ECLI:NL:RBOVE:2019:743

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
28 februari 2019
Publicatiedatum
1 maart 2019
Zaaknummer
08/710269-10
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van terbeschikkingstelling met voorwaarden voor terugkeer naar Somalië

Op 28 februari 2019 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de terbeschikkingstelling van een Somaliër. De rechtbank oordeelt dat de terbeschikkingstelling met dwangverpleging kan worden beëindigd, mits de man niet terugkeert naar Nederland. De rechtbank verlengt echter de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar, omdat het nog onduidelijk is wanneer de man naar Somalië zal terugkeren. De terbeschikkinggestelde, die lijdt aan schizofrenie en een antisociale persoonlijkheidsstoornis, heeft een repatriëringsplan en zal meewerken aan zijn terugkeer. De rechtbank overweegt dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist, gezien het risico op recidive bij beëindiging van de maatregel zonder adequate zorg in Somalië. De rechtbank concludeert dat de terbeschikkingstelling moet worden verlengd om te waarborgen dat de man niet terugkeert naar Nederland en dat er voldoende zorg is in zijn land van herkomst. De beslissing is genomen op basis van de adviezen van deskundigen en de inhoud van de stukken, waarbij de rechtbank de noodzaak van psychiatrische zorg en begeleiding in Somalië benadrukt.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Team strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/710269-10
Datum beslissing: 28 februari 2019
Beslissing van de rechtbank Overijssel, rechtdoende op de vordering op grond van artikel 509o van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van de officier van justitie ten aanzien van de terbeschikkinggestelde:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1987 te [geboorteplaats] ,
verblijvende bij CTP Veldzicht in Balkbrug.

1.De aanleiding

Bij vonnis van 17 december 2010 van de rechtbank Almelo is de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege opgelegd, na bewezenverklaring van het misdrijf
“moord”.
De maatregel is ingegaan op 1 januari 2011. De maatregel is voor de laatste keer verlengd op
2 maart 2017 door de rechtbank Overijssel en eindigt, behoudens nadere voorziening, op
1 januari 2019.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het op grond van artikel 509o Sv uitgebrachte verlengingsadvies van het Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht, gedateerd 30 oktober 2018, opgemaakt en ondertekend door dr. D.E. Tenback, geneesheer-directeur en drs. R.N. van der Plank, algemeen-directeur/hoofd van de inrichting, beiden verbonden aan CTP Veldzicht;
  • de wettelijke aantekeningen over de periode van 19 januari 2018 tot en met 18 december 2018;
  • het aanvullend advies van CTP Veldzicht, gedateerd 5 februari 2019, opgemaakt en ondertekend door dr. D.E. Tenback, geneesheer-directeur en drs. R.N. van der Plank, algemeen-directeur/hoofd van de inrichting.

3.De procedure

De officier van justitie heeft op 28 november 2018 een vordering tot verlenging van de
terbeschikkingstelling met een periode van twee jaren ingediend.
De vordering is behandeld op de openbare terechtzitting van 14 februari 2019. De officier van justitie mr. A.C. Waterman en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. P.J. van den Hoogen, advocaat in Eindhoven, zijn op de vordering gehoord.
Als deskundigen zijn op de zitting gehoord dr. Th.A.M. Deenen, hoofdbehandelaar, en
P. de Jong, maatschappelijk werker, verbonden aan CPT Veldzicht.
4. De standpunten van de officier van justitie en de raadsman met de terbeschikkinggestelde
Ter zitting heeft de officier van justitie de vordering gewijzigd, in die zin dat zij thans de verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar vordert. De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat toepassing kan worden gegeven aan artikel 38la van het Wetboek van Strafrecht (Sr) in die zin dat de Minister van Justitie en Veiligheid over de beëindiging van de maatregel dient te beslissen.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat aan de criteria als bedoeld in artikel 38la Sr is voldaan en verzoekt de rechtbank te beslissen conform artikel 38lb Sr. Er ligt een repatriëringsplan en de terbeschikkinggestelde zal meewerken aan zijn terugkeer naar Somalië.

