Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[eiseres sub 2] ,
[eiser sub 3] ,
[eiseres sub 4] ,
1.De procedure
2.De feiten
20 juni 2018, gegrond verklaard en dit besluit vernietigd. Het beroep, voor zover gericht tegen het besluit van 22 januari 2019, heeft de rechtbank ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak is door eiseres sub 2 hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS).
21 augustus 2018 hersteld in die zin dat het dictum, voor zover van belang, als volgt luidt:
3.Het geschil
19 juli 2018 overgegaan omdat hij de bestuursrechtelijke rechtsgang wilde afwachten. De bestuursrechtelijke rechtsgang loopt nog en gedaagde loopt vóór 7 augustus 2019 geen enkel risico wat betreft het tegen het college verbeuren van dwangsommen. Onder deze omstandigheden valt in redelijkheid niet in te zien waarom gedaagde nu ineens ontruiming op 10 juli 2019 verlangt en welk belang hij daarbij heeft. Doordat gedaagde lang heeft gewacht met het betekenen van het vonnis van 19 juli 2018 heeft dat vonnis inmiddels zijn rechtskracht verloren, zodat op basis daarvan geen ontruiming meer kan worden bewerkstelligd.
4.De beoordeling
19 juli 2018 zou overgaan, leidt niet tot het oordeel dat gedaagde misbruik maakt van zijn bevoegdheid, reeds omdat gedaagde betwist dat hij een dergelijke verstrekkende toezegging heeft gedaan en dit executie kort geding zich niet leent voor nader onderzoek in de vorm van bewijslevering. Daarbij komt dat het bij dergelijke mededelingen - overeenkomstig de artikelen 3:33 en 3:35 BW - aankomt op wat partijen over en weer hebben verklaard en wat zij uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid overeenkomstig de zin die partijen onder de gegeven omstandigheden redelijkerwijs daaraan mochten toekennen. In dat verband is van belang dat gedaagde naar voren heeft gebracht dat hij heeft gezegd en bedoeld om het bestuursrechtelijke traject in eerste aanleg, en aldus de bestuursrechtelijke uitspraak van 1 april 2019, af te wachten en dat hij dat ook heeft gedaan.
5.De beslissing
16 juli 2019. (ib)