ECLI:NL:RBOVE:2019:3153

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 september 2019
Publicatiedatum
6 september 2019
Zaaknummer
08.126644.18 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor het verwerven, in bezit hebben en verspreiden van kinderporno en ontuchtige handelingen met dieren

Op 6 september 2019 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een 37-jarige man die zich schuldig heeft gemaakt aan het verwerven, in bezit hebben en verspreiden van kinderporno. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 september 2015 tot en met 21 november 2017 meermalen afbeeldingen en video's met kinderpornografisch materiaal heeft verworven en in bezit heeft gehad. Daarnaast had hij ook ontuchtige beelden met dieren in zijn bezit. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 365 dagen, waarvan 364 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar, en een taakstraf van 150 uur. Bij de proeftijd zijn bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering en deelname aan een behandeling.

De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de persoon van de verdachte. De verdachte heeft zich gedurende twee jaar schuldig gemaakt aan het verwerven en verspreiden van kinderpornografisch materiaal, wat ernstige gevolgen heeft voor de slachtoffers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is, maar dat dit niet afdoet aan de ernst van de gepleegde feiten. De rechtbank heeft ook de aanbevelingen van deskundigen en de reclassering in haar oordeel meegenomen, en heeft besloten dat een combinatie van een voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf passend is.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.126644.18 (P)
Datum vonnis: 6 september 2019
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1982 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 10 januari 2019 en 23 augustus 2019.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. C.Y. Huang en van hetgeen door verdachte en de raadsman G.L.A.M. van Doveren, advocaat te Tilburg, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:zich met behulp van een computer kinderporno heeft verworven en deze kinderporno al dan niet heeft verspreid en daar al dan niet een gewoonte van heeft gemaakt;
feit 2:porno heeft ingevoerd en/of in zijn bezit had, waarbij sprake was van ontuchtige handelingen tussen mens en dier.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1
hij
in of omstreeks de periode van 01 september 2015 tot en met 21
november 2017
te Almelo, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal (telkens)
(een) (aantal) afbeelding(en), te weten foto(’s) en/of video(’s) en/of
film(s) en/of gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) te weten
één of meer computer(s) (Asus laptop en/of PC merkloos en/of Mini
laptop Touch Mate) en/of een mobiele telefoon (Sony) en een
geheugenkaart (Micro SD A-data)
heeft
verspreid en/of
aangeboden en/of
openlijk tentoongesteld en/of
ingevoerd en/of
doorgevoerd en/of
uitgevoerd en/of
verworven en/of
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar
is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van
achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was
betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven -
bestonden uit (onder meer):
het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren met de penis en/of
(een) vinger(s)/hand van het lichaam van een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
het oraal penetreren met de penis en/of het anaal penetreren met een
voorwerp van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon
die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
het vaginaal penetreren met (een) vinger(s)/hand en/of een voorwerp
van het eigen lichaam door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18
jaar nog niet heeft bereikt
(Bestandsna(a)m(en): [naam]
.mpg)
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met (een)
vinger(s)/hand en/of de mond/tong en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander)
persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet
heeft bereikt met de vinger(s)/hand en/of de mond/tong en/of
het betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen en/of borsten
door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft
bereikt met de vinger(s)/hand en/of met een voorwerp
(Bestandsna(a)m(en): [naam] .mp4)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en)
die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt,
waarbij deze perso(o)n(en) poseert/poseren in een omgeving en/of (op
een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij door
het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de uitsnede
van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen
en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de
afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of
strekt tot seksuele prikkeling
(Bestandsna(a)m(en): [naam]
.png)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een
perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben
bereikt en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht/lichaam van een
perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben
bereikt
(Bestandsna(a)m(en): [naam] .mp4)
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft
gemaakt;
2
hij op één of meer tijdstippen in omstreeks de periode van 01 september
2015 tot en met 21 november 2017 te Almelo, in elk geval in Nederland,
(telkens)(een) afbeelding(en) en/of film- videofragment(en) en/of (een)
gegevensdrager(s), te weten een computer (laptop Asus) heeft ingevoerd
en/of in bezit heeft gehad, bevattende een aantal afbeelding(en) en/of
film- videofragment(en), terwijl op die afbeelding(en) en/of (een) film-
videofragment(en) (een) ontuchtige handeling(en) zichtbaar is/zijn
waarbij een mens en een dier is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn
betrokken, welke ontuchtige handeling(en) bestond(en) uit (onder meer)
–zakelijk weergegeven-
een of meerdere volwassen vrouw(en) die zich vaginaal laten penetreren
door een hond en/of zich over hun geslachtsdeel laten likken door een
hond en/of
een of meerdere volwassen vrouw(en) die een penis van een paard in de
mond nemen en/of (vervolgens) dit paard pijpen en/of daarbij dit paard
in de mond laten ejaculeren;

3.De voorvragen

De geldigheid van de dagvaarding
Volgens de raadsman voldoet de tenlastelegging niet aan de eisen aangezien alle afbeeldingen die zijn aangetroffen, in de tenlastelegging nader moeten worden omschreven. Dat is hier echter niet het geval. De raadsman stelt zich op het standpunt dat de dagvaarding nietig moet worden verklaard.
De officier van justitie is van mening dat in de tenlastelegging de categorieën zijn benoemd, en dat de dagvaarding daarmee voldoet aan de eisen die de Hoge Raad daaraan stelt.
De rechtbank constateert dat in de tenlastelegging met betrekking tot feit 1 een achttal afbeeldingen is beschreven die representatief zouden zijn voor het bij verdachte aangetroffen kinderpornografisch materiaal, te weten 336 foto’s en 561 video’s. Deze wijze van tenlastelegging is conform de uitgangspunten die de Hoge Raad heeft geformuleerd voor het voorhanden hebben van grote hoeveelheden kinderporno (zie bijvoorbeeld ECLI:NL:HR:2017:3124). De exacte beschrijving van de representatieve afbeeldingen ziet op de vraag of bewezen kan worden dat de afbeeldingen kinderpornografisch zijn. De vraag of verdachte kinderpornografisch materiaal in zijn bezit heeft gehad kan volgen uit de verklaring van verdachte en andere bewijsmiddelen, maar voor een bewezenverklaring is niet vereist dat alle afbeeldingen specifiek en uitputtend worden beschreven in de tenlastelegging. Daarbij is ook van belang dat, gelet op de mededeling op de dagvaarding, voorafgaand aan de terechtzitting inzage in al het aangetroffen materiaal kan worden verleend op afspraak met de officier van justitie. Daardoor kon desgewenst de representativiteit van het kinderpornografisch karakter van de specifiek genoemde afbeeldingen voor al het aangetroffen materiaal worden onderzocht en vervolgens desgewenst onderbouwd worden weersproken. Ook konden de afbeeldingen ter zitting door de officier van justitie ter hand worden gesteld. De raadsman noch verdachte hadden daar behoefte aan.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding ook overigens geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie is van mening dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 en 2 tenlastegelegde.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman is het wat de bewezenverklaring betreft eens met de officier van justitie.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten op grond van de in de bijlage genoemde bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage genoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat:
1
hij in de periode van 01 september 2015 tot en met 21 november 2017 in Nederland, meermalen telkens afbeeldingen, te weten foto’s en video’s en gegevensdragers bevattende afbeeldingen te weten computers (Asus laptop en PC merkloos en Mini laptop Touch Mate) en een mobiele telefoon (Sony) en een geheugenkaart (Micro SD A-data) heeft verspreid en verworven en in bezit gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit onder meer:
het oraal en vaginaal en anaal penetreren met de penis en vinger/hand van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en het oraal penetreren met de penis en/of het anaal penetreren met een voorwerp van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
het vaginaal penetreren met een vinger/hand en/of een voorwerp van het eigen lichaam door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
(Bestandsna(a)m(en): [naam]
.mpg)
en
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een vinger/hand en/of de mond/tong en/of het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een ander persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de vinger/hand en/of de mond/tong en het betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen en/of borsten
