegde, omdat het vrijwillig seksueel contact betrof en de handelingen onder gedachtestreepje drie, vier, zes, zeven en negen niet bewezen kunnen worden. Als de rechtbank deze handelingen wel bewezen acht, stelt de raadsvrouw dat geen sprake is van een begin van uitvoering van een verkrachting.
De raadsvrouw refereert zich ten aanzien van het onder 1 subsidiair, 2 en 4 ten laste gelegde aan het oordeel van de rechtbank.
De raadsvrouw merkt voor wat betreft het onder 3 ten laste gelegde op dat er enkel sprake is geweest van het verwerven van kinderporno.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Feit 1 primair
De feiten en omstandigheden
Aangeefster [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) verklaart dat zij op 9 augustus 2020 tussen 03.50 uur en 03.53 uur op de fiets thuiskomt, haar fiets binnen zet en dat er dan opeens een man in de hal van haar woning in [plaats] staat. Kort daarvoor zag [slachtoffer 1] twee handen op de deur. Zij probeerde de indringer nog terug te duwen, maar dat lukte niet meer. De man pakte haar stevig vast en duwde en trok haar verder achterin de hal, richting een nisje. Daar drukte hij haar tegen de muur en maakte een paar knopen van haar korte spijkerbroek los. De man zoende [slachtoffer 1] en ging met zijn tong over haar mond en wangen. Ook betastte hij haar borsten en gezicht. [slachtoffer 1] hoorde de man zeggen dat hij een mes bij zich had en dat zij mee moest werken en dat hij haar anders zou steken. De man zei dat hij haar ging nemen dan wel dat hij dingen met haar ging doen. De man hield op meerdere momenten een hand voor haar mond. Zodra zij de kans kreeg zette [slachtoffer 1] het op een gillen en riep om hulp. Dit trok de aandacht van de buurman van [slachtoffer 1] , die kwam kijken wat er aan de hand was. De indringer vluchtte daarop weg. Dit alles heeft zo’n vijf minuten geduurd.
De buurman van [slachtoffer 1] , de heer [naam] , is gehoord als getuige. Hij verklaart dat hij in de nacht van 9 augustus 2020 wakker werd van geschreeuw uit de hal van het appartementencomplex. Dit geschreeuw bleef aanhouden. De buurman besloot daarom polshoogte te nemen. Toen hij zijn voordeur opendeed, zag hij dat er verderop in de gang iets aan de hand was. Hij zag dat [slachtoffer 1] naar hem toe kwam rennen. Hij zag dat zij een korte broek aan had. Deze broek hing open en de bovenste knopen waren los. Toen hij de gang in keek, zag hij iemand rennen. Diegene vluchtte ‘met een noodvaart’ weg. De buurman zag dat [slachtoffer 1] erg overstuur was en dat zij huilde. De buurman hoorde [slachtoffer 1] zeggen:
“Hij had een mes en ik moest alles doen wat hij zei. Hij heeft me gelikt”.
[slachtoffer 1] is op 12 augustus 2020 onderzocht door een arts. Die arts constateert (roze)rode verkleuringen in de hals van [slachtoffer 1] . Ook neemt de arts, verspreid over de armen en benen van [slachtoffer 1] , paarsblauwe verkleuringen waar. De arts duidt dit letsel aan als bloeduitstortingen. Die ontstaan door de inwerking van stomp uitwending geweld, zoals slaan, schoppen, samendrukken of stoten. Gelet op de plaats en rangschikking kan het letsel aan de bovenarmen en de onderarmen worden geduid als ‘fingertip bruising’ of ‘grip marks’. Dit letsel ontstaat doordat met kracht in de huid wordt geknepen. De verschillende vormen ontstaan door de verschillende mate van kracht die wordt uitgeoefend en de wijze waarop de hand om de huid wordt gelegd.
Om de identiteit van de indringer te achterhalen, vindt forensisch onderzoek plaats aan het lichaam van [slachtoffer 1] . Er worden sporen veiliggesteld aan de mond en wang van [slachtoffer 1] . Tevens wordt haar spijkerbroek bemonsterd op de aanwezigheid van biologische sporen. Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) rapporteert dat op een drietal sporen op de wang en mond van [slachtoffer 1] een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen is aangetroffen. Dit DNA-materiaal kan afkomstig zijn van [slachtoffer 1] en verdachte. Volgens het NFI is het spoor dat op de spijkerbroek is aangetroffen afkomstig van minimaal drie personen. Een relatief grote hoeveelheid daarvan is afkomstig van twee personen, mogelijk [slachtoffer 1] en verdachte.
Naar aanleiding van deze bevindingen is verdachte gehoord. Verdachte heeft bekend dat hij in die nacht in de woning van [slachtoffer 1] is geweest. Volgens verdachte was er echter geen dwang in het spel en stemde [slachtoffer 1] in met het gebeurde. Ze hebben gekust en geknuffeld, wat de aanwezigheid van zijn DNA-materiaal op haar lichaam verklaart. Hij had geen intentie om seks met haar te hebben. Toen de buurman hen betrapte, begon [slachtoffer 1] te huilen en te gillen. Verdachte denkt dat de buurman de vriend was van [slachtoffer 1] en dat zij het wilde doen lijken dat zij door hem gedwongen werd.
