ECLI:NL:RBOVE:2020:1434

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 april 2020
Publicatiedatum
7 april 2020
Zaaknummer
08/996018-17 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van oplichting en poging tot oplichting door wijziging van bankrekeningnummers bij de Belastingdienst

De rechtbank Overijssel heeft op 6 april 2020 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 44-jarige man uit Eindhoven, die werd beschuldigd van het medeplegen van oplichting en poging tot oplichting. De verdachte en een medeverdachte hebben de Belastingdienst opgelicht door valse formulieren in te dienen waarin zij verzochten om wijziging van bankrekeningnummers. Hierdoor hebben zij in totaal € 753.986,00 aan onterecht uitgekeerde bedragen ontvangen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij het indienen van deze valse formulieren, waarbij zijn vingerafdrukken op enkele documenten zijn aangetroffen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden en een schadevergoeding van € 172.329,00 aan de Belastingdienst. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, samen met zijn medeverdachten, misbruik heeft gemaakt van het systeem van de Belastingdienst, dat was ingesteld om verzoeken tot wijziging van bankrekeningnummers snel te verwerken. De verdachte heeft geen verantwoording afgelegd over de herkomst van de ontvangen bedragen, die kort na ontvangst naar een Turkse bankrekening werden overgeboekt. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele andere tenlastegelegde feiten, omdat er onvoldoende bewijs was voor zijn betrokkenheid.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer : 08/996018-17 (P)
Datum vonnis : 6 april 2020
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1975 in [geboorteplaats] ,
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 28 oktober 2019, 9 maart 2020 en 23 maart 2020.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. F.A. Demmers en van wat, namens verdachte, door raadsman mr. J.P. Plasman, advocaat in Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:alleen of met anderen de Belastingdienst heeft opgelicht voor een bedrag van
€ 753.986,00, althans € 399.149,00, door valse formulieren op te sturen dan wel dat hij medeplichtig is geweest aan dit feit;
feit 2:alleen of met anderen heeft geprobeerd de Belastingdienst op te lichten door valse
formulieren op te sturen dan wel dat hij medeplichtig is geweest aan dit feit;
feit 3:alleen of met anderen gebruik heeft gemaakt van formulieren, waarop in strijd met de waarheid stond dat het bankrekeningnummer van een onderneming moet worden gewijzigd in een bankrekeningnummer dat niet aan die onderneming toebehoorde, dan wel dat hij medeplichtig is geweest aan dit feit.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
feit 1
(primair)
hij,
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 6 september 2016,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in
Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen,
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
(telkens) de Belastingdienst heeft bewogen tot de afgifte van een of meerdere geldbedragen, van in totaal 753.986 euro, althans 399.149 euro, althans enig geldbedrag,
immers heeft/hebben hij/zij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60), te weten de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 1] B.V., met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-034), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 20 april 2016 (bijlage DOC-045), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] B.V., met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016 (bijlage DOC-046), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 7 juli 2016 (bijlage DOC-008), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 4] Limited, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 6 juli 2016 (bijlage DOC-021), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 25 mei 2016 (bijlage DOC-059), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 25 mei 2016 (bijlage DOC-079),
welk(e) formulier(en) valselijk en in strijd met de waarheid waren opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst,
middels welk(e) formulier(en) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zich valselijk uit gaf of hebben gegeven als de (wettelijk) vertegenwoordiger van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) doorgegeven, waardoor de Belastingdienst (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
(subsidiair)
een of meerdere (onbekend gebleven) perso(o)n(en),
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 6 september 2016,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen,
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
(telkens) de Belastingdienst heeft bewogen tot de afgifte van een of meerdere geldbedragen, van in totaal 753.986 euro, althans 399.149 euro, althans enig geldbedrag,
immers heeft/hebben voorbedoelde perso(o)n(en), (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60), te weten de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 1] B.V., met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-034), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 20 april 2016 (bijlage DOC-045), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] B.V., met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016 (bijlage DOC-046), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 7 juli 2016 (bijlage DOC-008), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 4] Limited, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 6 juli 2016 (bijlage DOC-021), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 25 mei 2016 (bijlage DOC-059), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 25 mei 2016 (bijlage DOC-079),
welk(e) formulier(en) valselijk en in strijd met de waarheid waren opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst,
middels welk(e) formulier(en) voorbedoelde perso(o)n(en) zich valselijk uit gaf/gaven of hebben gegeven als de (wettelijk) vertegenwoordiger van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) doorgegeven, waardoor de Belastingdienst (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte,
tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte, in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 6 september 2016,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
(telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft,
-door het opvragen en/of laten opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en), en/of een ander in de gelegenheid heeft gesteld tot het opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en) op naam van [bedrijf 6] B.V., en/of
-door het ter beschikking stellen en/of door gebruik te laten maken van de vennootschap(pen) [bedrijf 7] BV en/of [bedrijf 8] BV en/of een of meerdere andere bedrijven, van welke rechtsperso(o)n(en) verdachte (feitelijk) leidinggevende was en/of welke rechtsperso(o)nen zich onder de invloedssfeer van verdachte bevond(en), en/of
-door het ter beschikking stellen van een of meerdere bankrekening(en), waaronder bankrekening(en) toebehorend aan [bedrijf 7] BV ( [rekeningnummer 1] ) en/of [bedrijf 8] BV ( [rekeningnummer 4] ) en/of een of meerdere andere bankrekening(en), tot welke bankrekeningen verdachte toegang had en/of het afstaan en/of ter beschikking stellen van de deze bankrekening(en) en/of bescheidene en/of gegevens behorende bij deze bankrekening(en), waaronder de pinpas(sen) en/of gegevens ten behoeve van internetbankieren, aan voorbedoelde perso(o)n(en);
feit 2
(primair)
hij,
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen,
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
(telkens) de Belastingdienst te bewegen tot de afgifte van een of meerdere geldbedragen, immers heeft/hebben hij/zij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - in totaal (omstreeks) 85, althans een groot aantal, althans een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60) en/of soortgelijke formulieren voor het wijzigen van een bankrekeningnummer bij de Belastingdienst gesteld in de buitenlandse taal, waaronder de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 20 april 2016, (bijlage DOC-043), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-044), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 9] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 1 juni 2016 (bijlage DOC-051), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 10] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 3 juni 2016 (bijlage DOC-087), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [stichting]
, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016, (bijlage DOC-010), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 11] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016 (bijlage DOC-011), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 12 juli 2016 (bijlage DOC-018), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 12] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 13 juli 2016 (bijlage DOC-028), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 30 augustus 2016 (bijlage DOC-171/160),
-een formulier Statement or change of account number VAT, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 7 december 2016 (bijlage DOC-225), en/of
-een formulier Wijziging Rekeningnummers Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] BV, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 11 december 2016 (bijlage DOC-237), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 3] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 6] , gedateerd op 9 maart 2017 (bijlage DOC-257), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29 oktober 2017 (bijlage DOC-268), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29 oktober 2017 (bijlage DOC-268),
welk(e) formulier(en) valselijk en in strijd met de waarheid waren opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst, middels welk(e) formulier(en) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zich valselijk uit gaf of hebben gegeven als de (wettelijk) vertegenwoordiger van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier (en) genoemde onderneming(en) doorgegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
(subsidiair)
een of meerdere (onbekend gebleven) perso(o)n(en),
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen,
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
(telkens) de Belastingdienst te bewegen tot de afgifte van een of meerdere geldbedragen, immers heeft/hebben voorbedoeld perso(o)n(en), (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - in totaal (omstreeks) 85, althans een groot aantal, althans een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60) en/of soortgelijke formulieren voor het wijzigen van een bankrekeningnummer bij de Belastingdienst gesteld in de buitenlandse taal, waaronder de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 20 april 2016, (bijlage DOC-043), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-044), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 9] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 1 juni 2016 (bijlage DOC-051), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 10] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 3 juni 2016 (bijlage DOC-087), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [stichting] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016, (bijlage DOC-010), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 11] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016 (bijlage DOC-011), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 12 juli 2016 (bijlage DOC-018), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 12] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 13 juli 2016 (bijlage DOC-028), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 30 augustus 2016 (bijlage DOC-171/160),
-een formulier Statement or change of account number VAT, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 7 december 2016 (bijlage DOC-225), en/of
-een formulier Wijziging Rekeningnummers Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] BV, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 11 december 2016 (bijlage DOC-237), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 3] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 6] , gedateerd op 9 maart 2017 (bijlage DOC-257), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29 oktober 2017 (bijlage DOC-268), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29
oktober 2017 (bijlage DOC-268)
welk(e) formulier(en) valselijk en in strijd met de waarheid waren opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst,
middels welk(e) formulier(en) voorbedoelde perso(o)n(en) zich valselijk uit gaf/gaven of hebben gegeven als de (wettelijk) vertegenwoordiger van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) doorgegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte, in of de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
(telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft,
-door het opvragen en/of laten opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en), en/of een ander in de gelegenheid heeft gesteld tot het opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en) op naam van [bedrijf 6] B.V., en/of
-door het ter beschikking stellen en/of door gebruik te laten maken van de vennootschap(pen) [bedrijf 7] BV en/of [bedrijf 8] BV en/of een of meerdere andere bedrijven, van welke rechtsperso(o)n(en) verdachte (feitelijk) leidinggevende was en/of welke rechtsperso(o)nen zich onder de invloedssfeer van verdachte bevond(en), en/of
-door het ter beschikking stellen van een of meerdere bankrekening(en), waaronder bankrekening(en) toebehorend aan [bedrijf 7] BV ( [rekeningnummer 1] ) en/of [bedrijf 8] BV ( [rekeningnummer 4] ) en/of een of meerdere andere bankrekening(en), tot welke bankrekeningen verdachte toegang had en/of het afstaan en/of ter beschikking stellen van de deze bankrekening(en) en/of bescheidene en/of gegevens behorende bij deze bankrekening(en), waaronder de pinpas(sen) en/of gegevens ten behoeve van internetbankieren, aan voorbedoelde perso(o)n(en);
feit 3
(primair)
hij,
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
(telkens) opzettelijk, gebruik heeft/hebben gemaakt van valse en/of vervalste geschriften,
te weten in totaal (omstreeks) 90, althans een groot aantal, althans een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60) en/of soortgelijke formulieren voor het wijzigen van een bankrekeningnummer bij de Belastingdienst gesteld in de buitenlandse taal, waaronder de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] ,
gedateerd op 20 april 2016, (bijlage DOC-043), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-044), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 9] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 1 juni 2016 (bijlage DOC-051), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 10] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 3 juni 2016 (bijlage DOC-087), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 7 juli 2016 (bijlage DOC-008), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [stichting] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016, (bijlage DOC-010), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 11] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016 (bijlage DOC-011), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 12 juli 2016 (bijlage DOC-018), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 12] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 13 juli 2016 (bijlage DOC-028), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 30 augustus 2016 (bijlage DOC-171/160),
-een formulier Statement or change of account number VAT, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 7 december 2016 (bijlage DOC-225), en/of
-een formulier Wijziging Rekeningnummers Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] BV, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 11 december 2016 (bijlage DOC-237), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 3] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 6] , gedateerd op 9 maart 2017 (bijlage DOC-257), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29 oktober 2017 (bijlage DOC-268),
