ECLI:NL:RBOVE:2020:1984
Rechtbank Overijssel
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van een kantonrechter in een strafzaak
Op 4 juni 2020 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen mr. H.R. Schimmel, kantonrechter. Het verzoek tot wraking werd ingediend op 10 april 2020, maar de wrakingskamer verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek. De gemachtigde van verzoeker had eerder op 15 mei 2019 beroep ingesteld tegen een beschikking van de officier van justitie, welke behandeling op 31 oktober 2019 had plaatsgevonden. De zaak was voor onbepaalde tijd aangehouden in afwachting van een aanvullend proces-verbaal. De wrakingsgrond was gebaseerd op een e-mail van 2 maart 2020, waarin de kantonrechter had aangegeven dat het verzoek om aanhouding ter zitting zou worden besproken met de officier van justitie. Verzoeker stelde dat dit getuigde van vooringenomenheid. Mr. Schimmel ontkende echter partijdigheid en stelde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor een dergelijke vrees. De wrakingskamer oordeelde dat verzoeker zijn verzoek te laat had ingediend, aangezien de feiten al op 2 maart 2020 bekend waren. Hierdoor was er geen aanleiding voor een inhoudelijke behandeling van het verzoek.