De overwegingen en conclusies
De vraag is of verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan een poging tot verkrachting van [slachtoffer 1] . De rechtbank stelt vast dat niet ter discussie staat dat verdachte in de woning van [slachtoffer 1] is geweest en dat hij haar heeft gekust en haar borsten heeft betast. Verdachte en [slachtoffer 1] hebben voor de overige ten laste gelegde handelingen elk een andere lezing van de gebeurtenis. De rechtbank overweegt dat het dossier veel aanknopingspunten bevat die de verklaring van [slachtoffer 1] ondersteunen. Dit is niet het geval ten aanzien van de verklaring van verdachte. Zo past de letselverklaring van de arts bij de verklaring van [slachtoffer 1] dat zij zich heeft verzet. Ook de verklaring van de buurman van [slachtoffer 1] ondersteunt haar verklaring. Hij verklaart namelijk dat hij wakker werd van aanhoudend geschreeuw van een vrouwenstem. Daarnaast vindt de rechtbank de door de buurman omschreven gemoedstoestand van [slachtoffer 1] van belang. Ze was erg overstuur, ze huilde en zij deed meteen haar verhaal, wat ze bij de politie heeft herhaald en aangevuld. Tot slot weegt de rechtbank mee dat de NFI-rapportages, met name ten aanzien van het aangetroffen DNA-materiaal rondom de broeksknopen, bevestiging vinden in de verklaring van [slachtoffer 1] . Daar komt bij dat ook de buurman van [slachtoffer 1] verklaart dat het broekje al open hing en de bovenste knopen los waren toen zij naar hem toe kwam.
De rechtbank heeft bovendien geen aanleiding te twijfelen aan de juistheid van de verklaring van [slachtoffer 1] . Zij heeft direct, bij het eerste contact met haar buurman, verteld dat zij onder dwang van verdachte handelingen moest ondergaan. Vlak daarna, om 06.45 uur, heeft [slachtoffer 1] bij de politie een uitgebreide verklaring afgelegd. Drie dagen daarna is [slachtoffer 1] opnieuw gehoord. Zij had toen op een briefje aanvullende informatie over de gebeurtenis opgeschreven. De verklaringen van [slachtoffer 1] zijn gedetailleerd en op hoofdlijnen consistent.
Het dossier biedt tot slot geen enkele aanwijzing op grond waarvan zou moeten worden vermoed dat [slachtoffer 1] redenen heeft om verdachte valselijk te beschuldigen.
De rechtbank neemt aldus de verklaring van [slachtoffer 1] als uitgangspunt. Op basis daarvan en de overige bewijsmiddelen is er voldoende wettig en overtuigend bewijs voor alle in de ten laste gelegde opgenomen handelingen. De rechtbank is van oordeel dat dit samenstel van handelingen, in het bijzonder het openen van de broek van [slachtoffer 1] en het feit dat verdachte heeft gezegd dat hij haar zou nemen dan wel dingen met haar zou doen, naar hun uiterlijke verschijningsvorm reeds in voldoende concrete mate gericht waren op de voltooiing van de verkrachting zodat gesproken kan worden van een begin van uitvoering van de verkrachting. Er is dan ook sprake van een poging tot verkrachting. De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsvrouw op dit punt en komt tot een bewezenverklaring van het onder 1 primair ten laste gelegde.
Feiten 2, 3 en 4
De feiten en omstandigheden
In het kader van het vorige feit is de mobiele telefoon van verdachte onderzocht. Daaruit is een verdenking van een ander strafbaar feit voortgekomen. Op de fotogalerij van die telefoon zijn namelijk zes screenshots aangetroffen met daarop naaktfoto’s, vermoedelijk van een minderjarig meisje. De screenshots lijken via Instagram te zijn gemaakt door " [slachtoffer 2] " en naar de telefoon van verdachte gestuurd. Technisch onderzoek wijst uit dat verdachte en " [slachtoffer 2] " op 15 mei 2020 vrienden zijn geworden op Snapchat. Verder staan op de fotogalerij een foto van het geslachtsdeel van een man in erectie en een video waarop diezelfde man aan het masturberen is. Die bestanden zijn gemaakt op
9 augustus 2020 om 17.28 uur respectievelijk 17.29 uur.
Op 23 september 2020 neemt de politie contact op met de vader van [slachtoffer 2] (hierna: [slachtoffer 2] ), geboren op [geboortedatum 2] 2008, met de mededeling dat er mogelijk naaktfoto’s van zijn dochter rondgaan. De moeder van [slachtoffer 2] is vervolgens het gesprek met [slachtoffer 2] aangegaan. [slachtoffer 2] heeft haar moeder vervolgens verteld dat ze via Instagram naaktfoto’s van zichzelf moest versturen. Haar moeder heeft namens [slachtoffer 2] aangifte gedaan en heeft de Instagramberichten tussen [slachtoffer 2] en verdachte overhandigd. Uit deze Instagramberichten volgt onder meer dat [slachtoffer 2] vertelt dat zij elf jaar oud is. De persoon met wie zij chat doet zich voor als veertienjarige.
