4.4Het oordeel van de rechtbank
Door de inspecteurs / buitengewoon opsporingsambtenaren van de NVWA zijn op de ten laste gelegde momenten welzijnscontroles uitgevoerd op de boerderij van verdachte. Bij de controles was telkens in ieder geval een toezichthoudend dierenarts aanwezig. Tijdens die controles zijn verschillende overtredingen van de Wet dieren en het Besluit houders van dieren geconstateerd en geverbaliseerd.
Gelet op de hoeveelheid ten laste gelegde feiten zal de rechtbank in chronologische volgorde per feit aan de hand van de aanwezige bewijsmiddelen beoordelen of daarvoor wettig en overtuigend bewijs aanwezig is.
parketnummer 08-994518-16, feiten 1 en 2, periode 30 april 2015 tot en met 9 juli 2015
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken d.d. 8 september 2015, met nummer 114158/87689/6005139/2. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van 8 september 2015:
(pag. 4) Op 30 april 2015 heb ik, [verbalisant 1] , een hercontrole uitgevoerd op het bedrijf [veehouderij] te Haaksbergen.
Op 9 juli 2015 was ik op het bedrijf [veehouderij] voor een hercontrole, onder meer vergezeld door [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts van de NVWA. [verdachte] was op de hoogte van onze komst.
(pag. 5) Wij zijn naar de jongveestal gegaan. Ik zag dat aan de linkerzijde van de jongveestal in het eerste hok (Hok 1) 3 mannelijke runderen in een hok gehuisvest waren, waar de vloer bestaat uit roostervloer. Ik zag dat de roosters in dit hok vervuild waren met mest. Ik zag dat er geen plek in dit hok was waar deze runderen hygiënisch konden liggen.
(pag. 6) Ik zag dat in het volgende hok (Hok 2) 14 runderen gehuisvest waren. Ik zag dat de huisvesting van deze runderen bestond uit roostervloer met ligboxen. Ik zag dat de roostervloer besmeurd was met een mengsel van kuilvoer en mest. Ik zag dat enkele van deze 14 runderen vervuild waren met mest. Ik zag dat er voor 4 runderen in dit hok geen plek was waar deze runderen hygiënisch konden liggen, omdat er 10 ligplaatsen beschikbaar waren en 14 runderen aanwezig waren.
Ik zag dat in het volgende hok (Hok 3) 6 runderen gehuisvest waren. Ik zag dat de huisvesting van deze runderen bestond uit roostervloer. Ik zag dat deze roostervloer besmeurd was met een mengsel van kuilvoer en mest. Ik zag dat de runderen vervuild waren met mest. Ik zag dat deze runderen niet konden beschikken over een schone en droge ligplek en de runderen niet hygiënisch konden liggen.
(pag. 8) Ik zag dat in de ligboxenstal 38 melkkoeien en 1 kalf aanwezig waren. Ik zag dat er van de 37 runderen die zich in de ligboxenstal bevonden er ten minste 9 kreupel waren. Ik zag dat de 9 runderen poten niet belastten, of wanneer een poot belast werd, deze snel weer optrokken, hetgeen een teken is dat het belasten pijnlijk is. Ik zag dat ten opzichte van de controle van 30 april er geen verbetering was in de kreupelheden. [verdachte] kon of wilde ons later niet aantonen dat de kreupele runderen behandeld waren.
De veterinaire verklaring d.d. 17 juli 2015, bijlage 12 bij voormeld proces-verbaal:
(pag. 1) Ik, [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts bij de NVWA, heb op 9 juli 2015 runderen beoordeeld van [veehouderij] .
(pag. 2) In de jongveestal in hok 1 zag ik 3 runderen. Ik zag dat de roostervloer onder de dieren besmeurd was met een mengsel van mest en urine. Ik zag dat er geen plek in dit hok was waar de dieren hygiënisch konden liggen.
In hok 2 zag ik 14 jonge runderen op roostervloer met 10 ligboxen. Vier van de tien dieren hadden geen toegang tot een hygiënische ligplaats.