5.De beoordeling

Het verlengingsadvies van de kliniek
Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van schizofrenie van het paranoïde type en weinig ziekte-inzicht. Deze problematiek ligt ten grondslag aan het indexdelict en is nog steeds actueel. Op dit moment zijn er geen aanwijzingen voor aanwezigheid van psychotische kenmerken. Daarnaast is sprake van een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Het misbruik van cannabis is in gesloten setting in remissie. Binnen de huidige kliniek wordt het risico op gewelddadig gedrag als gering ingeschat, onder de voorwaarde dat de terbeschikkinggestelde trouw is in medicatiegebruik, vrij is van middelen en open over zijn belevingswereld. Daarbij dient men alert te zijn op psychotische symptomen die mogelijk door de terbeschikkinggestelde worden gemaskeerd. In de vrije maatschappij, bij beëindiging van de maatregel, wordt het risico op gewelddadig gedrag als hoog ingeschat. Dit geldt ook voor de situatie dat de terbeschikkinggestelde zonder psychiatrische begeleiding terug zal keren naar Somalië. Het recidiverisico in geval van voorwaardelijke beëindiging van het bevel tot verpleging is hoog. De beschermende factoren bestaan voornamelijk uit externe factoren, te weten intensieve hulpverlening, een woonsituatie onder intensieve supervisie van hulpverleners en intensief toezicht. Verder is de terbeschikkinggestelde binnen de kliniek gemotiveerd voor gebruik van medicatie. Het functioneren van de terbeschikkinggestelde in het afgelopen jaar is over het algemeen goed te noemen. Behandeling van de terbeschikkinggestelde in engere zin (op toediening van medicatie na) vindt al langere tijd niet meer plaats en in 2017 is reeds een plan opgesteld om de terbeschikkinggestelde te repatriëren naar Somalië, mede op basis van de bevindingen van een Somalische arts. De terbeschikkinggestelde zal bij terugkeer in Somalië aangewezen zijn op een voortzetting van zijn psychiatrische hulpverlening en medicatieverstrekking. Een psychiatrisch ziekenhuis te Mogadishu is bereid om de terbeschikkinggestelde bij terugkeer te behandelen, hem voor een observatieperiode op te nemen in de kliniek en dan, mits verantwoord, een gefaseerd transmuraal traject te starten met ondersteuning van de familie, voortzetting van het medicatiebeleid en mogelijkheid van (dwang)opname bij psychotische decompensatie en/of risicogedrag. De terbeschikkinggestelde wil terugkeren naar Somalië en er zijn inmiddels reisdocumenten beschikbaar. Voor de continuïteit van de behandeling, waar de terbeschikkinggestelde op dit moment nog middenin staat en een zorgvuldige repatriëring is het noodzakelijk dat de terbeschikkinggestelde in CTP Veldzicht verblijft. De kliniek adviseert om de maatregel terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege met twee jaar te verlengen.
In het aanvullend advies van de kliniek van 5 februari 2019 is onder meer, zakelijk weergegeven, het volgende opgenomen:
In de periode na het verlengingsadvies van 30 oktober 2018 hebben enkele ontwikkelingen plaatsgevonden, relevant met betrekking tot (de voortgang van) het repatriëringstraject van de terbeschikkinggestelde. Zo heeft hij de kliniek toestemming gegeven om contact te leggen met zijn familie in Somalië. Inmiddels is aan zijn familie verzocht om een schriftelijke garantieverklaring met betrekking tot de opvang en de nazorg van de terbeschikkinggestelde na zijn ontslag uit de psychiatrische kliniek in Mogadishu. Momenteel is de kliniek in afwachting van de ontvangst van dit document. Daarnaast is er vanuit de kliniek contact gelegd met de Savannah Higher Clinic in Mogadishu. Door de kliniek en de Savannah Higher Clinic zal in gezamenlijk overleg de precieze behandelinvulling in de komende periode verder worden geconcretiseerd. Voordat tot de daadwerkelijke repatriëring over kan worden gegaan, dient het repatriëringsplan dus nog nader te worden uitgewerkt opdat deze op een veilige en verantwoorde wijze kan plaatsvinden. Op dit moment is het naar het oordeel van de kliniek nog te vroeg om een voorwaardelijke beëindiging op grond van artikel 38lb Sr te adviseren. Echter, de verwachting is wel dat de casus van de terbeschikkinggestelde binnen nu en een half jaar zal worden voorgelegd aan de Commissie Advisering Repatriëring Terbeschikkinggestelden (CART). De kliniek zal de CART dan vragen om positief aan de Minister van Justitie en Veiligheid te adviseren ten aanzien van beëindiging van de maatregel van terbeschikkingstelling op grond van artikel 38la Sr. Indien de Minister hiertoe besluit, zal de terbeschikkinggestelde binnen nu en een jaar gerepatrieerd kunnen worden naar Somalië. Er wordt geadviseerd de maatregel van terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van één jaar.