door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de vinger/hand en/of met een voorwerp
(Bestandsna(a)m(en): [naam] .mp4)
en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een personen die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt, waarbij deze personen poseren in een omgeving en/of op
een wijze die niet bij hun leeftijd passen en waarbij door het camerastandpunt en de onnatuurlijke pose en/of de uitsnede van de afbeeldingen/films nadrukkelijk de ontblote geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling
(Bestandsna(a)m(en): [naam]
.png)
en
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
het houden van een stijve penis bij/naast het gezicht/lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
(Bestandsna(a)m(en): [naam] .mp4)
van welke misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
2
hij op tijdstippen in de periode van 01 september 2015 tot en met 21 november 2017 l in Nederland, telkens afbeeldingen en videofragmenten en een gegevensdrager, te weten een computer (laptop Asus) heeft in bezit heeft gehad, bevattende een aantal afbeeldingen en videofragmenten, terwijl op die afbeeldingen en videofragmenten ontuchtige handelingen zichtbaar zijn waarbij een mens en een dier zijn betrokken, welke ontuchtige handelingen bestonden uit onder meer –zakelijk weergegeven- volwassen vrouwen die zich vaginaal laten penetreren door een hond en/of zich over hun geslachtsdeel laten likken door een hond en een of meerdere volwassen vrouw(en) die een penis van een paard in de mond nemen en/of vervolgens dit paard pijpen en/of daarbij dit paard in de mond laten ejaculeren.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 240b en 254a van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1
het misdrijf:
een afbeelding en een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden en verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt, meermalen gepleegd;
feit 2
het misdrijf:
een afbeelding en een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat aan verdachte – gelet onder meer op het onder 22b Sr bepaalde – een taakstraf wordt opgelegd van 150 uur (te vervangen door 75 dagen hechtenis, in het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht), en dat verdachte voorts een gevangenisstraf wordt opgelegd van 365 dagen, waarvan 364 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Als bijzondere voorwaarden dienen, zakelijk weergegeven, een meldplicht bij de reclassering, het continueren van zijn ambulante behandeling bij Transfore of een andere (forensische) polikliniek, het zich onthouden van het kijken naar en verwerven en zich de toegang verschaffen tot kinderporno en het meewerken aan controles van zijn gegevensdragers.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman kan zich vinden in de vordering van de officier van justitie.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte heeft zich over een periode van twee jaar schuldig gemaakt aan het verwerven, in bezit hebben en verspreiden van kinderpornografische foto’s en films/video’s. Bij verdachte zijn 336 foto’s en 561 video’s met kinderpornografisch materiaal aangetroffen. Daarop zijn onder meer afbeeldingen van zeer jonge kinderen aangetroffen. Op een deel van de afbeeldingen is penetratie van (zeer jonge) minderjarigen te zien. Verder heeft verdachte porno met dieren in bezit gehad. Verdachte heeft hiermee de norm die strekt tot de bescherming van jeugdigen tegen seksueel misbruik geschonden. Door het verwerven en in bezit hebben en verspreiden van kinderpornografisch materiaal blijft de vraag naar deze porno bestaan en is verdachte mede verantwoordelijk te houden voor de productie van het materiaal en het in stand houden van de afzetmarkt daarvoor. Voor deze productie worden kinderen seksueel misbruikt en uitgebuit. Zij worden voor de camera gezet om te poseren en moeten seksuele handelingen verrichten en/of ondergaan. Handelingen waar zij, gelet op hun geestelijke en lichamelijke ontwikkeling, nog lang niet aan toe zijn. Het is een feit van algemene bekendheid dat veel van deze misbruikte kinderen psychische schade oplopen waar zij de rest van hun leven mee geconfronteerd worden. Ook kunnen zij nog lange tijd achtervolgd worden door de gevolgen van de productie van de beelden. In de praktijk is immers gebleken dat een afbeelding die éénmaal op internet is geplaatst, vrijwel onmogelijk blijvend van internet te verwijderen is en nog jarenlang kan opduiken. Dat verdachte er gedurende ruim twee jaar een gewoonte van heeft gemaakt hieraan als consument een bijdrage te leveren, rekent de rechtbank hem ernstig aan. Voor een effectieve bestrijding van de vervaardiging van dit soort kinderpornografie en ook van bestialiteiten is het noodzakelijk niet alleen degenen aan te pakken die het vervaardigen maar ook hen die het verwerven en in hun bezit hebben.