Daarnaast is [slachtoffer 2] als getuige gehoord. Zij verklaart dat iemand haar steeds probeerde toe te voegen op Instagram. Eerst blokkeerde ze de persoon, maar later voelde ze zich gedwongen om te reageren op zijn chatberichten. De persoon gedroeg zich eerst normaal, maar dwong haar later naaktfoto’s te sturen. Hij dreigde dat als zij dat niet zou doen, dat hij haar zou opzoeken en dat er iets met haar zou gaan gebeuren. [slachtoffer 2] heeft er daarom aan toegegeven en heeft meerdere naaktfoto’s verstuurd. Ze herkent zichzelf op de haar getoonde screenshots die op de telefoon van verdachte zijn aangetroffen. Ze weet niet zeker of hij heeft gevraagd om de seksuele handelingen die daarop zichtbaar zijn te verrichten. [slachtoffer 2] verklaart dat zij ook foto’s van zijn geslachtsdeel ontving. Hij stuurde ook een filmpje waarop hij zichzelf aftrok. Het contact stopte half augustus 2020.
Naar aanleiding van deze bevindingen is verdachte gehoord. Verdachte heeft bekend dat hij via social media contact heeft gehad met [slachtoffer 2] . Volgens verdachte deed [slachtoffer 2] zich voor als een meerderjarige vrouw. [slachtoffer 2] stuurde hem spontaan naaktfoto’s toe. Daaruit maakte verdachte op dat zij had gelogen over haar leeftijd. Deze foto’s heeft hij bewust bewaard als bewijs dat hij voor de gek werd gehouden. Verdachte ontkent dat hij foto’s en een filmpje van zijn geslachtsdeel naar [slachtoffer 2] heeft verstuurd.
De overwegingen en conclusies
Feit 2
De rechtbank moet de vraag beantwoorden of verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het dwingen van [slachtoffer 2] tot het plegen van ontuchtige handelingen, die bestonden uit het maken van naaktfoto’s. De rechtbank stelt voorop dat hiervan, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, ook sprake kan zijn als er geen lichamelijke aanraking tussen de dader en het slachtoffer heeft plaatsgevonden. Daarbij komt in het bijzonder betekenis toe aan het antwoord op de vraag of en, zo ja, in hoeverre tussen de dader en het slachtoffer enige voor het plegen of dulden van ontucht relevante interactie heeft plaatsgevonden. Volgens de Hoge Raad zal slechts in uitzonderlijke gevallen sprake kunnen zijn van een dergelijke situatie. [1]
De rechtbank overweegt dat [slachtoffer 2] via Instagram naaktfoto’s van zichzelf heeft verstuurd aan verdachte. In het Instagramgesprek van 17 mei 2020 vraagt verdachte aan [slachtoffer 2] of zij haar ‘kontje en poes’ wil vingeren. Deze handelingen lijken ook door [slachtoffer 2] op beeld te zijn vastgelegd. In die zin lijkt sprake te zijn van concrete bemoeienis en relevante interactie. Toch acht de rechtbank niet bewezen dat deze naaktfoto’s zijn gemaakt naar aanleiding van voornoemde, dan wel andere interactie tussen verdachte en [slachtoffer 2] . Verdachte heeft namelijk alleen gevraagd of [slachtoffer 2] bepaalde seksuele handelingen wilde verrichten, maar haar niet specifiek verzocht dan wel gedwongen daarvan foto’s te maken. Daarnaast blijkt uit het dossier niet op welk moment de naaktfoto’s van [slachtoffer 2] zijn gemaakt, zodat de rechtbank ook daaruit geen verband kan afleiden. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van het onder 2 ten laste gelegde.
Feit 3
De rechtbank stelt vast dat verdachte een bekennende verklaring heeft afgelegd voor het verwerven van kinderporno op zijn telefoon. [slachtoffer 2] heeft verklaard dat zij meerdere keren naaktfoto’s naar verdachte heeft verstuurd. Op de telefoon van verdachte zijn zes naaktfoto’s aangetroffen. [slachtoffer 2] herkent zichzelf van deze foto’s. De rechtbank komt op basis daarvan tot een bewezenverklaring van het onder 3 ten laste gelegde, ten aanzien van het verwerven van kinderporno.