Ter zitting hebben de deskundigen Deenen en de Jong een toelichting op het advies gegeven en gepersisteerd bij het gegeven advies, dan wel geadviseerd om de beslissing voor ongeveer drie maanden aan te houden zodat de maatregel van terbeschikkingstelling per datum vertrek van de terbeschikkinggestelde naar Somalië door de rechtbank kan worden beëindigd.
De overwegingen van de rechtbank
De rechtbank constateert dat zij niet binnen twee maanden na indiening van de vordering beslist. De rechtbank volstaat met de enkele constatering van dit verzuim en verbindt daaraan geen verdere consequenties.
Gelet op de inhoud van de adviezen en het besprokene ter zitting is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling eist. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat de terbeschikkingstelling is opgelegd ter zake van een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
De rechtbank stelt vast dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde in engere zin (op toediening van medicatie na) al langere tijd niet meer plaats vindt. De terbeschikkinggestelde heeft zijn behandelplafond bereikt. Alhoewel de terbeschikkinggestelde onder de huidige omstandigheden redelijk stabiel functioneert, dient de kwetsbaarheid niet onderschat te worden. Gelet op zijn problematiek is de verwachting dat hij langdurig aangewezen zal zijn op psychiatrische zorg en behandeling. Het recidiverisico in nog niet voldoende ingedamd. De terbeschikkinggestelde is in Nederland tot ongewenst vreemdeling verklaard, hetgeen betekent dat hij in Nederland geen rechtmatig verblijf heeft in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000. Deze omstandigheid brengt met zich dat resocialisatie in Nederland uitgesloten is. In 2017 is reeds een plan opgesteld om de terbeschikkinggestelde te repatriëren naar Somalië. Echter door de ambivalente houding van de terbeschikkinggestelde over een terugkeer, heeft verdere voortzetting van de repatriëring niet plaatsgevonden. Inmiddels is door de kliniek repatriëring opnieuw in gang gezet en verder vormgegeven aangezien de terbeschikkinggestelde nu wel meewerkt en zelf wenst terug te keren naar Somalië, zo heeft hij ter zitting herhaald. Het repatriëringsplan is bijna rond; de kliniek wacht nog op een reisdocument (EU-staat), maar zij verwacht dat dit op korte termijn zal worden afgegeven.
De rechtbank is gelet op de adviezen en de verklaringen van de deskundigen van oordeel dat voldaan is aan de voorwaarden om gebruik te maken van de bevoegdheid van artikel 38lb Sr. De recidiverisico’s zijn aanvaardbaar bij het nakomen van het repatriëringsplan, waarbij sprake zal zijn van psychiatrische hulpverlening in Somalië, waaronder medicatiegebruik en daarnaast een vangnet van familie die de zorg voor de terbeschikkinggestelde op zich zal nemen. Op deze wijze is aan de voorwaarden voor een verantwoorde resocialisatie van de terbeschikkinggestelde in het land van herkomst voldaan, gericht op in ieder geval de vermindering van de stoornis en het daarmee samenhangende recidivegevaar. De terbeschikkingstelling dient daarom te worden beëindigd onder de voorwaarde als bedoeld in artikel 38lb Sr, inhoudend dat de terbeschikkinggestelde niet zal terugkeren naar Nederland.
Voormelde (voorwaardelijke) beëindiging ex artikel 38lb laat onverlet dat de termijn van terbeschikkingstelling wel dient te worden verlengd. Allereerst omdat op dit moment nog niet duidelijk is wanneer de terbeschikkinggestelde naar Somalië zal worden begeleid. En bovendien is verlenging noodzakelijk om herleving van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege mogelijk te maken, wanneer de terbeschikkinggestelde in strijd met de voorwaarde terugkeert naar Nederland. Aan de voorwaarden voor verlenging van de maatregel wordt nog immer voldaan.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank de terbeschikkingstelling met een jaar verlengen.

5.De wettelijke voorschriften

Met inachtneming van de betrokken wetsartikelen, waaronder de artikelen 38d, 38e en 38lb Sr en de artikelen 509o, 509s en 509t Sv, komt de rechtbank tot de volgende beslissing.

6.De beslissing

De rechtbank:
  • verlengt de terbeschikkingstelling van
  • beëindigt de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van
Deze beslissing is gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. C. Verdoold en
mr. E.J.M. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van H.J.A. Teerlink, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 28 februari 2019.