In hok 3 zag ik 6 jonge runderen op roostervloer. Ik zag dat deze dieren er vies en met mest besmeurd uitzagen. De poten, flanken, buik en schouders van de runderen waren vervuild met natte en ingedroogde mest. Ik zag dat er geen plank onder het voerhek aanwezig was, waardoor veel voer op de roosters was getrokken. Ik zag dat dit oude voer ernstig vervuild was met mest en urine. Ik zag dat de runderen niet schoon en droog konden liggen.
(pag. 3) In de ligboxenstal voor het melkvee zag ik negen duidelijk kreupele runderen. De kreupelheid was in deze koeien goed te zien doordat de koeien de aangetaste poot minder belastten dan de overige poten.
Bij meerdere runderen (5) zijn de aandoeningen reeds geruime tijd aanwezig.
(pag. 4) De gezondheid van de kreupele dieren is ernstig benadeeld. Kreupele dieren lijden pijn door verwonding en/of ontsteking aan de poten. Voor zover wij konden beoordelen hadden de kreupele dieren geen medische behandeling of pijnstiller gekregen en waren zij niet of in ieder geval niet recent aangeboden voor onderzoek door de praktiserend dierenarts.
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van het gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op het onthouden van de nodige verzorging aan een rund in de ligboxenstal dat niet de beschikking had over voer en/of water, nu daarvoor onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is. Het betreft een rund dat gedurende de controle in een zogenoemd bekaphok apart stond van de rest. In dat hok was geen voer of water beschikbaar. Officier van justitie en raadsman zijn het er echter over eens dat het geen afgesloten hok betrof, zodat het dier wel toegang had tot voer en water, dat elders is de stalruimte beschikbaar was.
Hetgeen overigens is ten laste gelegd onder 1 en 2 acht de rechtbank op basis van de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen.
Tijdens de controle op 9 juli 2015 is geconstateerd dat 9 runderen kreupel waren. De toezichthoudend dierenarts heeft dat bevestigd. De dierenarts heeft daarbij vermeld dat bij meerdere runderen de aandoeningen reeds geruime tijd aanwezig waren. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank ook bewezen dat de runderen in de ten laste gelegde periode van 30 april 2015 tot en met de dag van de controle kreupel waren en/of poten niet konden belasten. Aangezien nergens uit is gebleken dat de runderen hiervoor behandeld werden is aan de dieren in die periode de nodige verzorging onthouden. De beslissing om de gehele veestapel te bekappen middels bestuursdwang in plaats van alleen de runderen die kreupelden, wat daar ook van zij, doet niets af aan de geconstateerde kreupelheden.
De roostervloer in de hokken 1, 2 en 3 van de jongveestal was bevuild met mest of een mengsel van kuilvoer met mest. Hierdoor konden de runderen niet hygiënisch gaan liggen. Meerdere dieren waren ook besmeurd met mest. Een van de basiseisen voor de verzorging van dieren is dat een dier een toereikende huisvesting dient te hebben onder voldoende hygiënische omstandigheden. Op basis van de processen-verbaal in combinatie met de bijbehorende foto’s van de aangetroffen situatie, is de rechtbank van oordeel dat deze runderen werden gehouden onder sterk vervuilde omstandigheden. De laag mest in deze hokken heeft zich gedurende langere tijd opgebouwd. Verdachte heeft verzuimd de hokken tijdig schoon te maken. Verdachte heeft keer op keer betwist dat de door hem aldus aangeboden behuizing onvoldoende zou zijn. Hij meent dat hij door zijn dieren aldus te houden voldoet aan alle daaraan te stellen eisen. De rechtbank deelt die opvatting niet. Uit verdachtes opvatting leidt de rechtbank af dat verdachte de dieren bewust in deze onhygiënische en ontoereikende omstandigheden heeft laten leven. De rechtbank acht daarmee bewezen dat verdachte er opzettelijk niet voor heeft zorg gedragen dat de runderen in die hokken een toereikende behuizing hadden onder voldoende hygiënische omstandigheden.
parketnummer 08-994518-16, feiten 3 en 4 (aanvankelijk parketnummer 08-994534-16),
d.d. 27 januari 2016
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken d.d. 15 maart 2016, met nummer 121243/91502/6005139/2. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van 15 maart 2016:
(pag. 3) Op 27 januari 2016 heb ik, [verbalisant 1] , een welzijnscontrole uitgevoerd bij [veehouderij] . Ik werd vergezeld door toezichthoudend dierenarts [dierenarts] .
