4.3Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is, overeenkomstig de standpunten van de officier van justitie en de verdediging, van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezenverklaard dat verdachte de ten laste gelegde feiten 1 en 2 onder parketnummer 08-115305-20 en het ten laste gelegde onder parketnummer 08-009635-20 heeft begaan.
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van deze ten laste gelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank – nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit – conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
Ten aanzien van de feiten 1 en 2 onder parketnummer 08-115305-20
1. het proces-verbaal van de terechtzitting van 11 augustus 2020, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte, als bedoeld in artikel 359, derde lid laatste volzin Sv;
2. het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] van 6 mei 2020, pagina’s 46 tot en met 48;
3. het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] van 28 april 2020, pagina 31;
4. het proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict van verbalisant [verbalisant 4] van 11 mei 2020, pagina’s 73 en 74;
Ten aanzien van het ten laste gelegde onder parketnummer 08-009635-20
1. het proces-verbaal van de terechtzitting van 11 augustus 2020, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte, als bedoeld in artikel 359, derde lid laatste volzin Sv;
2. het proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] van 12 januari 2020, pagina’s 11 en 12;
3. het proces-verbaal van aanhouding door burger van verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6] van 12 januari 2020, pagina 5.