Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
B&L METALS B.V.,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 5 november 2020 uitspraak gedaan in een verzoek tot vernietiging van een ontslag op staande voet. Verzoeker, een productie medewerker bij B&L Metals B.V., had op 28 mei 2020 handletsel opgelopen tijdens het knippen van een brandblusser met een mechanische schaar. B&L ontsloeg verzoeker op 29 mei 2020 op staande voet, stellende dat verzoeker zich schuldig had gemaakt aan bewust roekeloos gedrag, wat een dringende reden voor ontslag zou vormen. Verzoeker heeft hiertegen verweer gevoerd en verzocht om wedertewerkstelling en doorbetaling van salaris.
De procedure vond plaats via Skype en later fysiek, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde en zijn broer. B&L was vertegenwoordigd door haar directeur en een secretaresse. De kantonrechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, waaronder de aard van het werk van verzoeker en de veiligheidsregels die B&L zou hebben gesteld. De kantonrechter oordeelde dat B&L niet voldoende had aangetoond dat verzoeker zich schuldig had gemaakt aan roekeloos gedrag, en dat het ontslag op staande voet derhalve niet gerechtvaardigd was.
De kantonrechter heeft het verzoek van verzoeker tot vernietiging van het ontslag toegewezen, waardoor de arbeidsovereenkomst voortduurt en verzoeker recht heeft op betaling van achterstallig loon. De proceskosten zijn voor rekening van B&L, die ongelijk heeft gekregen in deze procedure.