Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding, betekend op 17 juli 2019, met 9 producties;
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie met 10 producties;
- de afzonderlijk ingebrachte producties 13a tot en met 20 van [eiser] ;
- de eiswijziging van [eiser] d.d. 24 juli 2019;
- de mondelinge behandeling gehouden op 25 juli 2019;
- de pleitnota van [eiser] ;
- de pleitnota van [gedaagde] .
2.De feiten
25 juni 2019 heeft mr. K.J. Haarhuis in het openbaar uitgesproken het vonnis waarbij ik de
De succesvolle Twentse ondernemer, met een geschat vermogen van €620 miljoen goed voor plek 57 (https://www.quotenet.nl/ [eiser] /) in Nederland's rijkenlijst, laat zich de mond niet snoeren. In een vier pagina's tellende verklaring neemt hij niet alleen de Almelose rechter, maar ook de AIVD, de FIOD, zijn ex en haar raadsman op de korrel. Hij onderbouwt zijn betoog met 'stevig bewijs' en gaat de komende weken werken aan 'nog steviger bewijs.'
Uit onderstaande correspondentie, de afspraak van de AIVD met [gedaagde] op donderdag 31 januari 2019, het gespreksverslag van 7 februari 2019 van mevr. Mr. [advocaat 2] en overige correspondentie is op te maken dat dit blijkbaar aanleiding is geweest de zaak over te dragen aan de FIOD met de FIOD inval op 15 februari 2019 als resultaat. (…)”
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
5.De beoordeling in conventie
klaarblijkelijkejuridische of feitelijke misslag op. Inhoudelijke bezwaren tegen het vonnis dienen in hoger beroep aan de orde te worden gesteld. Daarvoor is een executiegeschil niet bedoeld. Verder is gesteld noch gebleken dat er sprake is van na het vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten, die aan de zijde van [eiser] een noodtoestand zullen doen ontstaan indien het vonnis geëxecuteerd wordt.