3.2De beoordeling van de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel
De rechtbank neemt voor de begroting van het genoten voordeel als uitgangspunt het ‘Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel per delict’ van 24 februari 2017.
In dat rapport is een kasopstelling gemaakt om het wederrechtelijk verkregen voordeel te berekenen, waarbij van het volgende is uitgegaan.
Het bedrag voor beginsaldo contant geld is op € 0,- gesteld, omdat uit de onderzochte bankafschriften van de periode 1 januari 2016 tot en met 1 december 2016 afgeleid kan worden dat veroordeelde geen contante geldopnamen heeft gedaan en geen vermogen is vermeld in box 3 van de aangifte inkomstenbelasting.
Uit de bankgegevens en de gegevens van de Belastingdienst kan worden afgeleid dat veroordeelde geen contante legale inkomsten heeft genoten in die periode. Het bedrag voor contante ontvangsten van legaal inkomen is dan ook eveneens op € 0,- gesteld.
Bij voormeld vonnis in de strafzaak van veroordeelde is hij veroordeeld voor het witwassen van een contant geldbedrag van € 19.500,-, welk bedrag is aangetroffen in een postpakket.
Bij de doorzoeking van de woning van veroordeelde op 29 november 2016 werden op verschillende plaatsen in de woning contante geldbedragen van € 50.950,- en € 44.000,- aangetroffen. In totaal had veroordeelde dan ook ten tijde van de doorzoeking een bedrag van € 114.450,- contant voorhanden.
In de onderzochte periode van 1 januari tot 1 december 2016 werd een contant geldbedrag van € 11.300,- gestort op de rekening van veroordeelde en een bedrag van € 11.150,- op de rekening van zijn partner [medeverdachte] . Op de bankafschriften zijn geen uitgaven terug te vinden van dagelijkse boodschappen en uitgaven ten behoeve van het tanken van brandstof. De kosten voor huishoudelijke uitgaven en brandstof zijn in totaal berekend op een bedrag van € 4.303,-. De totale werkelijke contante uitgaven, inclusief bankstortingen, komen daarmee op een bedrag van € 26.753-.
Op basis van deze gegevens is de volgende kasopstelling gemaakt:
Beginsaldo contant geld € 0,-
+/+ Legale contante ontvangsten inclusief bankopname € 0,-
-/- Eindsaldo contant geld € 114.450,-
Beschikbaar voor het doen van uitgaven - € 114.450,-
-/- Werkelijke contante uitgaven inclusief bankstortingen
- € 26.753,-
Verschil / wederrechtelijk verkregen voordeel - € 141.203,-
Bij de beoordeling van de hierboven genoemde verweren neemt de rechtbank in overweging dat met het vonnis in de strafzaak van veroordeelde van heden is vast komen te staan dat veroordeelde de beschikking heeft gehad over ruim 1.200 kilo zwaar illegaal vuurwerk en dat hij meermalen vuurwerk heeft afgeleverd aan derden. Daarmee is op voorhand aannemelijk dat hij daaruit wederrechtelijk voordeel heeft genoten.
Uit het onderzoek naar de financiële situatie van verdachte is niet gebleken dat verdachte voldoende legale inkomsten had om de grote contante geldbedragen die zijn aangetroffen bij de huiszoeking en in het postpakket te kunnen sparen. De partner van veroordeelde, [medeverdachte] , beschikte evenmin over eigen (verifieerbare) legale inkomsten. Dat [medeverdachte] daadwerkelijk legale contante inkomsten heeft genoten uit de verkoop van paarden en/of honden, is niet aannemelijk geworden. De door [medeverdachte] overgelegde stukken tonen dit onvoldoende aan. Er is derhalve sprake van een onverklaarbare geldstroom.
Dat veroordeelde twee dagen voor de huiszoeking, op 27 november 2016, een bedrag van
€ 65.000,- contant heeft ontvangen van ‘ [naam] ’ acht de rechtbank evenmin aannemelijk geworden, aangezien het postpakket reeds op 21 november 2016 is onderschept en bovendien nergens uit kan worden afgeleid dat dit bedrag daadwerkelijk contant aan verdachte is gegeven.
De rechtbank gaat dan ook uit van het middels de kasopstelling berekende wederrechtelijk verkregen voordeel en stelt op grond van wettige bewijsmiddelen de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel vast op € 141.203,-.