11.De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte subsidiair meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
subsidiair het misdrijf: zware mishandeling;
- verklaart verdachte strafbaar voor het subsidiair bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
8 (acht) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de veroordeelde voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde(n) niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat de veroordeelde:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Tactus Verslavingszorg, Raiffeisenstraat 75
7514 AM Enschede, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht; de reclassering zal contact met veroordeelde opnemen voor de eerste afspraak;
- zich laat opnemen bij FPA Radix te Heerlen aan de John F. Kennedylaan 305 te Heerlen (088 506 69 36), of een soortgelijke zorginstelling, op indicatie van het IFZ (Indicatiestelling Forensische Zorg) en DIZ (Divisie Interne Zaken), voor de duur van maximaal twaalf maanden of zoveel korter als de reclassering en/of behandelaar nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt de veroordeelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
- zich in opvolging van de klinische behandeling laat behandelen door JusTact, forensische polikliniek van Tactus Verslavingszorg, of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering in het kader van een nazorgtraject. De behandeling start nadat een positieve intake heeft plaats gevonden. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Bij een terugval in middelengebruik, overmatig middelengebruik of ernstige zorgen over het psychiatrische toestandsbeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende klinische opname voor crisisbehandeling, detoxificatie of stabilisatie. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende klinische opname indiceert, laat de veroordeelde zich opnemen in een zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De kortdurende klinische opname duurt maximaal zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- de veroordeelde verblijft in opvolging van de klinische behandeling in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start nadat een positieve intake heeft plaats gevonden;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de veroordeelde:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van een bedrag van € 791,32 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 april 2020);
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het subsidiair bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 791,32te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 april 2020 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 15 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van veroordeelde om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [slachtoffer] , voor een deel van € 484,99 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
opheffing bevel voorlopige hechtenis
- heft het bevel tot voorlopige hechtenis op met ingang van de dag dat het voorarrest gelijk wordt aan de opgelegde onvoorwaardelijke straf;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf
- wijst af de vordering tot verlenging van de proeftijd van de bij vonnis van de kinderrechter in deze rechtbank van 12 maart 2019 met parketnummer 08-203290-18 opgelegde voorwaardelijke taakstraf.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. van Diggele, voorzitter, mr. C.C.S. Bordenga-Koppes en mr. A.M.G. Ellenbroek, rechters, in tegenwoordigheid van E.P. Endlich, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 3 november 2020.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 20 oktober 2020, zakelijk weergegeven inhoudende:
Op 24 april 2020 heb ik in Hengelo (O) met een mes de benen en de buik van [slachtoffer] geraakt.
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] van 25 april 2020, zakelijk weergegeven inhoudende op pagina’s 46 tot en met 48:
Op 24 april 2020, in Hengelo (O), stak [verdachte] mij met het mes in mijn rechter bovenbeen. Ik zag en voelde dat [verdachte] mij opzettelijk en met kracht met het mes in mijn bovenbeen stak. Ik voelde veel pijn aan mijn been. Ik zag dat het bloed uit mijn been gutste. Ik heb door het steken twee steekwonden in mijn buik, ongeveer vijf centimeter boven mijn navel. In mijn rechter bovenbeen heb ik een diepe steekwond die gehecht moest worden. Deze wond moet van binnenuit dicht groeien. Ik heb veel pijn aan de drie steekwonden.
3.
Een geschrift, te weten een rapport getiteld Letselrapportage Forensische Geneeskunde van S.D. Mensink, forensisch arts bij de GGD Twente van 25 april 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Betreft: [slachtoffer]
Datum letselonderzoek 25 april 2020
Tijdens het letselonderzoek en na bestudering van de door betrokkene aangeleverde foto is letsel geconstateerd van het rechter bovenbeen. Het letsel is passend bij steek- en snijletsel. Dergelijke letsels worden veroorzaakt door een puntige of scherprandig voorwerp. Opvallend is dat op elke locatie waar letsel geconstateerd is, een combinatie van twee scherprandige letsels wordt gezien met een kleine uitsparing tussen de letsels. Aan de voorzijde van het rechter bovenbeen zijn twee scherp begrensde huidonderbrekingen zichtbaar. De bovenste huidonderbreking heeft een lengte van circa 4,5 centimeter. Na hechten is de breedte van het bovenste letsel circa 1 centimeter. De bovenzijde van het letsel loopt in een punt, aan de onderzijde wordt een horizontaal verlopende wondrand gezien.
Onder dit letsel bevindt zich een kleiner letsel met een lengte van circa 2 centimeter en een breedte van circa 1 centimeter. Het letsel lijkt centraal dieper te zijn. Aan de boven- en onderzijde loopt het letsel spits toe. Steek- en snijwonden ontstaan door een inwerkende kracht van een scherp voorwerp op de huid en het onderliggende weefsel. Bij snijletsel is de lengte van de wond groter dan de diepte. Bij steekletsel wordt echter vaak een diepere
wond gezien. Het onderste letsel aan de voorzijde van het rechter bovenbeen is passend bij een steekletsel.
4.
Een proces-verbaal van bevindingen van 19 juni 2020, zakelijk weergegeven inhoudende:
Vandaag vertelde [slachtoffer] mij over het letsel op zijn been dat de wond inmiddels dicht zat en dat er een korst op kwam en waarschijnlijk een litteken waar hij de rest van zijn leven niet meer van af komt. Ongeveer een week geleden had hij nog een dikke bult op de wond, die rood was en waar allemaal vocht, bloed en pus uit kwam. Hier heeft zijn moeder vervolgens regelmatig een zalf op gesmeerd, waarna de bult uiteindelijk verdween. Hij had twee maanden niet kunnen werken.