als ware het echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij/zij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n), voornoemde formulier(en) (telkens) heeft/hebben verzonden en/of heeft laten verzenden aan de Belastingdienst met als doel het wijzigen van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) in een bankrekeningnummer welke niet toebehoorde aan de voorbedoelde onderneming(en)
en
bestaande die valsheid hierin dat hij/zij, verdachte en/of diens medeverdachte(n), (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid heeft doen voorkomen dat het/de formulier(en) was/waren opgemaakt door de (wettelijk) vertegenwoordiger(s) van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid heeft doen voorkomen dat het op het/de formulier(en) genoemde (nieuwe) banrekeningnummer toebehoorde aan de op dat/die formulier(en) genoemde onderneming(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt:
(subsidiair)
een of meerdere (onbekend gebleven) perso(o)n(en),
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
tezamen en in vereniging met één of meer rechtsperso(o)n(en) en/of natuurlijke perso(o)n(en),
(telkens) opzettelijk, gebruik heeft/hebben gemaakt van valse en/of vervalste geschriften,
te weten in totaal (omstreeks) 90, althans een groot aantal, althans een of meerdere formulier(en) "Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers" (formulier CA41) en/of "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60) en/of soortgelijke formulieren voor het wijzigen van een bankrekeningnummer bij de Belastingdienst gesteld in de buitenlandse taal, waaronder de/het formulier(en):
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 20 april 2016, (bijlage DOC-043), en/of
-een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 1] , gedateerd op 21 april 2016, (bijlage DOC-044), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 9] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 1 juni 2016 (bijlage DOC-051), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 10] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] , gedateerd op 3 juni 2016 (bijlage DOC-087), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 7 juli 2016 (bijlage DOC-008), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [stichting] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016, (bijlage DOC-010), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 11] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016 (bijlage DOC-011), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 12 juli 2016 (bijlage DOC-018), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 12] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 13 juli 2016 (bijlage DOC-028), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2]
Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 30 augustus 2016 (bijlage DOC-171/160),
-een formulier Statement or change of account number VAT, ten name van [bedrijf 2] LTD, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 7 december 2016 (bijlage DOC-225), en/of
-een formulier Wijziging Rekeningnummers Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] BV, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 5] , gedateerd op 11 december 2016 (bijlage DOC-237), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 3] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 6] , gedateerd op 9 maart 2017 (bijlage DOC-257), en/of
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 7] , gedateerd op 29 oktober 2017 (bijlage DOC-268),
als ware het echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat voorbedoelde perso(o)n(en), voornoemde formulier(en) (telkens) heeft/hebben verzonden en/of heeft laten verzenden aan de Belastingdienst met als doel het wijzigen van het bankrekeningnummer van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) in een bankrekeningnummer welke niet toebehoorde aan de voorbedoelde onderneming(en)
en
bestaande die valsheid hierin dat voorbedoelde perso(o)n(en) (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid heeft doen voorkomen dat het/de formulier(en) was/waren opgemaakt door de (wettelijk) vertegenwoordiger(s) van de op het/de formulier(en) genoemde onderneming(en) en/of (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid heeft doen voorkomen dat het op het/de formulier(en) genoemde (nieuwe) banrekeningnummer toebehoorde aan de op dat/die formulier(en) genoemde onderneming(en)
tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte, in of omstreeks de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nijmegen en/of Apeldoorn en/of Heerlen en/of Rotterdam en/of Eindhoven en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Turkije,
(telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft,
-door het opvragen en/of laten opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en), en/of een ander in de gelegenheid heeft gesteld tot het opvragen van een of meerdere uittreksel(s) van de kamer van koophandel van de/het bedrijven/bedrijf genoemd in (het) voorbedoeld(e) formulier(en) op naam van [bedrijf 6] B.V., en/of
-door het ter beschikking stellen en/of door gebruik te laten maken van de vennootschap(pen) [bedrijf 7] BV en/of [bedrijf 8] BV en/of een of meerdere andere bedrijven, van welke rechtsperso(o)n(en) verdachte (feitelijk)leidinggevende was en/of welke rechtsperso(o)nen zich onder de invloedssfeer van verdachte bevond(en), en/of
-door het ter beschikking stellen van een of meerdere bankrekening(en), waar onder bankrekening(en) toebehorend aan [bedrijf 7] BV ( [rekeningnummer 1] ) en/of [bedrijf 8] BV (NL981NG30006978376) en/of een of meerdere andere bankrekening(en), tot welke bankrekeningen verdachte toegang had en/of het afstaan en/of ter beschikking stellen van de deze bankrekening(en) en/of bescheidene en/of gegevens behorende bij deze bankrekening(en), waaronder de pinpas(sen) en/of gegevens ten behoeve van internetbankieren, aan voorbedoelde perso(o)n(en).

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4. De bewijsoverwegingen [1]
4.1
Inleiding
Een ondernemer kan het bankrekeningnummer van zijn onderneming wijzigen door het formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting (hierna: OB60-formulier) of het formulier Wijziging Rekeningnummer Ondernemers (hierna: CA41-formulier) in te vullen en in te dienen bij de Belastingdienst.
4.2
Aanleiding onderzoek
Eind mei 2016 kwam de Belastingdienst er, dankzij een melding van de Triodos Bank, achter dat vermoedelijk valse formulieren waren ingediend. Hiermee zijn bankrekeningnummers van veelal grote, in Nederland gevestigde, ondernemingen gewijzigd en werden teruggaven omzetbelasting gestort op bankrekeningnummers die niet van de betreffende ondernemingen waren.
Door de Belastingdienst is vervolgens onderzoek gedaan naar in april, juni en juli 2016 ingediende formulieren. Dit onderzoek wees uit dat in april 2016 zestien CA41-formulieren waren ingediend, waarin werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in het bankrekeningnummer van een aantal vennootschappen waarvan [medeverdachte] de bestuurder was. Ook was een kopie van het paspoort van [naam 1] aan een formulier gehecht. De Belastingdienst vermoedde dat zij was opgelicht door [naam 1] en [medeverdachte] .
Naar aanleiding van het onderzoek door de Belastingdienst is op 10 augustus 2016 een strafrechtelijk onderzoek ingesteld.
4.3
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat wettig en overtuigend
bewezen kan worden dat verdachte zich, als medepleger, schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 primair, 2 primair en 3 primair ten laste gelegde.
4.4
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit.
Hij heeft daartoe primair, met betrekking tot het onder 1 en 2 ten laste gelegde, aangevoerd dat de Belastingdienst wel erg gemakkelijk, want zonder controle van de ingediende formulieren, tot uitbetaling is overgegaan. Volgens de raadsman is daarom geen sprake van ‘bewegen tot’, zoals voor een bewezenverklaring van oplichting is vereist.
Subsidiair heeft de raadsman aangevoerd dat op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij het onder 1 tot en met 3 ten laste gelegde.
4.5
Het oordeel van de rechtbank
4.5.1
Feiten 1 en 2: feiten en omstandigheden
Door de Belastingdienst zijn, ten behoeve van het strafrechtelijk onderzoek, de OB60- en CA41-formulieren, die in de periode van 20 april 2016 tot en met 14 november 2017 bij haar zijn ingediend, verstrekt aan de FIOD.
