ECLI:NL:RBOVE:2019:5030
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen en bezit van vuurwapen en munitie
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 31 oktober 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van witwassen van een bedrag van € 19.500,- en het voorhanden hebben van een patroonhouder, munitie en een jammer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet wist dat er contant geld in het door haar verzonden postpakket zat, en dat er onvoldoende bewijs was dat zij op de hoogte was van de aanwezigheid van de andere voorwerpen in haar woning. De verdachte werd vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de verdachte en haar medeverdachte, alsook het ontbreken van bewijs, leidden tot de conclusie dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten. De uitspraak volgde na een onderzoek op de openbare terechtzittingen van 6 november 2017, 8 oktober 2018, 23 september 2019 en 17 oktober 2019, waarbij de rechtbank kennis nam van de vordering van de officier van justitie en de verdediging.