Feit 4
De rechtbank stelt vast dat verdachte ontkent dat hij [slachtoffer 2] porno heeft verstuurd. Daar staat tegenover dat [slachtoffer 2] heeft verklaard dat zij van verdachte een foto van zijn geslachtsdeel en een video waarop hij zichzelf aftrok heeft ontvangen. Aangezien dergelijke bestanden ook op de telefoon van verdachte zijn aangetroffen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 4 ten laste gelegde heeft begaan.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1. primair
hij op 9 augustus 2020 te Deventer, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot het ondergaan van een of meer handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] ,- de woning van die [slachtoffer 1] is binnengedrongen en- vervolgens die [slachtoffer 1] stevig heeft vastgepakt en- daarbij heeft gezegd dat hij, verdachte, een mes bij zich had en dat zij mee moest werken, anders zou hij haar steken en- daarbij tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd “ik ga je nemen” of “ik ga nu dingen met je doen”,- die [slachtoffer 1] tegen de muur heeft gedrukt en- de korte broek van die [slachtoffer 1] heeft geopend en- die [slachtoffer 1] over haar gezicht heeft gelikt en
- de borsten van die [slachtoffer 1] heeft betast en- een hand voor de mond van die [slachtoffer 1] heeft gehouden,terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3
hij in de periode van 15 mei 2020 tot en met 13 augustus 2020 te Deventer, meermalen, telkens een hoeveelheid afbeeldingen, te weten foto’s, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken, te weten [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2008 heeft verworven, welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit het naakt poseren van die [slachtoffer 2] waarbij- zij haar vingers tussen haar benen ter hoogte van haar vulva heeft en
- haar vingers tussen haar billen heeft en
- het ontblote geslachtsdeel, de borsten en billen van die persoon in beeld gebracht worden,waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling
( [screenshots]
);
4
hij in de periode van 15 mei 2020 tot en met 11 augustus 2020, te Deventer, een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, zijnde een foto van een ontblote stijve penis en een video waarop een man aanhet masturberen is, heeft vertoond middels chat (Instagram) aan een minderjarige, te weten,[slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum 2] 2008), van wie hij wist dat deze jonger was danzestien jaar.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte onder 1 primair, 3 en 4 meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 240a, 240b en 242 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1 primair
het misdrijf:
poging tot verkrachting;
feit 3
het misdrijf:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verwerven;
feit 4
het misdrijf:
een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, vertonen aan een minderjarige van wie hij weet, dat deze jonger is dan zestien jaar.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden, met aftrek van het voorarrest.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw verwijst naar een aantal uitspraken waarin een lagere straf is opgelegd dan die is genoemd in de richtlijnen voor verkrachting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). De raadsvrouw vraagt verder rekening te houden met de geringe hoeveelheid verworven kinderporno en verstuurde porno.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een poging tot verkrachting van [slachtoffer 1] . [slachtoffer 1] bevond zich op het moment van die poging tot verkrachting in haar woning, wat bij uitstek de plaats is waar zij zich veilig moet kunnen voelen. Verdachte is voorbijgegaan aan allerlei verbale en non-verbale signalen van verzet en weerstand bij [slachtoffer 1] . De rechtbank neemt het verdachte zeer kwalijk dat hij door zijn handelen de gevoelens van [slachtoffer 1] ondergeschikt heeft gemaakt aan zijn eigen lustgevoelens, zonder rekening te houden met de eventuele gevolgen die [slachtoffer 1] in de toekomst hiervan zal ondervinden. Door zijn handelen heeft verdachte het gevoel van veiligheid en vertrouwen bij [slachtoffer 1] op grove wijze beschaamd. [slachtoffer 1] heeft via de ter zitting voorgelezen slachtofferverklaring kenbaar gemaakt welke grote impact de gebeurtenissen hebben (gehad) op haar. Verdachte heeft er geen blijk van gegeven verantwoordelijkheid te willen dragen en het verwerpelijke van zijn handelen in te zien. De rechtbank rekent dit verdachte zeer aan.
Daarnaast heeft verdachte via Instagram naaktfoto’s verworven van en verstuurd naar een minderjarig meisje. Dit terwijl hij wist dat het meisje toen nog maar elf jaar oud was.
De rechtbank overweegt dat het verwerven van kinderporno moreel buitengewoon verwerpelijk en maatschappelijk zeer ongewenst is. Het is algemeen bekend dat de aanwezigheid van kinderpornografisch materiaal kan leiden tot het ontstaan van ernstige psychische schade bij de personen die worden afgebeeld. Dat geldt voor minderjarigen ook voor het zien van naaktfoto’s en seksuele handelingen van anderen. Jonge kinderen in hun (seksuele) ontwikkeling moeten daartegen beschermd worden. Ook neemt de rechtbank het verdachte kwalijk dat hij geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden en dat hij is blijven volhouden dat hij er door het meisje is ingeluisd. Verdachte geeft er hiermee blijk van dat hij totaal geen inzicht heeft in de verwerpelijkheid van zijn gedrag, wat buitengewoon zorgelijk is.
De rechtbank overweegt dat de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS bij een verkrachting uitgaan van een gevangenisstraf van 24 maanden. Omdat het in deze zaak bij een poging is gebleven, zal de rechtbank dit oriëntatiepunt met een derde verlagen, zodat er zestien maanden resteren.
De oriëntatiepunten noemen voor het bezit/verwerven van kinderporno de maximale taakstraf van 240 uren en een deels voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden.
Voor het verspreiden van porno aan een minderjarige zijn geen oriëntatiepunten opgesteld.
De rechtbank heeft meegewogen dat verdachte blijkens zijn justitiële documentatie van
3 november 2020 in 2009 eerder is veroordeeld wegens het plegen van zedendelicten.
Verder heeft de rechtbank acht geslagen op het reclasseringsrapport van 2 november 2020. Hoewel de reclassering spreekt van instabiliteit op verschillende leefgebieden, adviseert zij de oplegging van een straf zonder bijzondere voorwaarden. Dit vanwege het gebrek aan motivatie voor begeleiding en behandeling, het ontbreken van hulpvragen aan de reclassering en de stellige ontkennende houding van verdachte.
De rechtbank is van oordeel dat, gezien de ernst van de gepleegde feiten, niet anders kan worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. In strafverzwarende zin houdt de rechtbank rekening met de recidive van verdachte, zijn proceshouding, het feit dat één van de twee slachtoffers een minderjarige betreft en beide slachtoffers moedwillig een heftige ervaring is opgedrongen.
De rechtbank acht, alles overwegende, een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, met aftrek van het voorarrest, passend en geboden. Deze straf is lager dan door de officier van justitie is geëist, omdat de rechtbank verdachte heeft vrijgesproken van het onder 2 ten laste gelegde feit.