(pag. 4) In de ligboxenstal stelde ik middels telling vast dat er 42 melkkoeien liepen.
Wij stelden middels telling vast dat er 36 ligboxen aanwezig waren. Wij zagen dat 5 ligboxen bezet werden door kalveren. Wij zagen dat deze ligboxen niet beschikbaar waren voor de melkkoeien. Wij stelden vast dat ten minste 11 melkkoeien hierdoor niet de beschikking hadden over een ligbox.
Wij zagen dat in de ligboxenstal mest boven de roosters stond. Wij zagen dat hierdoor de ligboxenstal geen hygiënische omgeving voor de daar aanwezige runderen was en dat de runderen die geen ligbox ter beschikking hadden niet konden beschikken over een schone en droge ligplek.
De veterinaire verklaring d.d. 2 februari 2016, bijlage 1 voormeld proces-verbaal:
(pag. 1) Ik, [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts bij de NVWA, heb op 27 januari 2016 runderen beoordeeld bij [veehouderij] .
(pag. 2) Ik telde ten tijde van de controle vijf kalveren die in ligboxen lagen. Inspecteur [verbalisant 1] telde 42 volwassen koeien in de stal. Er waren 36 ligboxen beschikbaar voor de dieren. Ik zag dat op veel plekken de mest boven de roosters stond. Ik zag dat de mestkelder vol was. Ik hoorde mevrouw [naam 1] verklaren dat er een afspraak was dat de volgende dag mest afgevoerd zou worden.
De rechtbank gaat voor het bewijs van deze feiten uit van de constatering van de controleur ten tijde van de controle van 27 januari 2016. Deze buitengewoon opsporingsambtenaar heeft een op ambtseed afgelegde verklaring opgemaakt waarin hij aangeeft dat de mest boven de roosters stond. Dit wordt ook bevestigd door de dierenarts. De dierenarts heeft daarbij geconstateerd dat de mestkelder vol was. Doordat de mest boven de roosters stond werden de runderen in de ligboxenstal onder sterk vervuilde omstandigheden gehouden. Hiermee is niet voldaan aan de basiseis dat de dieren een toereikende huisvesting dienen te hebben onder voldoende hygiënische omstandigheden. De mestkelder is gedurende de voorafgaande periode te vol geraakt. Verdachte had hierop moeten anticiperen om te voorkomen dat de dieren in de mest zou komen te staan. De afspraak die kennelijk gepland stond voor het afvoeren van de mest is op een te laat tijdstip gepland. Door na te laten de mest op tijd af te voeren heeft verdachte er opzettelijk niet voor zorg gedragen dat de runderen een toereikende behuizing hadden onder voldoende hygiënische omstandigheden.
Daarnaast hadden 11 melkkoeien niet de beschikking over een schone en droge ligplek, doordat er meer koeien en kalveren in de stal aanwezig waren dan daar ligboxen beschikbaar waren. De rechtbank is van oordeel dat de eis van een toereikende huisvesting in dit geval betekent dat alle aanwezige dieren in de stal toegang moeten hebben tot een comfortabele, droge en hygiënische ligplek. Ook al liggen de koeien niet de hele dag, zij hebben het recht zelf te bepalen wanneer zij willen liggen. Hiervoor dienen steeds voldoende schone en droge ligplekken beschikbaar te zijn. Om dat recht ten aanzien van elk individueel dier te kunnen garanderen, mogen er in een (ligboxen)stal niet meer runderen gehouden worden, dan dat er ligplekken zijn. Daarbij komt dat in de stal van verdachte tevens sprake was van smalle loopgangen, doodlopende stukken en een gebrekkige hygiëne hetgeen, in combinatie met de geconstateerde overbezetting, niet alleen extra gezondheidsrisico’s met zich meebrengt, maar ook de ontoereikendheid van de behuizing eens te meer zichtbaar maakt. De rechtbank is dan ook van oordeel dat verdachte aan die dieren de nodige verzorging heeft onthouden.
