Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis d.d. 4 september 2019 waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- een aanvullende productie (2) van de zijde van Dijkoraad;
- het proces-verbaal van de comparitie d.d. 29 oktober 2019.
2.De feiten
de stap naar de gebouwgebonden installatietechniek (…) snel [was] gezet”.
“(…) voorstel mbt [A] graag naar mij (…) ok? Verder heeft ie om een gesprek verzocht, dat heb ik maandag.”
Je hebt aangegeven dat de verwachtingen vooraf niet kloppen met de werkelijkheid. Dit is iets waarin we gezamenlijk moeten kijken of wij dit in het vervolg beter kunnen borgen.” Ook heeft [B] in voornoemde mail een voorstel gedaan tot korting op het uurtarief van [A] .
Wij willen een 50/50 verhouding hanteren: 50% crediteren en de andere 50% uitsmeren over de komende werkuren en verwerken in het tarief. Wij gaan uit van het feit dat [A] de eerste vijf weken in jullie optiek niet productief is geweest. Voor deze vijf weken willen wij alleen de kostprijs rekenen. Het komt er dan op neer dat we het uiteindelijk over een bedrag van € 2.400,-- boven kostprijs hebben. Dit zullen wij als volgt verrekenen:
- € 1.200 crediteren
- € 1.200 uitsmeren over komende uren. [A] moet nog +/- 1000 uur alvorens [A] overgenomen kan worden. Dit resulteert in € 1,2 korting op tarief. Tarief is nu 46 en wordt dan € 44,80.”