4.4Het oordeel van de rechtbank
feit 1, parketnummer 08/996002-17
Getuige [getuige 1] zag op 1 december 2016, vlak na middernacht, eerst een zwarte Volkswagen Golf en iets later een witte vrachtwagen langs het [café] , waarvan hij uitbater is, aan de [straat 2] in Olst rijden. Hij zag dat de vrachtwagen bij de Volkswagen Golf parkeerde op de parkeerplaats naast de sporthal.
De politie heeft in de vrachtwagen een hoeveelheid van in totaal 870 kilo zwaar vuurwerk aangetroffen. Dit vuurwerk was verpakt in dozen die rommelig in de vrachtwagen waren opgestapeld. Op de dozen waren de opschriften ‘Tropic’ en ‘Fireworks’ te zien, alsmede oranje logo’s met waarschuwingen voor explosiegevaar. Zwaar vuurwerk als vlinders, nitraten en lawinepijlen lagen zichtbaar in de laadruimte van de vrachtwagen.
Bij het onderzoek naar het vuurwerk werd vastgesteld dat er verschillende soorten knalvuurwerk, zogenoemde bangers, in de dozen zaten, alsmede een grote hoeveelheid signaalraketten.
De vrachtwagen stond op naam van medeverdachte [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] heeft verklaard dat hij de vrachtwagen op dinsdag en woensdag had uitgeleend aan ene ‘ [medeverdachte 3] ’, die reed in een Volkswagen Golf . De vrachtwagen is in de nacht erna, van woensdag 30 november 2016 op donderdag 1 december 2016 aangetroffen.
In de vrachtwagen is op een leeg frisdrankblikje een dactyloscopisch spoor van medeverdachte [medeverdachte 1] aangetroffen.
[medeverdachte 1] heeft verklaard dat verdachte hem heeft benaderd om vuurwerk uit een loods te halen. Dat was volgens hem op 30 november 2016 of 1 december 2016. De vrachtwagen stond in de buurt van een loods aan de [straat 1] in Zwolle. Verdachte reed volgens [medeverdachte 1] in zijn Volkswagen Golf en [medeverdachte 1] reed in de vrachtwagen. Samen hebben ze de loods leeggehaald, hebben het vuurwerk in de vrachtwagen geladen en zijn naar de [straat 2] in Olst gereden en hebben daar de vrachtwagen geparkeerd. Daarna heeft verdachte met zijn Volkswagen Golf [medeverdachte 1] naar huis gebracht.
Verdachte heeft bevestigd dat hij een Volkswagen Golf type 6 heeft, dat hij [medeverdachte 2] kent en dat [medeverdachte 1] in zijn vriendengroep zit. Verdachte heeft ontkend dat hij de vrachtwagen van [medeverdachte 2] heeft geleend en deze samen met [medeverdachte 1] volgeladen met illegaal vuurwerk in Olst heeft achtergelaten.
De rechtbank acht deze ontkenning niet geloofwaardig en gaat uit van de verklaring zoals door [medeverdachte 1] is afgelegd. [medeverdachte 1] belast bij die verklaring (deels) zichzelf en deze verklaring past bij de verklaring van [medeverdachte 2] , maar ook bij de verklaring van de getuige [getuige 1] . De verklaring van [medeverdachte 1] past ook bij het in de vrachtwagen aangetroffen dactyspoor op het frisdrankblikje.
In de vrachtwagen werd daarnaast een doos aangetroffen met daarin elektrische ontstekers,
bedoeld om vuurwerk mee te ontsteken. Verdachte heeft over deze aanstekers verklaard dat die van hem waren. Naar zijn zeggen heeft verdachte die ontstekers eerder in de vrachtwagen gelegd, omdat hij geen losse spullen in zijn eigen auto wilde hebben liggen. Wat daar ook van zij, dit bevestigt dat (ook) verdachte de vrachtwagen tot zijn beschikking heeft gehad.
In de woning van verdachte is bovendien een huurcontract aangetroffen van de loods aan de [straat 1] , vanuit welke loods volgens [medeverdachte 1] het vuurwerk in de vrachtwagen is geladen.
Uit het vorenstaande leidt de rechtbank af dat verdachte samen met [medeverdachte 1] in de nacht van 30 november 2016 op 1 december 2016 de later aangetroffen hoeveelheid zwaar illegaal vuurwerk in de vrachtwagen heeft geladen, dat ze daarmee naar de [straat 2] in Olst zijn gereden en de vrachtwagen daar hebben achtergelaten.
Het primair ten laste gelegde acht de rechtbank dan ook wettig en overtuigend bewezen. Verdachte zal daarbij worden vrijgesproken van het ten laste gelegde ter beschikking stellen van vuurwerk aan anderen, nu daarvoor onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is.
feit 2, parketnummer 08/994570-17
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij twee auto’s zou hebben witgewassen, een Volkswagen Golf en een Opel Combo . Ten aanzien van de Opel Combo heeft medeverdachte [medeverdachte 1] verklaard dat die auto op zijn naam stond, maar dat het aankoopbedrag door verdachte is betaald. De auto zou gebruikt worden voor het vervoer en afleveren van partijen illegaal vuurwerk door [medeverdachte 1] in opdracht en voor rekening van [medeverdachte 3] . Nu deze verklaring geen steun vindt in enig ander bewijsmiddel, zal verdachte van het witwassen van deze auto worden vrijgesproken.
De verkoper van de Volkswagen Golf , getuige [getuige 2] , heeft verklaard dat de auto
€ 24.950,00 kostte, dat verdachte voor de door hem ingeruilde auto € 2.000,00 heeft gekregen en derhalve nog € 22.950,00 moest betalen. Verdachte heeft dat bedrag contant voldaan in grote coupures en daarbij verteld dat het ‘beunhaasgeld’ betrof.
Verdachte heeft verklaard dat de Volkswagen Golf ongeveer € 20.000,00 waard was. Hij heeft verklaard dat hij heeft gewerkt in de wormenkwekerij van zijn oom en heeft bijgeklust als timmerman en heeft bevestigd dat hij het contante geld dat hij daarmee heeft verdiend niet heeft opgegeven bij de Belastingdienst.
Doordat verdachte de auto heeft betaald met ‘zwart’ verdiend geld is de auto gefinancierd met de opbrengst van een door verdachte zelf begaan, fiscaal, misdrijf. Daarmee is de auto verworven en heeft verdachte deze voorhanden gehad, terwijl hij wist dat deze middellijk afkomstig was uit enig misdrijf. Dat de auto niet betaald zou zijn met geld afkomstig van de, illegale, vuurwerkhandel kan om die reden in het midden blijven.
Het onder 2 ten laste gelegde kan ten aanzien van de Volkswagen Golf derhalve wettig en overtuigend worden bewezen.