ECLI:NL:RBOVE:2020:1409
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van diefstal van een accu na bewijsvoering met camerabeelden
In de zaak voor de Rechtbank Overijssel, afdeling Strafrecht, heeft de politierechter op 6 april 2020 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van diefstal van een accu uit een schuur in Dalfsen. De verdachte, geboren in 1975 en woonachtig in Duitsland, werd bijgestaan door advocaat H.J. Voors. Tijdens de zittingen op 27 februari en 23 maart 2020 werd het bewijs tegen de verdachte besproken, waaronder camerabeelden en getuigenverklaringen. De officier van justitie, mr. Ž. Rajcevic, had een taakstraf van 60 uur geëist, maar de verdachte ontkende de beschuldigingen en pleitte voor vrijspraak.
De tenlastelegging betrof de diefstal van een accu, waarbij de verdachte zich toegang tot de schuur zou hebben verschaft. De politierechter overwoog dat er voldoende aanwijzingen waren dat de verdachte het feit had gepleegd, maar dat er ook twijfels bestonden over zijn betrokkenheid. De verdachte had een verklaring voor zijn aanwezigheid in de buurt van de plaats delict, en zijn alibi werd ondersteund door getuigenissen. De politierechter besloot om de camerabeelden te reconstrueren om te vergelijken of de verdachte daadwerkelijk de dader was.
Na het vergelijken van de beelden kwam de politierechter tot de conclusie dat de dader en de verdachte niet dezelfde persoon waren. De politierechter sprak de verdachte vrij van de tenlastegelegde diefstal, omdat de bewijslast niet overtuigend genoeg was. De uitspraak benadrukte het belang van zorgvuldige bewijsvoering en de rol van camerabeelden in strafzaken.