08-994517-17 feiten 4 en 5 (aanvankelijk parketnummer 08-994567-16), d.d. 12 april 2016
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken d.d. 7 juni 2016, met nummer 123783/92795/6005139/2. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van 7 juni 2016:
(pag. 4) Op 12 april 2016 stelden wij, verbalisanten, [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , een controle in op het bedrijf aan de [adres] te Haaksbergen. Wij werden vergezeld door toezichthoudend dierenarts drs. [dierenarts] .
Ik, [verbalisant 1] , heb [verdachte] ten minste 2 keer nadrukkelijk inzage gevraagd in de registratie van de diergeneesmiddelen en medische behandelingen.
Op mijn vragen gaf [verdachte] geen reactie.
(pag. 5) Wij zagen dat er 9 kalveren waren die zich over de voergang en het daar aanwezige voer konden begeven en zo het voer met mest en urine konden bezoedelen. Wij zagen dat deze kalveren zowel op de voergang in de ligboxenstal als op de voergang in de jongveestal konden komen. Wij zagen dat er mest op het aanwezige voer lag. Wij zagen dat het aanwezige voer in de voergoot op de ligboxenstal vermengd was met oude bedorven voerresten. Wij roken een sterke rottingsgeur aan het voer.
De veterinaire verklaring d.d. 22 april 2016, bijlage 2 bij voormeld proces-verbaal:
(pag. 1) Ik, [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts bij de NVWA, heb op 12 april 2016 runderen beoordeeld bij [veehouderij] .
In de ligboxenstal zag ik ongeveer 4 jonge kalveren vrij rondlopen op de voergang. Ik zag dat de verbindingsdeur naar de jongvee en stierenstal open was. Ik zag dat er voerresten voor het voerhek lagen. Ik zag dat deze voerresten van zeer slechte kwaliteit waren. Ik rook dat deze voerresten stonken met een muffe, zurige en gronderige geur.
Het aanvullend proces-verbaal d.d. 15 maart 2017:
Op 12 april 2016 hoorde ik, verbalisant [verbalisant 2] , verbalisant [verbalisant 1] ten minste 2 keer inzage vragen in de registratie van de diergeneesmiddelen en medische handelingen. Nadat hieraan niet werd voldaan door verdachte [verdachte] hoorde ik, verbalisant [verbalisant 2] , verbalisant [verbalisant 1] de inzage van de registratie van de diergeneesmiddelen en medische handelingen vorderen.
Voornoemde vragen en vordering werden gedaan op basis van respectievelijk artikel 2.7 Besluit houders van dieren en artikel 5.17 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht. Voor de toezicht op de naleving zijn wij aangewezen volgens artikel 8.1 lid 1 van de Wet dieren.
De rechtbank is van oordeel dat op basis van deze bewijsmiddelen het onder 4 onder A ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen. Doordat verdachte heeft toegelaten dat het voer met mest en urine van de kalveren werd bezoedeld en het voer, dat in de voergoot lag, vermengd was met oude bedorven voerresten, heeft verdachte er opzettelijk niet voor zorggedragen dat er voor de runderen een toereikende hoeveelheid geschikt en gezond voer aanwezig was. Verdachte heeft niet voldaan aan de basiseis voor een goede verzorging dat de dieren moeten kunnen beschikken over voldoende vers voer.
Van onderdeel B van dit ten laste gelegde feit zal verdachte worden vrijgesproken, nu daarvoor onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is. Aan verdachte is in dit onderdeel ten laste gelegd dat hij niet heeft gezorgd voor een toereikende behuizing onder voldoende hygiënische omstandigheden, door het voer aan te bieden, zoals hierboven uiteengezet. Met verdachte en de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat het aanbieden van bezoedeld en bedorven voer in dit geval niet betekent dat er ook om die reden sprake is van een ontoereikende behuizing.
De rechtbank acht het onder 5 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen. Verdachte heeft, door geen enkele reactie te geven, er bewust voor gekozen geen inzage te verschaffen in de registratie van de diergeneesmiddelen en medische behandelingen. Het kan niet anders dan dat de vordering tot inzage in ieder geval (ook) zag op de melkkoeien van verdachte, nu verdachte hoofdzakelijk melkkoeien houdt en het bedrijf van verdachte gericht is op melkproductie. Verdachte is als houder van dieren, die voor de productie van dierlijke producten (onder andere melk) bestemd zijn, verplicht tot het verschaffen van inlichtingen aan de opsporingsambtenaren, zoals door hen gevraagd en gevorderd.