Van deze OB60- en CA41-formulieren heeft het merendeel niet geleid tot wijziging van het bankrekeningnummer en uitbetaling. [2] Zeven OB60- en CA41-formulieren hebben wel daadwerkelijk geleid tot de daarin verzochte wijziging van het bankrekeningnummer, waarna de Belastingdienst overging tot uitbetaling. Het gaat om de navolgende OB60- en
CA41-formulieren:
1. een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 2] Ltd., gedateerd 20 april 2016, in welk formulier werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 1] . [3]
Op 11 mei 2016 werd € 217.444,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [4]
2) een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 1] B.V., gedateerd 21 april 2016, in welk formulier werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 1] . [5]
Op 18 mei 2016 werd € 18.277,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [6]
3) een formulier Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers, ten name van [bedrijf 3] B.V., gedateerd 21 april 2016, in welk formulier werd verzocht om
het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 1] . [7]
Op 18 mei 2016 werd € 169.708,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [8]
4) een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van
[bedrijf 2] Ltd., gedateerd 7 juli 2016, in welk formulier werd verzocht om het
bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 2] . [9]
Op 26 juli 2016 werd € 172.329,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [10]
5) een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 4] Limited, gedateerd 6 juli 2016, in welk formulier werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 3] . [11]
Op 29 juli 2016 werd € 1.616,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [12]
6) een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] Ltd., gedateerd 25 mei 2016, in welk formulier werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 4] . [13]
Op 10 juni 2016 werd € 174.329,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [14]
7) een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 5] Ltd., gedateerd 25 mei 2016, in welk formulier werd verzocht om het bankrekeningnummer te wijzigen in [rekeningnummer 4] . [15]
Op 10 juni 2016 werd € 333,00 gestort op dit bankrekeningnummer. [16]
In totaal is dus € 753.986,00 (€ 217.444,00 + € 18.277,00 + € 169.708,00 + € 172.329,00 +
€ 1.616,00 + € 174.329,00 + € 333,00) gestort op de bankrekeningnummers [rekeningnummer 1] , [rekeningnummer 2] , [rekeningnummer 3] en [rekeningnummer 4] . Hiervan is op 23 mei 2016 € 354.837,00 door Triodos Bank retour gestort [17] , zodat € 399.149,00 (€ 753.986,00 - € 354.837,00) resteert.
Zowel [bedrijf 3] B.V. [18] als [bedrijf 2] Ltd. [19] gaven aan nooit een verzoek tot wijziging te hebben gedaan.
Vervolgens is onderzocht door wie de OB60- en CA41-formulieren wel zijn ingediend bij de Belastingdienst. De rechtbank acht de navolgende onderzoeksresultaten van belang.
Bankrekeningnummers
Uit de gegevens bij de Belastingdienst bleek dat het bankrekeningnummer
[rekeningnummer 1] ten name stond van [bedrijf 7] B.V. (hierna: [bedrijf 7] ) [20] . Aan een eerdere Opgaaf Rekeningnummer bij de Belastingdienst door [bedrijf 7] was een kopie van de bankpas, behorend bij voornoemd bankrekeningnummer, gehecht, met daarop de naam
[naam 1] . Ook waren een kopie van het paspoort van [naam 1] en een uittreksel van de Kamer van Koophandel van [bedrijf 7] aan het betreffende formulier gehecht. [21] [bedrijf 8] B.V. (hierna: [bedrijf 8] ) is sinds 16 juni 2015 enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 7] . [22]
[bedrijf 8] maakt gebruik van het bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] . [23] Sinds
3 december 2015 is [medeverdachte] enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 8] . [24]
Het bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] is op naam gesteld van [bedrijf 13] B.V. (hierna: [bedrijf 13] ). [25] [bedrijf 14] B.V. (hierna: [bedrijf 14] ) is sinds 20 mei 2010 enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 13] . [26] Het bankrekeningnummer van [bedrijf 14] is [rekeningnummer 2] . [27] [naam 2] is sinds 20 mei 2010 enig aandeelhouder van [bedrijf 14] . [medeverdachte] is sinds 5 juli 2016 bestuurder van [bedrijf 14] . [28]
Overboekingen
Uit de bankafschriften van voornoemde vier bankrekeningnummers blijkt dat het overgrote deel van de gestorte bedragen korte tijd na ontvangst werd doorgeboekt naar een (in Turkije aangehouden) bankrekening op naam van ‘ [bedrijf 15] in [plaats] ’. [29]
[bedrijf 15] is, blijkens het handelsregister van [plaats] , Turkije, onder andere opgericht door [alias 1 verdachte] . [alias 1 verdachte] staat eveneens ingeschreven als bestuurder van [bedrijf 15] . [30] In het systeem van de Akbank wordt [alias 2 verdachte] genoemd als één van de vennoten van [bedrijf 15] . [31] Verder is door [alias 2 verdachte] , namens [bedrijf 15] , een notariële machtiging verleend om bepaalde rechtshandelingen namens de firma [bedrijf 15] te verrichten. [32]
Vingerafdrukken
Er zijn meerdere OB60- en CA41-formulieren en daaraan gehechte uittreksels van de Kamer van Koophandel bemonsterd, waarna een aantal sporen zichtbaar werd. Zo is op het uittreksel ten name van [bedrijf 2] Ltd. (DOC-008) een spoor aangetroffen, welk spoor vervolgens is gewaarmerkt met SIN-nummer [nummer] . Het aangetroffen spoor op het formulier ten name van [stichting] (DOC-010) is gewaarmerkt met SIN-nummer [nummer] en het aangetroffen spoor op het formulier ten name van [bedrijf 11]
Ltd (DOC-011) is gewaarmerkt met SIN-nummer [nummer] . [33]
Vervolgens is een dactyloscopisch onderzoek uitgevoerd, waarbij de sporen gewaarmerkt met de SIN-nummers [nummer] , [nummer] en [nummer] zijn vergeleken met de afdruk van de linker wijsvinger van [alias 1 verdachte] . Dit onderzoek wees uit dat voornoemde sporen een zeer grote mate van overeenkomst vertoonden met de afdruk van de linker wijsvinger van [alias 1 verdachte] en ook bleek van de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen voornoemde sporen en afdruk. De onderzoeker heeft geconcludeerd dat deze bevindingen geheel in de lijn der verwachting liggen wanneer de sporen van de donor, zijnde [alias 1 verdachte] , afkomstig zijn. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein, aldus de onderzoeker. [34]
Op grond hiervan stelt de rechtbank vast dat op het uittreksel ten name van [bedrijf 2] Ltd. en op de formulieren ten name van [stichting] en [bedrijf 11] Ltd. de vingerafdrukken van [alias 1 verdachte] zaten.
