1
hij op of omstreeks 30 mei 2016 in de gemeente Nunspeet, als werkgever, samen
en in vereniging met anderen of een ander dan wel alleen, al dan niet opzettelijk handelingen heeft verricht en/of nagelaten in strijd met de "Arbeidsomstandighedenwet" en/of de daarop rustende bepalingen in het "Arbeidsomstandighedenbesluit",
door werknemer [slachtoffer] op een arbeidsplaats te weten in een
gebouw/pand gelegen aan of nabij de [adres] te Nunspeet, werkzaamheden te
laten verrichten, bestaande uit het plaatsen en/of monteren van een
afzuiginstallatie, met behulp van een door hem verdachte bestuurde
vorkheftruck met op de heflepels een materiaal container waarin zich genoemde
[slachtoffer] bevond en op (werk)hoogte werd gebracht,
terwijl
-bij het verrichten van die arbeid waarbij valgevaar bestond, terwijl dit mogelijk was, niet een veilige steiger, stelling, bordes en/of werkvloer was aangebracht,
(artikel 3.16 lid 1 Arbeidsomstandighedenbesluit),
-het arbeidsmiddel (voornoemde vorkheftruck) niet uitsluitend werd gebruikt voor het doel en/of op de wijze en/of op de plaats waarvoor deze was ingericht en bestemd, te weten het verplaatsen van materiaal, waarmee/waardoor niet werd voorkomen dat het gebruik van dat arbeidsmiddel gevaren voor de veiligheid van genoemde werknemer opleverde,
(artikel 7.3 lid 2 Arbeidsomstandighedenbesluit),
en/of
-de materiaal container aanwezig op de heflepels van de heftruck niet zodanig was geplaatst, bevestigd en/of ingericht en/of niet zodanig werd gebruikt dat het gevaar dat een ongewilde gebeurtenis zich voordoet, zoals verschuiven, omvallen, kantelen en/of getroffen worden door het arbeidsmiddel of onderdelen daarvan, zoveel mogelijk was voorkomen,
(artikel 7.4 lid 3 Arbeidsomstandighedenbesluit)