Uit het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van de verdachte gedateerd 21 november 2018 blijkt dat hij niet eerder is veroordeeld.
De psycholoog J.P.M. van der Leeuw heeft op 17 april 2019 over verdachte gerapporteerd.
Hij komt tot de conclusie dat verdachte lijdende is aan ziekelijke stoornissen aangezien er sprake is van een pedofiele stoornis (niet exclusieve type) en een andere gespecificeerde parafiele stoornis en van een specifieke leerstoornis (dyslexie). De psycholoog concludeert tevens: “Verdachte is vanaf zijn prepuberteit bekend met een seksuele preoccupatie. In samenhang met zijn lichte neiging tot sociaal teruggetrokken gedrag en de tendens om gevoelsmatige belevingen van de feitelijke gebeurtenissen los te koppelen, is er een fixatie opgetreden in zijn deviante seksuele interesse die een hardnekkig afgesplitst bestaan leidt van zijn overige aangepaste leven. Betrokkene heeft onvoldoende grip op zijn innerlijke leefwereld en de seksuele impulsen die daar huizen. Ook behandeling die al bijna anderhalf jaar gaande is lijkt hierin weinig verandering te hebben opgeleverd. (….) Het is te adviseren om betrokkene het ten laste gelegde in een verminderde mate toe te rekenen.”
Voorts geeft deze deskundige de rechtbank in overweging om verdachte binnen het kader van een bijzondere voorwaarde bij een (deels) voorwaardelijke straf te verplichten tot een dagbehandeling bij een forensisch psychiatrische kliniek.
Uit het over verdachte uitgebrachte reclasseringsrapport van 11 juli 2019 blijkt ten slotte dat de diagnostische bevindingen van het NIFP-onderzoek en onderzoeken bij Transfore op het gebied van de autismespectrumstoornis (ASS) uiteen lopen. Het NIFP ziet op basis van hun toegepaste interview geen aanwijzingen hiervoor, Transfore daarentegen stelt na ASS-onderzoek vast dat er sprake is van autisme. De reclassering is momenteel meer geneigd het bestaan van ASS-problematiek te volgen, gelet op het meer uitvoerige onderzoek door Transfore op dit vlak. De reclassering adviseert om bij wijze van bijzondere voorwaarden, te verbinden aan een (deels) voorwaardelijke straf, aan verdachte op te leggen – zakelijk weergegeven - een meldplicht bij de reclassering, een ambulante behandeling eruit bestaande dat verdachte zijn behandeling bij Transfore of een andere (forensische) polikliniek voortzet, waarbij hij meewerkt aan alle behandelmodules die nodig zijn voor delictpreventie, ook als dit psycho-educatie inhoudt. Ten slotte dient verdachte kinderporno te vermijden en dient hij onder meer mee te werken aan controle van zijn gegevensdragers door de reclassering.
De rechtbank kan zich vinden in de conclusie van de psycholoog dat verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is en neemt deze dus als de hare over. De psycholoog acht het recidiverisico hoog, volgens de reclassering is dit risico laag tot gemiddeld. In ieder geval baart het de rechtbank zorgen dat verdachte aan het chatten is met een minderjarig – en volgens verdachte: aantrekkelijk – meisje.