Verklaringen verdachte en medeverdachte
Verdachte heeft verklaard dat hij zijn naam in 2012 of 2013 heeft gewijzigd van [alias 1 verdachte] in [verdachte] . [35] In Turkije staat verdachte (ook) bekend onder de naam [alias 2 verdachte] . [36]
[medeverdachte] heeft meerdere e-mails verzonden, met daarin een bekennende verklaring. Zo heeft hij in zijn e-mail van 5 februari 2019 verklaard dat hij “alles heeft gedaan”. [37] Op 3 juli 2019 heeft [medeverdachte] verklaard dat hij de fraude heeft gepleegd met [naam 1] en [naam 4] . Hij zette de bedrijven op zijn naam. [naam 1] regelde de bedrijven en [naam 4] en (ene) [naam 5] deden de rest. Volgens [medeverdachte] hebben ze veel geld gepakt. [38] In zijn
e-mail van 5 februari 2020 heeft [medeverdachte] verklaard ongeveer € 100.000,00 te hebben ‘gepat’. Hij wil dit graag terugbetalen. [39]
4.5.2
Feiten 1 en 2: bewijsoverwegingen
Betrokkenheid verdachte
Op grond van het voorgaande stelt de rechtbank vast dat bij de Belastingdienst meerdere valselijk opgemaakte OB60- en CA41-formulieren, ten name van verschillende (grote) vennootschappen, zijn ingediend. Zeven van deze formulieren hebben geleid tot de daarin verzochte wijziging van het bankrekeningnummer en daarna de storting van geld op de bankrekeningnummers van vier andere vennootschappen, te weten [bedrijf 7] , [bedrijf 8] , [bedrijf 13] en [bedrijf 14] . Enig aandeelhouder en bestuurder, al dan niet indirect, van deze vennootschappen is [medeverdachte] . Hij heeft verklaard met anderen op voornoemde wijze fraude te hebben gepleegd. [medeverdachte] en die anderen hebben geld ontvangen en dus van de gepleegde fraude geprofiteerd.
Uit het voorgaande blijkt verder dat het op de bankrekeningnummers van de vennootschappen van [medeverdachte] binnengekomen geld telkens op vrijwel dezelfde dag werd doorgeboekt. Het overgrote deel werd doorgeboekt naar een bankrekening op naam van [bedrijf 15] , een vennootschap in [plaats] (Turkije), waarvan verdachte (mede-)oprichter en bestuurder is. Verdachte heeft geen verklaring dan wel verantwoording afgelegd over de vermeende herkomst, besteding en aanwending van dit geld, terwijl hij wel degene was die daarover zeggenschap had.
Gelet op deze omstandigheden concludeert de rechtbank dat wat betreft verdachtes rol niet meer kan worden vastgesteld dan dat hij het geld (mogelijk) heeft weggesluisd dan wel dat hij die mogelijkheid voor anderen heeft gecreëerd. Hieruit volgt naar het oordeel van de rechtbank nog niet dat verdachte betrokken is geweest bij de handelingen, die waren gericht op het bewegen van de Belastingdienst tot afgifte van geld. Bewijs voor betrokkenheid van verdachte bij de uitvoering van de oplichting, dan wel pogingen daartoe, bestaat echter wel in drie gevallen, namelijk die waarin zijn vingerafdruk is aangetroffen op twee ingediende formulieren en op een uittreksel van de Kamer van Koophandel. De rechtbank acht dan ook, mede gelet op de omstandigheid dat het geld binnenkwam op een bankrekeningnummer waar verdachte belang bij had, deze onderdelen van de tenlastelegging wettig en overtuigend bewezen. Dit kan naar het oordeel van de rechtbank niet leiden tot de gevolgtrekking dat verdachte dus ook bij alle andere oplichtingen of pogingen daartoe betrokken is geweest. Daarvoor is ten aanzien van verdachte onvoldoende duidelijkheid ontstaan over de rolverdeling binnen de dadergroep. Verdachte wordt daarom van de overige onderdelen van de tenlastelegging vrijgesproken.
Bewegen tot
Op grond van het voorgaande stelt de rechtbank vast dat de intentie van verdachte, en zijn mededaders, uitsluitend was gericht op het oplichten van de Belastingdienst. Zij gingen daarbij geraffineerd te werk. Zo dienden zij formulieren in bij de Belastingdienst waarop zij telkens een naam en handtekening van een persoon en een bankrekeningnummer hadden gezet, terwijl die naam wél en de handtekening niet toebehoorden aan de (wettelijk) vertegenwoordiger van de betreffende onderneming en ook het bankrekeningnummer niet toebehoorde aan de betreffende onderneming. Daarnaast werd aan meerdere formulieren een uittreksel van de Kamer van Koophandel gehecht. Om de kans op een succesvolle oplichting van de Belastingdienst te vergroten, zijn dus verschillende oplichtingshandelingen verricht.
De oplichting was gedurende enige tijd daadwerkelijk succesvol, want, zoals hierboven ook weergegeven, door de Belastingdienst werd naar aanleiding van meerdere formulieren geld gestort op bankrekeningnummers die toebehoorden aan vennootschappen van [medeverdachte] . Dat de Belastingdienst niet direct in de gaten had dat zij werd opgelicht is mede te wijten aan de steekproefsgewijze controle op de ingediende formulieren die zij noodgedwongen moest uitvoeren vanwege de grote toestroom van in behandeling te nemen verzoeken. Naar het oordeel van de rechtbank hebben verdachte, en zijn mededaders, wetende van deze gebrekkige controle, misbruik gemaakt van het vertrouwen dat de Belastingdienst, naar achteraf bleek ten onrechte, stelde in de indieners van de formulieren.