8.De schade van benadeelden

8.1
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om immateriële schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 2.500,- (tweeduizend vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat de vordering van de benadeelde partij volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw verzoekt primair, in verband met de door haar bepleite vrijspraak, dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar vordering. Subsidiair, als de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, voert de raadsvrouw geen verweer.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door het onder 1 primair bewezenverklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij. De opgevoerde immateriële schade is voldoende onderbouwd en aannemelijk en niet betwist. De rechtbank zal het gevorderde bedrag van
€ 2.500,- daarom geheel toewijzen, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop het strafbare feit is gepleegd.
8.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het feit is toegebracht.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 57 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 primair, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder 1 primair, 3 en 4 meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 primairhet misdrijf:
poging tot verkrachting;
feit 3het misdrijf:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verwerven;
feit 4het misdrijf:
een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, vertonen aan een minderjarige van wie hij weet, dat deze jonger is dan zestien jaar;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 primair, 3 en 4 bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij
[slachtoffer 1](feit 1 primair) van een bedrag van
€ 2.500,-(zegge: vijfentwintighonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 9 augustus 2020;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 2.500,-(zegge: vijfentwintighonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 9 augustus 2020 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van
35 dagenkan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.J.C. Monincx, voorzitter, mr. R.M. van Vuure en
mr. J. Faber, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.H. Doldersum en mr. G.J. Leyendijk-Kramer, griffiers, en is in het openbaar uitgesproken op 10 december 2020.
Buiten staat
De eerste griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland, Team Zeden met nummer [nummer 1] . Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Feit 1 primair:
1. Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 9 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 1-5):
(...) Plaats delict: [adres 2] [plaats]Pleegdatum/tijd: Tussen zondag 9 augustus 2020 om 03:50 uur en zondag 9 augustus 2020 om 03:53 uur (...)
Op zondag 9 augustus 2020 om 06:45 uur, hoorden wij in persoon een persoon die ons
opgaf te zijn: (…) Aangever (…) [slachtoffer 1] (…) [slachtoffer 1] (…)A: (...) Ik zag op een gegeven moment twee handen op de deur.V: Wat hoor je bij de deur?A: Lawaai, hij was opeens binnen. Ik heb hem nog terug te duwen. Ik weet niet of er een voet tussen zat of iets anders maar het lukte niet meer. Hij stond toen al binnen. (...)V: Waar is het gebeurd?A: In de hal (...)V: Hoe heeft hij jou daar dan gekregen?A: Hij heeft mij geduwd en mee getrokken. Ik heb mij wel verzet.V: Waar heeft hij jou vast gehouden en geduwd?A: Schouders, heupen, overal wel. (...)V: Wat heeft hij gezegd, en wat was de manier waarop?A: Toen we in de nis stonden heeft hij mijn korte spijkerbroek losgemaakt. Hij heeft twee of drie knopen losgemaakt. Toen ging hij mij zoenen en betasten. Hij ging met zijn tong over mijn mond en wangen. Hij zei toen: "Dat ik rustig moest blijven en dat hij een mes bij zicht had". Als ik rustig zou blijven dan zou er niks gebeuren. Hij heeft heel veel gezegd. Maar hij zei ook iets van: "Ik ga je nemen". Of ik ga nu dingen met je doen" (...) Voor mij was het wel duidelijk wat hij wilde. Ik was alleen maar aan het gillen: "Help help". (...)V: Waar heeft hij met zijn handen jou aangeraakt?A: Bij mijn heupen, bij mijn hals/ schouders. (...)V: Hoe vaak heeft hij gezegd dat hij een mes bij zich had?A: Meerdere malen maar ik denk drie keer. (...) Hij heeft mij nog verder naar achter genomen ik ben toen nog harder gaan gillen. Toen kwam mijn buurman. (...)V: Hoelang heeft dit alles geduurd?A: Ik denk vijf minuten. (...)2. Het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer 1] van 12 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 6-11):
(...) Toen hij binnen was, pakte hij mij gelijk vast. Dit was bij mijn heupen/ middel. Hij pakte mij stevig vast. Daarna heeft hij gezegd dat hij een mes bij zich had. Ik moest mee werken. Als ik niet zou meewerken dan zou hij mij steken. (...) Hij probeerde mij steeds verder achter in de gang te duwen. Daar is het heel donker. (...) Dan heb ik heel helder dat hij mij om de hoek tegen een muur aan duwt, dit was om het nisje. (...) Ik word daar tegen de muur aan gedrukt. Hier knoopt hij mijn broek los. Hij heeft toen over mijn gezicht gelikt. En hij ook zijn hand voor mijn mond. Het likken en betasten van mijn gezicht was daar. Dit deed hij met zijn mond en met zijn hand. Ik denk dat ik daar heel hard heb geschreeuwd en gegild. Dit deed ik dan als hij zijn hand van mijn mond af deed. (...)V: Welke dingen heeft hij tegen je gezegd?A: "Dat hij een mes heeft" Dat weet ik zeker " Dat ik mee moest werken" (...) Ik heb over mijn lichaam heen blauwe plekken, dit is vooral om mij naar achter te krijgen. Hij heeft mij ook bij mijn armen beet gepakt. (...)3. Het proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres 2] [plaats] ) van
6 september 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 15-19):
(...) De volgende sporen en sporendragers werden in het belang van de bewijsvoering en/ofnader onderzoek veiliggesteld: (...)- bemonstering droog met een wattenstaafje aan de linkerzijde van de mond/wang,veiliggesteld en benoemd als SIN: [SIN] ;- bemonstering nat met een wattenstaafje aan de rechterzijde van de mond/wang,veiliggesteld en benoemd als SIN: [SIN] ;- bemonstering droog met een wattenstaafje aan de rechterzijde van de mond/wang,veiliggesteld en benoemd als SIN: [SIN] ; (...)