Parketnummer 08-994517-17 feiten 1 en 2, d.d. 6 februari 2017
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken d.d. 12 maart 2017, met nummer 131951/99251/6005139/3. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van 12 maart 2017:
(pag. 3) Op 6 februari 2017 bevonden wij, [verbalisant 2] en [verbalisant 1] , vergezeld van [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts, ons op het bedrijf [veehouderij] voor een controle. (pag. 4) Wij zagen dat voor in de stal (hok 1) 3 runderen werden gehouden in een strohok. Wij zagen dat 2 runderen, voorzien van merken 4224 en 4244, in zeer slechte conditie waren. Wij zagen dat beide runderen een dof en ruw haarkleed hadden en dat de rugwervels en de doornvormige uitsteeksels duidelijk zichtbaar waren. Wij zagen op de stallijst dat deze runderen respectievelijk 11,5 en 8 maanden oud waren. Wij zagen aan de grootte en ontwikkeling van deze runderen dat zij duidelijk een groeiachterstand hadden en dat hun grootte en ontwikkeling past bij een kalf bij normale ontwikkeling van ongeveer 4 maanden oud. Wij zagen dat deze runderen bij aanvang van onze controle niet de beschikking hadden over schoon en vers drinkwater en niet de beschikking hadden over voer.
(pag. 5) Wij zagen dat er aan de linkerzijde in het eerste hok (hok 2) 3 runderen werden gehouden op stro. Wij zagen dat de 3 runderen, voorzien van merken 4225, 4242, 4249 in een zeer slechte conditie waren. Wij zagen dat alle 3 runderen een dof en ruw haarkleed hadden en dat de rugwervels en de doornvormige uitsteeksels duidelijk zichtbaar waren. Wij zagen op de stallijst dat deze runderen respectievelijk 14, 8 en 8 maanden oud waren. Wij zagen aan de grootte en ontwikkeling van deze runderen dat zij duidelijk een groeiachterstand hadden en dat hun grootte en ontwikkeling past bij een kalf met normale ontwikkeling van ongeveer 4 a 5 maanden.
(pag. 5) Wij zagen dat aan de linkerzijde van de jongveestal in het tweede hok (hok 3) 6 runderen gehuisvest waren, waar de vloer bestaat uit volledig roostervloer. Wij zagen op de stallijst dat deze runderen tussen de 12 en 16 maanden oud waren. Wij zagen aan de grootte en ontwikkeling van deze runderen dat zij duidelijk een groeiachterstand hadden en dat hun grootte en ontwikkeling paste bij een rund bij normale ontwikkeling van ongeveer 8 tot 12 maanden. Wij zagen dat deze runderen niet de beschikking hadden over ligboxen. Wij zagen dat de roosters in dit hok vervuild waren met een laag mest. Wij zagen dat er geen plek in dit hok was waar deze runderen hygiënisch, schoon en droog konden liggen. Wij zagen dat deze runderen niet de beschikking hadden over schoon en vers drinkwater. Wij zagen dat er in dit hok 1 zelfdrinker aanwezig was. Wij zagen dat deze zelfdrinker bevuild was met mest.
(pag. 5) Wij zagen in het derde hok (hok 4) aan de linkerzijde 7 runderen gehuisvest waren. Wij zagen dat de huisvesting van deze runderen bestond uit volledig roostervloer met ligboxen. De runderen konden niet beschikken over de ligboxen. Wij zagen dat de roosters in dit hok vervuild waren met een dikke laag mest. Wij zagen dat de mest enkele centimeters boven de roostervloer stond. Wij zagen dat de runderen vervuild waren met natte en opgedroogde mest. Wij zagen dat er geen plek in dit hok was waar deze runderen hygiënisch, schoon en droog konden liggen. Wij zagen dat deze runderen niet de beschikking hadden over schoon en vers drinkwater. Wij zagen dat er in dit hok 1 zelfdrinker aanwezig was. Wij zagen dat deze zelfdrinker bevuild was met mest.
