ECLI:NL:RBOVE:2019:3410
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van terbeschikkingstelling met voorwaarden na beoordeling van psychische toestand en begeleiding
Op 12 september 2019 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de terbeschikkingstelling van een verdachte, geboren in 1981. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar afgewezen. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk opgelegd na een veroordeling voor doodslag en was ingegaan op 1 augustus 2011. De maatregel was eerder voorwaardelijk beëindigd, maar de officier van justitie had opnieuw verlenging aangevraagd. De rechtbank heeft de adviezen van deskundigen, waaronder een psychiater en een reclasseringswerker, in overweging genomen. De psychiater concludeerde dat de terbeschikkinggestelde stabiel was, met een laag recidiverisico, en dat de huidige behandeling en begeleiding voldoende waren. De reclassering bevestigde dat de terbeschikkinggestelde goed functioneerde onder begeleiding en medicatie. De rechtbank oordeelde dat de terbeschikkinggestelde kwetsbaar was, maar dat er geen incidenten van gewelddadig gedrag waren geweest. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkingstelling niet langer noodzakelijk was, gezien de verleende voorwaardelijke rechterlijke machtiging en de positieve ontwikkeling van de terbeschikkinggestelde. De vordering tot verlenging werd afgewezen, en de rechtbank heeft de beslissing openbaar uitgesproken.