Gelet op deze omstandigheden (de kwade intentie, het verrichten van meerdere oplichtingshandelingen en het misbruik maken van vertrouwen een en ander in de wetenschap over de beperkte controle zoals hiervoor weergegeven) acht de rechtbank het ten laste legde ‘bewegen tot’ in de zin van artikel 326 Sr bewezen.
4.5.3
Feit 3
Zoals hierboven overwogen en geconcludeerd is wettig en overtuigend te bewijzen dat verdachte één keer betrokken geweest bij het oplichten van de Belastingdienst en bij twee pogingen daartoe. Waaruit deze betrokkenheid ten aanzien van het gebruik maken van valselijk opgemaakte formulieren precies heeft bestaan, is op basis van het dossier niet vast te stellen. Weliswaar is op twee formulieren en één uittreksel van de Kamer van Koophandel verdachtes vingerafdruk aangetroffen, maar dat betekent niet dat hij ook degene is geweest die bijvoorbeeld de formulieren feitelijk heeft verzonden dan wel heeft laten verzenden. Daarmee is weliswaar bewezen dat verdachte, in de context zoals hiervoor weergegeven, in deze gevallen betrokken is geweest bij de samenwerking gericht op oplichting, maar is er geen concreet bewijs voorhanden dat verdachte de betreffende formulieren heeft aangewend in de zin van “gebruik” als bedoeld in de wet. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het onder 3 primair ten laste gelegde medeplegen aan valsheid in geschrift.
Vervolgens ziet de rechtbank zich voor de vraag gesteld of verdachte als medeplichtige kan worden aangemerkt, zoals onder 3 subsidiair ten laste is gelegd.
Voor zover die medeplichtigheid zou hebben bestaan uit – kort gezegd – het opvragen van uittreksels van de Kamer van Koophandel (eerste gedachtestreepje) overweegt de rechtbank dat die uittreksels, blijkens het dossier, door [bedrijf 6] B.V. (hierna: [bedrijf 6] ) bij de Kamer van Koophandel zijn besteld. [bedrijf 8] is sinds 5 augustus 2016 enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 6] . Zoals hierboven weergegeven is [medeverdachte] op zijn beurt enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 8] . De conclusie kan dan ook niet zijn dat verdachte, die op basis van het dossier niet in verband kan worden gebracht met [bedrijf 6] , medeplichtig is geweest aan valsheid in geschrift door – kort gezegd – uittreksels van de Kamer van Koophandel op te vragen.
Onder 3 subsidiair is verder ten laste gelegd dat die medeplichtigheid heeft bestaan uit – kort gezegd – het ter beschikking stellen van een of meerdere vennootschappen (tweede gedachtestreepje) of bankrekeningen (derde gedachtestreepje). Op grond van het dossier kan niet worden vastgesteld dat de verdachte een en ander in een ondergeschikte rol
ter beschikking steldeaan anderen, nu verdachte zoals hiervoor is overwogen zelf deel uitmaakte van het samenwerkingsverband gericht op oplichting.
Gelet op dit alles spreekt de rechtbank verdachte eveneens vrij van het onder 3 subsidiair ten laste gelegde.
4.6
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat:
feit 1, primair
hij,
in de periode van 1 april 2016 tot en met 26 juli 2016,
in Nederland,
tezamen en in vereniging met een rechtspersoon en natuurlijke personen,
met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen,
door listige kunstgrepen,
de Belastingdienst heeft bewogen tot de afgifte van enig geldbedrag,
immers hebben verdachte en zijn medeverdachten, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - een formulier "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60), te weten:
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 2] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] , gedateerd op 7 juli 2016 (bijlage DOC-008),
welk formulier valselijk en in strijd met de waarheid was opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst,
middels welk formulier verdachte en zijn medeverdachten zich valselijk uit hebben gegeven als de wettelijk vertegenwoordiger van de op het formulier genoemde onderneming en valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op het formulier genoemde onderneming doorgegeven, waardoor de Belastingdienst werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
feit 2, primair
hij,
in de periode van 1 april 2016 tot en met 20 november 2017,
in Nederland,
tezamen en in vereniging met een rechtspersoon en natuurlijke personen,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om,
met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen,
door listige kunstgrepen,
telkens de Belastingdienst te bewegen tot de afgifte van geldbedragen,
immers hebben verdachte en zijn medeverdachten, telkens met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - meerdere formulieren "Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting" (formulier OB60) bij de Belastingdienst te weten:
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [stichting] , met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016, (bijlage DOC-010), en
-een formulier Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting, ten name van [bedrijf 11] Ltd, met als opgegeven bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] , gedateerd op 11 juli 2016 (bijlage DOC-011),
welke formulieren valselijk en in strijd met de waarheid waren opgemaakt, opgestuurd naar de belastingdienst,
middels welke formulieren verdachte en zijn medeverdachten zich valselijk uit hebben
gegeven als de wettelijk vertegenwoordiger van de op de formulieren genoemde ondernemingen en valselijk en in strijd met de waarheid een wijziging van het bankrekeningnummer van de op de formulieren genoemde ondernemingen doorgegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de
bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 47 en 326 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
feit 1, primair
het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 2, primair
het misdrijf:
medeplegen van poging tot oplichting, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf
van 30 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit.
Subsidiair, dus in het geval van een bewezenverklaring, heeft de raadsman, voor zover hier van belang, betoogd dat bij de strafmaatbepaling rekening moet worden gehouden met het (destijds) rammelende controlesysteem van de Belastingdienst. Volgens de raadsman moet ook rekening worden gehouden met de ernstige gezondheidsproblemen van verdachte. Zo heeft hij leverfalen en wordt hij wekelijks gedialyseerd en is daarnaast sprake van een tumor in de lever. Tot slot heeft de raadsman benoemd dat de zaak tegen verdachte niet binnen redelijke termijn, want pas na ruim drie jaar, wordt berecht. Vanwege deze omstandigheden volstaat volgens de raadsman een voorwaardelijke gevangenisstraf, eventueel in combinatie met een taakstraf of een geldboete.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen.
De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte, en zijn mededaders, hebben de Belastingdienst voor € 172.329,00 opgelicht.