(pag. 5 en 6) Wij zagen dat in het vierde hok (hok 5) 13 runderen gehuisvest waren. Wij zagen dat de huisvesting van deze runderen bestond uit roostervloer met ligboxen. Wij zagen dat deze roostervloer besmeurd was met meer en minder mest. Wij zagen dat de ligboxen bevuild waren met dunne mest en urine. Wij zagen dat de runderen vervuild waren met mest. Wij zagen dat deze runderen niet konden beschikken over een schone en droge ligplek en de runderen niet hygiënisch konden liggen.
(pag. 7) Wij zagen dat aan de rechterzijde van de jongveestal in het laatste hok (hok 7) 2 runderen tussen enkele hekken gehuisvest waren. Wij zagen dat deze runderen in een slechte conditie waren. Wij zagen op de stallijst dat deze runderen 7 en 8 maanden oud waren. Wij zagen aan de grootte en ontwikkeling van deze runderen dat zij duidelijk een groeiachterstand hadden en dat hun grootte en ontwikkeling past bij een rund bij normale ontwikkeling van ongeveer 5 of 6 maanden oud.
(pag. 7) Wij zagen in dat er in het tweede hok (hok 10) 2 runderen werden gehuisvest die niet de beschikking hadden over een schone en droge ligplaats. Wij zagen dat de zelfdrinker bevuild was met mest.
(pag. 6) Wij zagen dat er aan de rechterzijde in het eerste hok (hok 11) 8 runderen werden gehouden op stro. Wij zagen dat deze runderen in een slechte tot matige conditie waren. Wij zagen op de stallijst dat deze runderen tussen de 10 en 13 maanden oud waren. Wij zagen aan de grootte en ontwikkeling van deze runderen dat zij duidelijk een groeiachterstand hadden en dat hun grootte en ontwikkeling past bij een rund bij normale ontwikkeling van ongeveer 6 tot 8 maanden oud. Wij zagen dat alle 8 runderen een dof en ruw haarkleed hadden en dat bij 4 runderen de rugwervels en de doornvormige uitsteeksels zichtbaar waren. Wij zagen dat deze runderen bij aanvang van onze controle niet de beschikking hadden over schoon en vers drinkwater en niet de beschikking hadden over voer.
(pag. 7) Wij zagen dat er in de ligboxenstal 46 melkkoeien en ten minste 18 kalveren aanwezig waren. Wij zagen dat de 46 melkkoeien de beschikking hadden over 36 ligboxen.
De veterinaire verklaring d.d. 14 februari 2017, bijlage 1 bij voormeld proces-verbaal:
(pag. 1 en 2) hok 1: Ik zag dat deze 3 runderen geen toegang hadden tot water.
(pag. 2) hok 3: Ik zag zes stuks jongvee staan. Ik zag dat zij op een roostervloer stonden. Ik zag dat de vloer besmeurd was met mest en dat op enkele plekken de mest boven de roosters stond. Ik zag dat deze dieren ernstig vervuilde vachten hadden. Ik zag dat deze dieren niet konden beschikken over een hygiënische ligplek. Ik zag dat de bak van de zelfdrinker ernstig vervuild was met mest.
(pag. 2) hok 4: Ik zag hier zeven runderen staan. Ik zag dat zij op een roostervloer met ligboxen stonden. Ik zag dat in vrijwel het hele hok de mest boven de roosters stond. Ik zag dat deze dieren extreem vervuilde vachten hadden. De meeste van deze runderen waren te groot om van de ligboxen gebruik te maken. Ik zag dat deze dieren niet konden beschikken over een hygiënische ligplek.
(pag. 8) de runderen in hok 4 (jongvee / stierenstal) en in de ligboxenstal hadden onvoldoende ruimte om hun natuurlijk gedrag te vertonen.
(pag. 3) hok 10: Ik zag twee runderen gehuisvest op roostervloer met ligboxen. Ik zag dat de zelfdrinker vervuild was met mest.
(pag. 3) hok 11: Ik zag acht runderen gehuisvest op stro in een potstal systeem. Ik zag dat de dieren geen toegang hadden tot water.