4. Een schriftelijk bescheid, te weten een forensisch geneeskundige letselbeschrijving van
24 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 25-26):
(…)Hoofd
Links in de hals bevindt zich een drietal (roze)rode verkleuringen met een intacte huid. (…)
Extremiteiten
Op de bovenarm rechts bevinden zich aan de buigzijde drie ronde slecht begrensde paarsblauwe verkleuringen met intacte huid. (…)
Op de bovenarm rechts bevindt zich verder aan de strekzijde een grillig matig scherp begrensde paarsblauwe verkleuring van 7 bij 4,5 cm met in het midden een bleekgele uitsparing. De huid is intact.
Op de onderarm rechts bevinden zich aan de buigzijde twee ronde slecht begrensde paarsblauwe verkleuringen met intacte huid, elk met een doorsnede van ongeveer 0,7 cm.
Op de bovenarm links bevinden zich aan de buigzijde twee grillige slecht begrensde paarsblauwe verkleuringen met intacte huid.
Op het onderbeen rechts bevindt zich aan beide zijden van de bovenkant van de tatoeage slecht begrensde paarsblauwe verkleuring met intacte huid.
Op het bovenbeen links bevinden zich een tweetal ronde slecht begrensde paarsblauwe verkleuringen met intacte huid. (…)
De resterende letsel zijn bloeduitstortingen. Bloeduitstortingen ontstaan door de inwerking van stomp uitwendig geweld zoals slaan, schoppen, samendrukken of stoten. Gezien de plaats en rangschikking kan het letsel aan de bovenarmen en de onderarmen worden geduid als 'fingertip bruising' of'grip marks'. Dit letsel ontstaat doordat met kracht in de huid wordt geknepen. De verschillende vormen ontstaan door de verschillende mate van kracht die wordt uitgeoefend en de wijze waarop de hand om de huid wordt gelegd. (…)
5.
Het proces-verbaal van verhoor van getuige [naam] van 9 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 39-40):
(...) Ik hoorde geschreeuw komen uit de hal van het appartementencomplex. (...) Het geschreeuw bleef doorgaan. Ik deed mijn voordeur open. Mijn bovenbuurvrouw [slachtoffer 1] kwam vervolgens naar mij toe gerend. Haar bracht ik naar binnen mijn woning in. Ik zag vervolgens een jongeman de hal uit rennen. Hij sprong over de fiets heen die op de grond lag. (…)
6.
Het proces-verbaal van bevindingen aanvullingen getuige [naam] van 12 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 41-42):
(...) [naam] deelde ons desgevraagd mede dat hij in de nacht van zaterdag 8 op zondag

9 augustus 2020 laat in bed lag. (...) Hij werd wakker van lawaai bij de voordeur en geschreeuw van een vrouwenstem. Dit geschreeuw bleef aanhouden. (...) Hij ging vrij kort, hij schat na een halve minuut, na het wakker worden uit zijn bed. (...) Hij deed zijn voordeur open en zei: “Hee”. Hij zag toen dat rechts van hem iets aan de hand was, verderop in de gang. Verderop in de gang was het heel donker. Hij zag toen in een flits zijn buurvrouw [slachtoffer 1] van rechts aan komen rennen. [slachtoffer 1] sprong / rende bijna in zijn armen. Hij zag dat zij een korte broek aan had en hij zag dat dit broekje open hing. Hij zag dat de bovenste knopen los waren , hij weet niet hoeveel. Het broekje was niet uit, het hing wat naar beneden om haar heupen. (...) Toen draaide hij zich weer om naar de gang. Hij zag toen voor hem van rechts iemand uit de hal komen rennen. Er vluchtte iemand met een noodvaart weg. Die persoon sprong over de fiets van [slachtoffer 1] heen, die op de vloer lag kort achter de voordeur. (...) Getuige [naam] is toen eerst naar [slachtoffer 1] gelopen omdat zij erg overstuur was en huilde. Hij vroeg: “Wat is er gebeurd? “ Hij hoorde dat ze zei: “Hij had een mes en ik moest alles doen wat hij zei. Hij heeft me gelikt”. (...)

7. Een schriftelijk bescheid inhoudende een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut van 13 augustus 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 67-73):
(...)
SIN(omschrijving)
DNA kan afkomstig zijn van
Bewijskracht
[SIN]
rechter wang/mond
droog
Minimaal twee personen
- Slachtoffer [slachtoffer 1]
- [verdachte]
- zie toelichting
- Niet berekend
[SIN]
linker wang/mond
nat
Minimaal twee personen
- Slachtoffer [slachtoffer 1]
- [verdachte]
- zie toelichting
- Niet berekend
[SIN]
rechter wang/mond
nat
Minimaal twee personen
- Slachtoffer [slachtoffer 1]
- [verdachte]
- zie toelichting
- meer dan 1 miljard
(...) Voor onderstaande bemonstering(en) is de bewijskracht berekend.[SIN] (rechter wang/mond nat)Voor deze berekening is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van twee niet-verwante personen. Ook is aangenomen dat een deel van het DNA afkomstig is van het slachtoffer. (...)DNA-mengprofiel [SIN] is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer debemonstering DNA bevat van slachtoffer [slachtoffer 1] en [verdachte] , dan wanneer debemonstering DNA bevat van slachtoffer [slachtoffer 1] en een willekeurige onbekende persoon. (...)