Zij dienden bij de Belastingdienst namelijk een formulier in met daarin het verzoek om het bankrekeningnummer van [bedrijf 2] Ltd. te wijzigen. Vervolgens ging de Belastingdienst over tot wijziging van het bankrekeningnummer en stortte zij voornoemd bedrag op het gewijzigde bankrekeningnummer, welk bankrekeningnummer in werkelijkheid niet toebehoorde aan [bedrijf 2] Ltd., maar aan [bedrijf 14] . Op de dag van de storting door de Belastingdienst werd voornoemd bedrag – in delen – doorgeboekt naar de rekening van [bedrijf 15] , een Turkse vennootschap, waarvan verdachte (mede-)oprichter en bestuurder is.
Verdachte heeft zich naast deze oplichting, met zijn mededaders, schuldig gemaakt aan twee pogingen tot oplichting van de Belastingdienst.
Hiermee hebben verdachte, en zijn mededaders, misbruik gemaakt van het systeem van de Belastingdienst dat is ingesteld om grote aantallen verzoeken tot wijziging zo snel mogelijk te kunnen verwerken. De Belastingdienst gaat daarbij in het algemeen uit van de juistheid van de ingediende verzoeken. Verdachte, en zijn mededaders, hebben het vertrouwen dat de basis vormt van het door de Belastingdienst gehanteerde systeem ernstig geschaad en het systeem bewust ondermijnd. Dit neemt de rechtbank verdachte kwalijk.
De rechtbank neemt het verdachte daarnaast kwalijk dat hij met zijn handelen de Belastingdienst, en daarmee de samenleving, heeft benadeeld. De rechtbank stelt het benadelingsbedrag vast op € 172.329,00 en neemt dit bedrag bij de straftoemeting als uitgangspunt.
In de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS geldt als uitgangspunt dat, bij een benadelingsbedrag tussen de € 125.000,00 en € 250.000,00, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van negen tot twaalf maanden wordt opgelegd. De rechtbank ziet geen aanleiding om van dit uitgangspunt af te wijken en acht in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden passend.
Bij de straftoemeting houdt de rechtbank echter rekening met het tijdsverloop in deze zaak. Als uitgangspunt heeft te gelden dat de behandeling van een zaak ter terechtzitting moet zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar nadat de op zijn redelijkheid te beoordelen termijn is aangevangen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals de ingewikkeldheid van de zaak, de invloed van verdachte en zijn advocaat op het procesverloop en de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld (vgl. ECLI:NL:HR:2008:BD2578). De redelijke termijn is aangevangen op 26 januari 2017, de dag waarop verdachte van de FIOD te horen kreeg dat hij als verdachte is aangemerkt. Omdat het eindvonnis op 6 april 2020 wordt gewezen en de rechtbank van oordeel is dat deze overschrijding niet aan verdachte valt toe te rekenen of anderszins is gebleken van bijzondere omstandigheden, is sprake van een overschrijding van de redelijke termijn met ruim één jaar. Hierdoor zal de rechtbank de straf overeenkomstig vaste jurisprudentie matigen met tien procent (minus één maand).
Verder houdt de rechtbank rekening met het strafblad van verdachte. Hieruit blijkt dat hij meermalen, in Nederland meest recentelijk op 4 november 2015 en in België meest recentelijk op 27 maart 2019, tot gevangenisstraffen is veroordeeld wegens het plegen van fraude. Deze straffen hebben verdachte er echter niet van kunnen weerhouden om nu weer frauduleus te handelen. De rechtbank rekent deze herhaling van verwerpelijk gedrag verdachte aan en houdt daarmee in strafverhogende zin rekening (plus één maand).
De rechtbank houdt geen rekening met de gestelde zorgelijke gezondheidstoestand van verdachte, nu die stelling onvoldoende is onderbouwd met nadere (medische) gegevens.
De rechtbank acht aldus passend de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht.

8.De schade van de benadeelde partij

8.1
De vordering van de benadeelde partij
De Ontvanger van de Belastingdienst (hierna: de Ontvanger) heeft zich, door middel van zijn raadsman mr. E.E. Schipper, advocaat in Amsterdam, als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De Ontvanger heeft aan materiële schade een bedrag van € 397.533,00 gevorderd. Dit bedrag is door de Belastingdienst onverschuldigd betaald aan de op de ingediende formulieren genoemde ondernemingen, terwijl die ondernemingen nadien geen verhaal meer boden.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de gevorderde materiële schade moet worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en onder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Hij heeft zich daarnaast op het standpunt gesteld dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] beiden aansprakelijk zijn voor de gehele schade. Om die reden heeft hij gevorderd dat verdachte hoofdelijk wordt veroordeeld tot vergoeding van het gehele schadebedrag.
Subsidiair, dus in het geval de Ontvanger (deels) niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn vordering, heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat aan verdachte de schadevergoedingsmaatregel moet worden opgelegd, met oplegging van 365 dagen vervangende hechtenis.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betwist dat de vordering toewijsbaar is. Volgens hem blijkt namelijk nergens uit dat de vordering is gericht tegen de verdachte. De raadsman heeft daarnaast bepleit dat de schadevergoedingsmaatregel moet worden afgewezen, omdat van de Ontvanger en de Belastingdienst, in tegenstelling tot een burger, mag worden verwacht dat zij zelf tot incassering overgaan.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Op 5 juli 2017 heeft de Ontvanger een schriftelijk verzoek tot schadevergoeding ingediend. De rechtbank stelt vast dat hierin de naam van medeverdachte [medeverdachte] en het parketnummer van zijn zaak staan. De naam van verdachte of het parketnummer van zijn zaak komt in het schriftelijk verzoek niet voor. De rechtbank is daarom, met de raadsman, van oordeel dat uit het schriftelijk verzoek niet blijkt dat de vordering is gericht tegen verdachte.
