10.10. De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder:
- 08-223040-17 feit 1 en 2,
- 08-770334-18 feit 1, 4 (primair en subsidiair), 5 (primair, subsidiair, meer subsidiair en nog meer subsidiair),
ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het onder:
- 08-177772-18 feit 1,
- 08-254578-18 feit 1,
- 08-770334-18 feit 2 (primair) en 3,
ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
parketnummer 08-177772-18:
feit 1:handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie III en handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
parketnummer 08-254578-18:
feit 1:verduistering
parketnummer 08-770334-18:
feit 2 (primair):medeplegen van verduistering
feit 3:verduistering
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 08-177772-18 feit 1,
08-254578-18 feit 1, 08-770334-18 feit 2 (primair) en 3 bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
365 (driehonderdenvijfenzestig) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van 252
(tweehonderdentweeënvijftig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardendat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd bij Tactus Reclassering zal melden, waartoe hij zal worden uitgenodigd, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- wordt verplicht zich te conformeren aan de klinische behandeling zoals deze wordt voorgesteld en uitgevoerd door forensisch psychiatrische afdeling (FPA) Transfore te Almelo, of soortgelijke intramurale instelling, zulks ter beoordeling justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing, waarbij verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling (waaronder behandelafspraken, huisregels, vrijhedenprotocol) door of namens de (geneesheer-) directeur van die instelling zullen worden gegeven. De behandeling van verdachte zal 9 maanden duren, of zoveel korter als de behandelaar van FPA Transfore in overleg met de reclassering noodzakelijk acht. Verdachte werkt mee aan de indicatiestelling en plaatsing naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang, zulks ter beoordeling van de reclassering;
- wordt verplicht om zich, na afloop van bovengenoemde klinische behandeling, te conformeren aan de afspraken die worden gemaakt met betrekking tot een ambulant behandeltraject bij de Tender, onderdeel van Transfore te Deventer of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
- meewerkt aan controle van het gebruik van alcohol en drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek, en/of ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd;
- draagt deze reclasseringsinstelling op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- bepaalt dat de benadeelde partij: Politie Eenheid Oost-Nederland, [bedrijf 2] en [bedrijf 1] in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [bedrijf 3] van een bedrag van € 11.102,11 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 augustus 2018) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van de bewezenverklaarde feiten tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 11.102,11, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 augustus 2018 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 90 dagen zal worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat, indien verdachte en/of zijn mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat, daarmee verdachtes verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [bedrijf 3] in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte en/of zijn mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [bedrijf 3] , daarmee verdachtes verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden in zoverre komt te vervallen;;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [bedrijf 3] voor het overige deel niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
Dit vonnis is gewezen door mr. R.M. van Vuure, voorzitter, mr. drs. H.M. Braam en
mr. D.E. Schaap, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Koning, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 19 maart 2019.
Buiten staat
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
in de dagvaarding met parketnummer 08-770334-18:
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie-eenheid Oost-Nederland met nummer [nummer 1] . Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1. het proces-verbaal van aangifte namens [bedrijf 3] van
17 augustus 2018, voor zover inhoudende (pag. 55 en 56):
(…) Op maandag 13 augustus 2018 (…) een mini shovel met een aanhanger verhuurd. (…) aan [medeverdachte] , [geboortedatum medeverdachte] 1965 (…) verhuurder voor de duur van 2 dagen van 14 augustus 2018 tot en met 15 augustus 2018 tot 17:00 uur. (…) Tijdens de verhuur was [medeverdachte] met een andere man, maar die persoon was alleen in het voertuig gebleven. (…) track & trace (…) [bedrijf 5] gelegen aan [adres 1] .(…);
2. het proces-verbaal van verhoor van [naam] van 15 augustus 2018, voor zover inhoudende (pag. 70 en 71):
(…) 13 augustus (…) gebeld (…) een Weidemann wiellader te koop aanbood. (…) identiteitskaart (…) [medeverdachte] (…) oude, donkergekleurde Amerikaanse pick-up staan met daarachter gekoppeld een aanhangwagen. (…) bij die auto zag ik 3 blanke mannen lopen. (…) 9000 euro had betaald.(…);
3. het proces-verbaal van verhoor van medeverdachte [medeverdachte] d.d. 3 december 2018, voor zover inhoudende (pag. 159, 160, 161 en 162):
(…)O: [medeverdachte] je wordt verdacht van het verduisteren van een shovel/wiellader van een verhuurbedrijf ik Harderwijk.
V:Wat is je reactie?
A: ik had verschillende schulden bij bepaalde mensen en zij gaven mij de tip dat ik zaken op naam kon zetten en dat ik daardoor geld kon verdienen. Dat heb ik gedaan.