(pag. 4) Ik zag dat de lichamelijk ontwikkeling van vrijwel alle dieren jonger dan twee jaar ernstig achter gebleven was. Ik zag dit aan de grootte van de dieren, de ontwikkeling van de koppen en horens en de breedte en diepteverhouding van de borstkas. Het grootste deel van deze dieren was mager tot extreem mager. Ik zag bij veel dieren uitstekende doornuitsteeksels op de rug, duidelijk afgetekende lendenwervels, ingevallen bespiering over de heupbeenderen en duidelijke zichtbare ribbogen. Dit was zelfs zichtbaar onder de lange, ruwe en dorre vachten die de dieren hadden. Voorbeelden van achtergebleven dieren met een (zeer) lage conditie score waren onder andere: 4244 (8 maanden) ziet er uit als 3 maanden, 4224 (bijna 1 jaar) ziet er uit als 3-4 maanden, 4225, 1,5 jaar, ziet er uit als 4 maanden, 4242, 1 jaar, ziet eruit als 3 maanden, 4249, 1 jaar, ziet eruit als 3-4 maanden.
(pag. 5) Het achterblijven van jonge dieren wordt voor het eerst genoemd in mijn veterinaire verklaring van 27 januari 2016. De conditie van het jongvee is significant verslechterd in het afgelopen jaar.
Een brief van [naam 2] d.d. 7 februari 2017, bijlage 15 bij voormeld proces-verbaal:
(pag. 1) Er staan veel ernstig onderontwikkelde dieren, meerdere dieren met ondervoeding en te mager. Er is niet continu schoon drinkwater beschikbaar. De hygiënetoestand in deze stal is slecht. Bij inschatting van leeftijd blijken de meest achtergebleven dieren een jaar ouder dan verwacht op basis van hun formaat en gewicht. Enkele hokken hebben 5 -10 cm drijfmest op de roosters liggen. Hier is geen ligbox of droge ligplek beschikbaar. De boxinrichting is in veel gevallen te klein voor de aanwezig dieren.
(pag. 2) In de melkveestal zijn 46 melkkoeien aanwezig in een stal waar 36 ligboxen zijn en 33 vreetplaatsen. Er zijn tevens ongeveer 18 kalveren aanwezig in deze ligboxenstal. Er is twijfel of deze kalveren gevoerd worden of dat ze zichzelf moeten redden voor wat betreft hun melkbehoefte in de koppel melkkoeien.
De rechtbank acht hetgeen ten laste is gelegd met betrekking tot hok 10 onder bb) van onderdeel B van feit 1 niet wettig en overtuigend bewezen, nu uit de bewijsmiddelen niet blijkt dat er op de vloer van dat hok een dikke laag mest lag, zoals ten laste gelegd. Uit het proces-verbaal blijkt dat in hok 10 sprake was van een roostervloer.
De rechtbank is, op grond van de bewijsmiddelen, van oordeel dat hetgeen overigens is ten laste gelegd wettig en overtuigend is bewezen.
Zoals hiervoor overwogen is de rechtbank van oordeel dat alle aanwezige dieren in de stal toegang moeten hebben tot een comfortabele, droge en hygiënische ligplek. Ook al liggen de koeien niet de hele dag, zij hebben het recht zelf te bepalen wanneer zij willen liggen. Hiervoor dienen steeds voldoende schone en droge ligplekken beschikbaar te zijn. Door 46 runderen en 18 kalveren in de ligboxenstal te houden, terwijl er slechts 36 ligboxen beschikbaar waren, heeft verdachte opzettelijk de bewegingsvrijheid van de dieren beperkt en daardoor onnodig lijden toegebracht en bovendien de dieren onvoldoende ruimte geboden voor hun fysiologische en ethologische behoeften.
Daarnaast hadden meerdere runderen in de jongveestal geen toegang tot (schoon en vers) drinkwater, waren meerdere hokken ernstig vervuild met mest en is geconstateerd dat meerdere runderen verkeerden in een slechte tot matige conditie en/of een groeiachterstand hadden. Verdachte heeft wederom opzettelijk niet voldaan aan de basiseisen voor de verzorging van de dieren, dat zij moeten kunnen beschikken over voldoende vers water, voer en een toereikende huisvesting onder voldoende hygiënische omstandigheden. Gelet ook op hetgeen de dierenartsen hebben gerapporteerd omtrent de groeiachterstand acht de rechtbank het niet aannemelijk dat de toestand van deze runderen (enkel) het gevolg zou zijn van het na-ijlende effect van de BVD-besmetting. Verdachte heeft dit weliswaar gesteld, maar de juistheid van die stelling is niet aannemelijk geworden.