Los van de vraag of de vordering niet ook is toegevoegd aan het dossier van deze verdachte, zoals de officier van justitie heeft aangevoerd, biedt artikel 51g van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) een slachtoffer de mogelijkheid om zich tijdens de zitting, zij het vóór het requisitoir van de officier van justitie, als benadeelde partij te voegen in het strafproces. De rechtbank stelt vast dat de Ontvanger zich, bij monde van mr. E.E. Schipper, tijdens de zitting van 9 maart 2020, voorafgaand aan het requisitoir, als benadeelde partij heeft gevoegd in het strafproces tegen verdachte en de vordering mondeling heeft toegelicht. Het verweer van de raadsman slaagt daarom niet.
De rechtbank is verder van oordeel dat aan de Ontvanger door het onder 1 primair bewezen verklaarde rechtstreeks schade is toegebracht en dat de vordering voldoende is onderbouwd. Om die reden zal de rechtbank het gevorderde toewijzen tot een bedrag van € 172.329,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 juli 2016.
Nu verdachte het onder 1 primair bewezen verklaarde, ter zake waarvan schadevergoeding wordt toegekend, met mededaders heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover een mededader de Ontvanger betaalt, is verdachte in zoverre jegens de Ontvanger van deze betalingsverplichting bevrijd.
Tot slot oordeelt de rechtbank dat de Ontvanger voor het overige gevorderde deel van
€ 225.204,00 niet-ontvankelijk is in zijn vordering. Hij kan de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
8.5
De schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank zal de schadevergoedingsmaatregel, als bedoeld in artikel 36f Sr, niet opleggen, omdat de benadeelde partij gezien haar hoedanigheid in staat moet worden geacht zelf de nodige maatregelen ter incasso van het gevorderde bedrag te nemen.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op artikel 57 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 3 primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1, primair
het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 2, primair
het misdrijf:
medeplegen van poging tot oplichting, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 primair en 2 primair bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- veroordeelt verdachte ter zake van het onder 1 primair bewezen verklaarde tot betaling aan de benadeelde partij de Ontvanger van de Belastingdienst van een bedrag van
€ 172.329,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 juli 2016, voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- bepaalt dat de benadeelde partij de Ontvanger van de Belastingdienst voor een deel van
€ 225.204,00 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Melaard, voorzitter, mr. J. Wentink en mr. R.P. van Campen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.R. Mulder, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 april 2020.
Buiten staat
Mr. J. Wentink en mr. R.P. van Campen zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Belastingdienst en FIOD met:
2.Met betrekking tot feit 2 zijn relevant de geschriften, zijnde een Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting ten name van [stichting] , van 11 juli 2016 (DOC-010) en een Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting ten name van [bedrijf 11] Ltd., van 11 juli 2016 (DOC-011).
3.Een geschrift, zijnde een Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers ten name van [bedrijf 2] Ltd., van 20 april 2016 (DOC-045).
4.OPV-1, p. 20.
5.Een geschrift, zijnde een Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers ten name van [bedrijf 1] B.V., van 21 april 2016 (DOC-034).
6.OPV-1, p. 20.
7.Een geschrift, zijnde een Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers ten name van [bedrijf 3] B.V., van 21 april 2016 (DOC-046).
8.OPV-1, p. 20.
9.Een geschrift, zijnde een Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting ten name van [bedrijf 2] Ltd., van 7 juli 2016 (DOC-008).
10.OPV-1, p. 21.
11.Een geschrift, zijnde een Opgaaf Rekeningnummer Ondernemers ten name van [bedrijf 4] Limited, van 6 juli 2016 (DOC-021).
12.OPV-1, p. 21.
13.Een geschrift, zijnde een Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting ten name van [bedrijf 2] Ltd., van 25 mei 2016 (DOC-079).
14.OPV-1, p. 21.
15.Een geschrift, zijnde een Opgaaf of wijziging rekeningnummer Omzetbelasting ten name van [bedrijf 5] Ltd., van 25 mei 2016 (DOC-059).
16.OPV-1, p. 21.
17.OPV-1, p. 20.
18.Een geschrift, zijnde een brief van [naam 6] , betreft: melding (poging) misbruik systemen Belastingdienst, van 28 juni 2016 (DOC-003).
19.Proces-verbaal aanvang van 15 augustus 2016, p. 3 (AMB-001).
20.OPV-1, p. 12. en DOC-001-1.
21.Proces-verbaal aanvang van 15 augustus 2016, p. 3 (AMB-001).
22.Een geschrift, zijnde een uittreksel Handelsregister Kamer van Koophandel, van 26 september 2016 (DOC-167).
23.OPV-1, p. 12.
24.Een geschrift, zijnde een uittreksel Handelsregister Kamer van Koophandel, van 26 september 2016 (DOC-169).
25.OPV-1, p. 12.
26.Een geschrift, zijnde een uittreksel Handelsregister Kamer van Koophandel, van 26 september 2016 (DOC-164).
27.OPV-1, p. 12.
28.Een geschrift, zijnde een uittreksel Handelsregister Kamer van Koophandel, van 26 september 2016 (DOC-170).
29.OPV-1, p. 20-21.
30.Het nagekomen proces-verbaal van ambtshandeling met documentcode RHV-003b van 20 augustus 2019, p. 3, met bijlage, p. 8.
31.Het nagekomen proces-verbaal van ambtshandeling met documentcode RHV-003b van 20 augustus 2019, p. 6, met bijlage, p. 19.
32.De nagekomen beschikking van de rechter-commissaris strafzaken met RC-nummer 016/1198 van 7 januari 2020, met bijlage.
33.Proces-verbaal van bevindingen, betreft: onderzoek dactyloscopische sporen, van 24 november 2016 (AMB-066).
34.Geschriften, zijnde door [naam 7] opgestelde rapporten dactyloscopisch onderzoek, van 17 november 2017 (DOC-282 tot en met DOC-284).
35.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] van 8 november 2017, p. 4 bovenaan (V-005-01).
36.Het nagekomen proces-verbaal van ambtshandeling met documentcode RHV-003b van 20 augustus 2019.
37.Het nagekomen proces-verbaal van bevindingen van 26 maart 2019, met bijlage 2.
38.Het nagekomen geschrift, zijnde een e-mail van mr. R.G.M. Rijkhoff van 9 maart 2020, met als bijlage de verklaring van [medeverdachte] van 3 juli 2019.
39.Het nagekomen proces-verbaal van bevindingen met documentcode AMB-118 van 12 februari 2020.