11.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder feit 1 tot en met feit 5 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 en feit 2
telkens het misdrijf:
belaging
feit 3
het misdrijf:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
feit 4 en feit 5
telkens het misdrijf:
eenvoudige belediging
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder feit 1 tot en met feit 5 bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
6(
zes) maanden;
- bepaalt dat deze gevangenisstraf
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte gedurende de proeftijd:
- zich zal melden bij Reclassering Nederland, Dobbe 70-74 in 8032 JX Zwolle op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent deze instelling dat nodig acht;
- zich ambulant zal laten behandelen door Trajectum of een soortgelijke instelling voor forensische zorg, ter beoordeling van de reclassering, indien en zo lang als de reclassering dit noodzakelijk acht. Verdachte zal zich dan houden aan de regels die door of namens de instelling zullen worden gegeven;
- op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen en/of onderhouden met de slachtoffers in deze zaak zo lang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig acht. De politie zal toezien op de handhaving van dit contactverbod;
- zich niet zal ophouden in of op [adres 3] te Schalkhaar, [adres 1] te Deventer en [adres 2] te Schalkhaar, zo lang het Openbaar Ministerie dit nodig acht. De politie zal toezien op de handhaving van dit locatieverbod;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- beveelt dat de op grond van artikel 14c Sr gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14d Sr uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij
[slachtoffer 1](feit 1) van een bedrag van
€ 502,24(vijfhonderdentwee euro en vierentwintig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2019.
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het bewezenverklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 502,24,te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2019, ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 10 dagen zal worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [slachtoffer 1] , voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
opheffing bevel voorlopige hechtenis
- heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis;
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Melaard, voorzitter, mr. S.H. Peper en mr. J. Mulder, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. de Bruin, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 8 augustus 2019.
Buiten staat
Mr. J. Mulder is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.