V: Wat heb je dan gedaan?
A: Ik heb een zitmaaier, een shovel en een minikraantje op naam gezet die ik had gehuurd bij een verhuurbedrijf.
(…)
O: Op maandag 13 augustus 2018 heb jij een minishovel en aanhangwagen gehuurd bij [bedrijf 3] .
V: Hoe ging het in zijn werk?
A: Ik loop daar naar binnen, geef mijn id af en betaal borg. Dan loop ik weer naar buiten daar staat de boel klaar en kan ik hem meenemen.
(…)
O: Een werknemer van het bedrijf verklaarde dat de shovel en aanhanger werden opgehaald door jou; jij was de bijrijder van een Audi A5 met kenteken [kenteken] .
V: Wiens auto was dat?
A: Auto van [verdachte]
(…);
V: Wie was die dag de bestuurder van de auto?
A: [verdachte] . (…)
V: Wij weten dat jij hem aan [bedrijf 5] in Friesland hebt verkocht. Ik laat je het verkoopcontract zien en nota. Wat kun je daar over zeggen?
A: Ja dat klopt. Dat heb ik opgemaakt en dat geld gekregen. 9000 euro.
(…)
V: Maar [verdachte] is er toch bij dat je hem verkoopt. Dat is de shovel die je de dag ervoor huurt en dag erna verkoopt. Hij ziet ook dat je daar geld voor krijgt.
A: Ja dat klopt, hij weet ervan maar verder niet. (…)
4. het proces-verbaal van verhoor van verdachte d.d. 12 december 2018, voor zover inhoudende (pag. 193):
(…)
V: Zowel bij de huur van een shovel in Harderwijk op 13 augustus als bij het huren van een zitmaaier in Deventer op zaterdag 4 augustus staat jouw auto op beeld. Hoe verklaar je dat?
A: Dat klopt. (…)
(…)
V: Volgens [medeverdachte] was jij hierbij de chauffeur. Klopt dat?
A: Ja.
(…)
V: Die shovel is de volgende dag verkocht aan een bedrijf in Friesland. Wat weer jij daarvan?
A: [medeverdachte] vroeg mij of ik mee wilde rijden. Dat heb ik gedaan. Hij had schulden die hij moest afbetalen. Ik heb van [medeverdachte] iets van 50 of 100 euro ontvangen. (…);
5. het proces-verbaal van het onderzoek ter terechtzitting d.d. 5 maart 2019, voor zover inhoudende (pag. 193):
(…) Ik heb € 250,-- gekregen omdat hij geen rijbewijs had. We waren met zijn tweeën. (…). Ik ben niet uit de auto gestapt, ik heb de machine er alleen neergezet. (…) De aanhanger heb ik gewoon afgekoppeld in Meppel (…). De voorzitter houdt mij voor dat de machine met de Audi A5 is gehuurd. Ik was er(…) bij. Ik heb de machine opgehaald met hem. Ik rij alleen mee omdat hij geen rijbewijs heeft. (…);
6. het proces-verbaal van aangifte van meneer [slachtoffer 1] van 12 oktober 2018, voor zover inhoudende (pag. 107 en 108):
(…) tussen maandag 8 oktober 2018 (…) en vrijdag 12 oktober 2018 (…) Op maandag 8 oktober 2018 is er bij [bedrijf 4] een klant geweest, genaamd [verdachte] welke een aanhanger met daarop een oranje shovel heeft opgehaald. (…) periode van 9-10-2018 tot 10-10-2018.
Ik heb de aanhanger met shovel verhuurd aan:
[verdachte]
[adres 2]
[woonplaats 2]
(…)ik hoorde van een getuige, genaamd [getuige] , de aanhanger op woensdag10 oktober 2018 heeft aangetroffen op de parkeerplaats (…) shovel was voorzien van een Track en Trace systeem welke was gedemonteerd en het laatste signaal (…) [straat] te Epse. (…) Ik weet uit het Track en Trace systeem dat de aanhanger met daarop de shovel nooit in Deventer is geweest. (…);
7. het schriftelijk bescheid ‘bijlage goederen’ van bevindingen van 15 oktober 2018, voor zover inhoudende (pag. 110 en 111):
(…) merk Kubota RT 210 (…);
8. het proces-verbaal van bevindingen van 12 oktober 2018, voor zover inhoudende (pag. 124):
(…) Aangetroffen gestolen aanhangwagen in Kring van Dorth (gemeente Lochem) (…);
9. het proces-verbaal van verdachte van 12 december 2018, voor zover inhoudende (pag. 189):
(…) huur van een aanhanger met een mini shovel bij [bedrijf 4] in Laren op 8 oktober 2018 (…) dat klopt dat ik die gehuurd heb (…).