Parketnummer 08-994517-17 feit 3 (aanvankelijk parketnummer 08-994556-17), d.d. 9 mei 2017
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken d.d. 17 mei 2017, met nummer 134763/101781/6014318. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van 17 mei 2017:
(pag. 4) Op 9 mei 2017 bevonden wij, verbalisanten, ons op het bedrijf [veehouderij] voor een herinspectie. Toezichthoudend dierenarts [dierenarts] heeft een veterinaire verklaring opgesteld.
(pag. 5) Wij verbalisanten zagen dat in hok 1, 1 rund op stro werd gehouden. Wij zagen dat dit rund niet de beschikking over schoon drinkwater had. Wij zagen dat er een dikke laag natte mest in het hok aanwezig was waarin het rund tot de bovenkant van de klauwen in weg zakte. Wij zagen dat er niet of nauwelijks een droge ligplaats aanwezig was.
(pag. 6) Wij verbalisanten zagen in hok 6 / 7 dat hier 1 rund gehouden werd. Wij zagen dat er veel opgedroogde en natte mest op de roosters en dichte vloer aanwezig was. Wij zagen dat de omstandigheden waarin het rund werd gehuisvest onvoldoende hygiënisch waren en voor het rund geen voldoende schone, droge en hygiënische ligplaats beschikbaar was.
(pag. 7) Wij verbalisanten zagen dat er in de ligboxenstal 45 melkkoeien en 1 stier aanwezig waren. Wij stelden middels telling vast dat er 36 ligboxen aanwezig waren. Wij stelden vast dat ten minste 10 melkkoeien hierdoor niet de beschikking hadden over een ligbox. Wij zagen dat er dominantiegedrag in de stal was waarbij runderen elkaar verstootten. Wij zagen dat de roostervloeren bevuild waren met voerresten, mest en met mest bevuild stro. Wij zagen dat de omstandigheden waarin de runderen werden gehuisvest onvoldoende hygiënisch waren en voor de runderen geen voldoende schone, droge en hygiënische ligplaatsen beschikbaar waren.
De veterinaire verklaring van 16 mei 2017, bijlage 1 bij voormeld proces-verbaal:
(pag. 1) Ik, [dierenarts] , toezichthoudend dierenarts bij de NVWA, was op 9 mei 2017 bij [veehouderij] voor de beoordeling van runderen.
(pag. 2) hok 1: Ik zag tegen de kopse kant van de stal een hok met daarin één rund. Ik zag dat de vloer bedekt was met een nat mengsel van stro, mest en urine. Ik zag dat het dier met de poten tot over de kroonrand van de klauwen in dit materiaal wegzakte. Ik hoorde dat het dier met het lopen soppende en zuigende geluiden maakte. Ik zag dat het dier geen hygiënische huisvesting had. Ik zag dat de waterbak slechts een zeer kleine hoeveelheid sterk vervuild water bevatte.
(pag. 3) hok 6 / 7: Ik zag dat het hok aan de rechterzijde was ingericht met een roostervloer. Ik zag dat er één volwassen rund in dit hok gehuisvest was. Ik zag dat de roostervloer en de betonplaat vervuild waren met mest en urine. Ik zag dat er geen hygiënische ligplek voor dit rund aanwezig was.
(pag. 6) Ten tijde van de controle hadden ten minste 10 melkkoeien geen toegang tot een comfortabele, hygiënische ligplek.
Gelet op deze bewijsmiddelen acht de rechtbank het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen. Ook tijdens deze (her)controle is gebleken dat verdachte er niet voor heeft zorggedragen dat de dieren toegang hadden tot een toereikende hoeveelheid schoon en vers water en evenmin dat de behuizing voldoende hygiënisch was. De dieren werden wederom gehouden onder sterk vervuilde omstandigheden.