Gelet op het voorgaande en de ernst van de feiten is de rechtbank van oordeel dat een taakstraf en een goeddeels voorwaardelijke gevangenisstraf, gecombineerd met de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden, dit alles zoals geëist door de officier van justitie, op zijn plaats is. Enkel die straf doet naar het oordeel van de rechtbank recht aan de aard en ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en beperkt het recidiverisico. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard zich te kunnen vinden in de eis en hij is gemotiveerd om zich aan de bijzondere voorwaarden te houden.
7.4
De inbeslaggenomen voorwerpen
De officier van justitie heeft voorts gevorderd dat één van de inbeslaggenomen voorwerpen, zoals blijkt uit het “Proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal”, te weten de met kinderpornografische afbeeldingen besmette gegevensdragers, dient te worden onttrokken aan het verkeer. De officier van justitie is bereid de door verdachte verzochte audio-opnamen van zijn zoontje van de telefoon te (doen) halen, maar dan moet hij wel exact kunnen aangeven waar dat bestand is te vinden.
De raadsman is van mening dat de door verdachte gevraagde niet-pornografische bestanden op zijn telefoon terug kunnen naar verdachte, wat ook in soortgelijke zaken bij andere rechtbanken gebruik is.
De rechtbank is van oordeel dat de in het proces-verbaal van politie genoemde gegevensdragers – zie bladzijde 113 van dat proces-verbaal: een laptop Asus, een PC merkloos, een MicroSD-A-data in telefoon en een minilaptop Touchmate - vatbaar zijn voor onttrekking aan het verkeer, aangezien met behulp van deze voorwerpen de feiten zijn begaan en alle pornografische bestanden die bij verdachte zijn aangetroffen daar opstaan. Mocht verdachte concreet kunnen aangeven waar de bestanden, met daarop de stem van zijn zoontje, te vinden zijn, dan is het Openbaar Ministerie kennelijk bereid om deze bestanden aan hem te retourneren. Maar aangezien verdachte genoemde gegevensdragers gebruikte voor verschillende strafbare doeleinden, had hij daarvan de mogelijke uiteindelijke consequenties tevoren moeten overwegen. Dat nu ook mogelijk andere bestanden voor betrokkene verloren zullen gaan, was voorzienbaar en komt voor risico van verdachte.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 27, 36b, 36c en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 het misdrijf: een afbeelding en een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden en verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt, meermalen gepleegd;
feit 2 het misdrijf: een afbeelding en een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 en 2 bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
365 (driehonderdvijfenzestig) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
364 (driehonderdvierenzestig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarenéén of meer van de navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat veroordeelde:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat veroordeelde:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, Molenstraat 50, 7514 DK Enschede op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent deze instelling dat nodig acht;
- zijn behandeling voortzet bij Transfore of een andere (forensische) polikliniek, te bepalen door de reclassering. Hij werkt daarbij mee aan alle behandelmodules die nodig zijn voor delictpreventie, ook als dit inhoudt psycho-educatie. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
- zich op welke wijze dan ook onthoudt van:
 het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
 gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
 gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met
minderjarigen wordt gecommuniceerd;
- Veroordeelde bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. Het toezicht op deze voorwaarde kan onder andere bestaan uit controles van computers en andere apparatuur. De veroordeelde werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als
voorwaarden van rechtswegedat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- veroordeelt verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
150 (honderdvijftig) uren;
- beveelt, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
75 dagen;
de inbeslaggenomen voorwerpen
- verklaart onttrokken aan het verkeer de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten:
een laptop Asus, een PC merkloos, een MicroSD-A-data in telefoon en een minilaptop Touchmate.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.M. Essed, voorzitter, mr. G.H. Meijer en
mr. drs. H. Vegter, rechters, in tegenwoordigheid van E.P. Endlich, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 september 2019.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland, Team Bestrijding kinderpornografie en kindersekstoerisme, met dossiernummer ONRBD17029. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal algemene beschrijving aangetroffen kinderpornografisch materiaal d.d. 10 april 2018, met bijlagen (pagina’s 100 tot en met 113);
2.
het proces-verbaal van de terechtzitting van 23 augustus 2019, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, Sv.