Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1. de gemeente Almelo,
2. de gemeente Borne,
3. de gemeente Dinkelland,
4. de gemeente Haaksbergen,
5. de gemeente Hellendoorn,
6. de gemeente Hengelo,
7. de gemeente Hof van Twente,
8. de gemeente Oldenzaal,
9. de gemeente Rijssen-Holten,
10. de gemeente Tubbergen,
11. de gemeente Twenterand,
12. de gemeente Wierden,
13. de gemeente Enschede,
14. de gemeente Losser,
1.De procedure
2.De feiten in de hoofdzaak en in het incident
Artikel 10 integriteit
Opdrachtnemer en zijn directie/bestuur verklaren dat zij ervan doordrongen zijn dat Opdrachtgevers als gemeenten uitsluitend zaken doen met partijen die integer handelen. Partijen die niet integer zijn of waarover integriteitstwijfels bestaan, worden niet gefaciliteerd door Opdrachtgevers. Zorg wordt verleend aan hulpbehoevenden. Zorg moet dan ook verleend worden door partijen wier integriteit boven elke twijfel is verheven. Opdrachtgevers beogen in dat verband te voorkomen dat zij overeenkomsten aangaan of laten voorbestaan met partijen waarover integriteitstwijfels bestaan. (…)
Niet betrokken zijn geweest bij strafbare feiten noch overtredingen hebben begaan;
Geen verdachten van strafbare feiten zijn geweest noch daarvoor zijn veroordeeld;
Geen bestuurlijke en/of fiscaalrechtelijke boetes opgelegd hebben gekregen;
Geen bestuursrechtelijke handhavingsmaatregelen opgelegd hebben gekregen in de vorm van een last onder bestuursdwang en/of dwangsom.
(…) Daarnaast mogen er gedurende de looptijd van deze raamovereenkomst geen feiten of omstandigheden bestaan of ontstaan die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat Opdrachtnemer in relatie staat tot strafbare feiten, het is in dit verband niet noodzakelijk dat Opdrachtnemer formeel als verdachte wordt aangemerkt en/of strafrechtelijk vervolgd en veroordeeld wordt om integriteitstwijfels aan te nemen.
Opdrachtgevers kunnen de raamovereenkomst onmiddellijk en naar eigen keuze opschorten of ontbinden, zonder gehouden te zijn tot vergoeding van eventuele schade en zonder daarbij een termijn in acht te hoeven nemen, voor zover er sprake is van één of meer van de volgende situaties:
Opdrachtnemer niet naar waarheid heeft verklaard ten aanzien van het bepaalde in lid 1 van dit artikel;
Een of meerdere van de omstandigheden als bedoeld in lid 1 van dit artikel op Opdrachtnemer van toepassing is of wordt, waardoor er integriteitstwijfels ontstaan;
Er sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat Opdrachtnemer in relatie staat tot strafbare feiten;
Er sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat Opdrachtnemer en/of zijn directie en/of de aan hen gelieerde vennootschappen een zakelijk samenwerkingsverband onderhouden met derden die in relatie staan tot strafbare feiten of daarvan verdacht worden;
Er sprake is van feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat ter verkrijging van deze raamovereenkomst een strafbaar feit is gepleegd of een overtreding is begaan”