8. Het proces-verbaal biologisch vooronderzoek van 14 oktober 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 114a-114c):
(...) Ik heb het gebied rondom de 4 knopen, het gebied rondom de 4 knoopsgaten en de rand van de gulp (zie foto 1 en 2) bemonsterd op de mogelijke aanwezigheid van humaan biologische sporen. Ik heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN [SIN] en verzegeld. (...)
9. Een aanvullend schriftelijk bescheid inhoudende een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut van 18 november 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...)
SIN(omschrijving)
DNA kan afkomstig zijn van
Bewijskracht
[SIN]
(rondom 4 knopen,
rondom knoopsgaten,
randje gulp van broek)
minimaal drie personen
een relatief grote hoeveelheid DNA van twee personen:
- Slachtoffer [slachtoffer 1]
- [verdachte]
een relatief kleine hoeveelheid DNA van minimaal één andere persoon:
niet geschikt voor vergelijkend DNA-onderzoek
- zie toelichting
- meer dan 1 miljard
- niet van toepassing
(...) [SIN] (rondom 4 knopen, rondom knoopsgaten, randje gulp van broek)Voor deze berekening is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van drieniet-verwante personen. Ook is aangenomen dat een deel van het relatief grote hoeveelheidDNA afkomstig is van het slachtoffer. (…)DNA-mengprofiel [SIN] ismeer dan 1 miljardkeer waarschijnlijker wanneerde bemonstering DNA bevat van slachtoffer[slachtoffer 1] , [verdachte]en een willekeurigeonbekende persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer[slachtoffer 1]entwee willekeurige onbekende personen. (...)
10. De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 26 november 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(…) Ik ben in de nacht van 9 augustus 2020 bij aangeefster in de woning geweest. (…) We hebben in het halletje gekust en geknuffeld. (…)

Feiten 3 en 4:
1. Het proces-verbaal onderzoek telefoon van 30 september, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 108-109):
(...) Mij werd vanuit het onderzoeksteam gevraagd om onderzoek te doen naar de aanwezigheid van een chat met contactpersoon " [slachtoffer 2] '.Op maandag 21 september 2020 werden door mij onderzoekshandelingen verricht aan de mobiele telefoon van de verdachte met het goednummer: [nummer 2] . (...)Ik heb 6 screenshots aangetroffen in de foto galerij op het toestel. Op deze 6 screenshots zag ik het naakte lichaam van een vrouw, waarvan het mij onbekend was of zij de leeftijd van 18 jaar al bereikt had. Tevens zag ik bovenaan de screenshot de tekst " [slachtoffer 2] aan jou nu". De screenshot lijkt gemaakt te zijn van een door " [slachtoffer 2] ' gestuurde foto naar de verdachte via Instagram.Beschrijving screenshots1. Bestand: [screenshots]Op de foto zie ik de voorkant van een naakte vrouw vanaf haar knieën tot aan de tepels. Ik zie geen haar op het lichaam.2. Bestand: [screenshots]Op de foto zie ik de voorkant van een naakte vrouw vanaf haar knieën tot boven de tepels. Ik zie dat zij haar vingers tussen haar benen ten hoogte van haar vulva heeft.3. [screenshots]Op de foto zie ik de voorkant van een naakte vrouw vanaf haar knieën tot haar kin. Ze houdt haar linker bovenbeen iets omhoog.4. [screenshots]Op de foto zijn haar blote billen te zien, een deel van haar onderrug en een deel van de bovenbenen (achterkant). Tevens zie ik waterdruppels op haar rug.5. [screenshots]Op de foto is een deel van haar onderrug te zien, blote billen en een deel van haar bovenbenen (achterkant). Ik zie dat zij, vermoedelijk haar eigen, drie vingers tussen haar billen heeft.6. [screenshots]Op de foto zijn haar blote billen te zien, een deel van haar onderrug, een deel van de bovenbenen (achterkant) en krullend blond haar wat ten hoogte van haar buik voor haar hangt. In de foto galerij heb ik een foto aangetroffen van een man, waarbij zijn geslachtsdeel in erectie was. Ik zag dat de foto gemaakt was op 9 augustus 2020 om 17:28 uur met het type toestel " [toestel] ". Dit is hetzelfde type toestel die in gebruik is bij de verdachte.Tevens heb ik op het toestel een video aangetroffen met een datum en tijdstempel van 9 augustus 2020 17:29 uur, waarop een man aan het masturberen was. Het betrof dezelfde man als hierboven genoemd. (...)
2. Het proces-verbaal aanvullend onderzoek van 23 oktober 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 110-111):

(...) Tevens zag ik dat dit account en het account met de naam " [slachtoffer 2] ' op Snapchat vrienden zijn geworden op 15 mei 2020. (...) Ik zag dat het e-mailadres: " [emailadres] " was ingesteld en dat er geen mobiele telefoonnummer was toegevoegd. (...)

