Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het procesverloop
- de man, bijgestaan door zijn advocaat,
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat,
- mevrouw [naam 1] , namens de raad voor de kinderbescherming, verder te noemen: de raad.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel op 10 juli 2019 een beschikking gegeven inzake het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing met haar minderjarige kinderen naar een andere woonplaats. De moeder heeft een verzoek ingediend op 22 mei 2019, waarin zij toestemming vroeg om met de kinderen te verhuizen naar [plaats 2] en hen in te schrijven op nieuwe scholen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij over adequate woonruimte kan beschikken en dat zij zich heeft verdiept in goede scholen voor de kinderen. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met het belang van de kinderen en de wens van de moeder om zich prettig te voelen in haar woonomgeving. De man, de vader van de kinderen, heeft verweer gevoerd tegen de verhuizing en betwist dat er een noodzaak voor de verhuizing is. Hij heeft aangegeven dat de kinderen nu dicht bij hun grootouders wonen en dat de verhuizing extra reistijd en kosten met zich meebrengt. De rechtbank heeft echter geconcludeerd dat het belang van de vrouw om te verhuizen zwaarder weegt dan het belang van de man bij een afwijzing van het verzoek. De rechtbank heeft de verzoeken van de vrouw toegewezen, inclusief de inschrijving van de kinderen op de nieuwe scholen en de wijziging van de zorgverzekering. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de kinderen tijdig kunnen worden ingeschreven op de scholen in [plaats 2].