3.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangever] namens [slachtoffer 2] van 8 oktober 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 119-121):
(…) Zij deed aangifte namens het slachtoffer [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2008 te

[geboorteplaats 2] (...) Ik vertelde haar dat de zedenpolitie naaktfoto's van haar had gevonden bij iemand van een zedenmisdrijf. (...) Ze zei dat hij via Instagram zelf een berichtje stuurde op haar privé account. Omdat ze die persoon niet kende blokkeerde ze hem telkens. Hij kwam telkens met een nieuw contact oppoppen. Uiteindelijk zijn ze toch gaan chatten via Instagram. In het begin was het nog leuk. Uiteindelijk kreeg het een andere wending. (...) Wat ik heb terug gevonden op haar Instagram account is een chat waarin staat dat hij zegt 14 te zijn en hij vraagt aan haar hoe oud zij is en zij antwoordt 11 bijna 12. (...) In één van deze beide accounts staat dat ze hem moet deblokkeren. Er staat daarbij een screenshot van zijn eigen snapchataccount. Daar heet hij: [account] . Hierin zet die persoon: Ga naar de wc. [slachtoffer 2] zegt dan dat dat niet gaat omdat haar ouders daarnaast slapen. De man zegt: Doe toch even snel, je hebt een minuut en anders zet ik je foto's op internet. (...) Ik zie dan dat [slachtoffer 2] toegeeft. Ik las dat hij zegt: Steek een vinger in je poes of twee, lukt dat ook? En ook: Steek een vinger in je kont. (…) Ze had me ook verteld dat ze blootfoto's van zichzelf moest sturen. (...) Ik kon ook afleiden aan de chat dat hij seksueel getinte foto's en filmpjes naar [slachtoffer 2] had gestuurd en daarbij schreef: Schiet op ik kom bijna. (...) Hij heeft ook nog aangegeven dat als ze het niet doet, dat hij haar dan zelf op gaat zoeken en het zelf met haar gaat doen. (...) [slachtoffer 2] zei ook dat ze zich kon herinneren dat hij zei dat hij uit [plaats] kwam. (…)

4. Het proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 2] van 8 oktober 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 122-126):
(...) V: Hoe heb je contact gekregen met deze persoon?A: Het was in ieder geval dit jaar. Dat contact ging via Instagram. Hij wou mij volgen en toen heb ik hem niet geaccepteerd want ik wilde alleen contact met bekenden. Hij ging mij toen chatberichten sturen via Instagram. (...) Het was eerst een normaal gesprek. Ik blokkeerde hem de hele tijd, maar toen kwam hij telkens met een nieuw account terug. (...) Dat gebeurde dagelijks. Toen kon ik er niks meer aan doen door hem te blokkeren. Ik voelde me gedwongen. (...) Hij was eerst normaal en toen begon hij mij te dwingen. Hij dwong mij dat als ik dat niet zou doen dat hij mij op zou zoeken en dat er iets met mij zou gaan gebeuren. (...)V: Je zegt dwingen?A: Hij wou dat ik die foto's ging sturen. Ik dacht; ik doe het maar want straks is het waar wat hij zegt en dan gaat er iets gebeuren.V: Wat voor foto's moest je maken?A: Naaktfoto's. (...)V: En wat deed jij toen?A: Ik dacht: ik doe het maar want ik wilde niet dat er iets gebeurde. (...)
V: Wanneer stopte het?
A: (…) We zouden gaan afspreken maar ik was niet komen opdagen en daarna heb ik niets meer van hem gehoord.
V: Is er rondom die dag dat je zou afspreken iets bijzonders?
A: Volgens mij was het ergens in augustus. (…)V: Wat heeft hij zelf gestuurd van zichzelf?A: Een filmpje dat hij met zichzelf bezig is.V: Weet je hoe dat heet?0: Slachtoffer wordt erg emotioneel. Ze schrijft de letter 'A' op.V: Aftrekken bedoel je?A: Ja.V: Wat stond er op de foto's die hij stuurde?A: Een foto van zijn piemel. Geen andere foto's. Ik denk dat hij ongeveer 20 foto's van zijn blote piemel stuurde. Het was dezelfde piemel. (...)0: Slachtoffer wordt twee foto's getoond en aangegeven dat er 6 foto's zijn aangetroffen op de telefoon van een verdachte die is aangehouden en vast zit.V: Ken jij deze foto's? (Betreft foto nr.2 en 3)A: Dat ben ik. (...)
5. De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 26 november 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(…) Ik heb één naaktfoto van [slachtoffer 2] gekregen. (...) De voorzitter houdt mij voor dat uit de foto kan worden afgeleid dat zij minderjarig is. Ik wilde bewijs tegen haar. (…) Het was dom van mij. Ik had het kunnen verwijderen. Ik wilde het later tegen haar gebruiken. (…)

Voetnoten

1.HR 27 oktober 2020, ECLI:NL:HR:2020:1675. Hoewel het in dat arrest ging om ‘ontucht’ als bedoeld in artikel 247 Sr, hanteert de Hoge Raad het criterium van ‘enige voor het plegen of dulden van ontucht relevante interactie’ ook bij ‘aanranding’ als bedoeld in artikel 246 Sr, aldus de Procureur-Generaal onder punt 27 in de conclusie (PHR 19 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:492).