10.De beslissing
- wijst het verzoek van de verdediging tot het opmaken van een deskundige rapportage af;
- verklaart bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte primair meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
primairhet misdrijf:
poging tot doodslag;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het primair bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) jaren;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- gelast dat verdachte
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van
overheidswege zal worden verpleegd;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij
[slachtoffer]van een bedrag van
€ 370,39 (zegge: driehonderdzeventig euro en negenendertig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 november 2017;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het primair bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 370,39 (zegge: driehonderdzeventig euro en negenendertig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 november 2017 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 7 dagen zal worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij
[slachtoffer]voor een deel van
€ 1.500,-
niet-ontvankelijkis in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.J.M. Bos, voorzitter, mr. A.A. Smit en mr. D.E. Schaap, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.H. Doldersum, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 18 juli 2019.
Buiten staat
mr. Schaap en de griffier zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland, district Twente, basisteam Noordoost-Twente, met nummer PL0600-2017541688. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1. Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] van 22 november 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 9-10):
(...) Plaats delict: [adres] Enschede
Pleegdatum/tijd: Tussen woensdag 22 november 2017 om 06:40 uur en woensdag 22 november 2017 om 07:35 uur (...)
Vanochtend liep ik met de hond in de [straat] . Hier komt de achteruitgang, via een brandgang, van de buurman van [nummer] op uit. Deze buurman heet iets van [naam] ., nog iets. Ik zag dat hij uit de brandgang kwam en een schop in zijn handen vasthield. Ik hoorde hem schreeuwen en zag dat hij op mij af kwam rennen. Ik hoorde dat hij riep dat hij mij ging slaan en dat hij riep ik maak je dood. Hij rende op mij af en sloeg mij tegen mijn zij aan. Ik zag vervolgens de kans om hem vast te pakken en toen kon hij mij met de schop op mijn hoofd slaan. Dit deed ontzettend veel pijn aan mijn hoofd. (...)
2. Het proces-verbaal van verhoor van aangever [slachtoffer] van 22 november 2017, inclusief de bijgevoegde foto's, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 11-15):
(...) Opeens zie ik mijn buurman [verdachte] aan komen lopen. Ik zag dat hij een schep in zijn handen vast had. Ik hoorde dat hij schreeuwde dat hij mij met die schep ging slaan. (...) Ik zag dat hij met de schep uithaalde en mij tot 2 keer toe op mijn onderrug sloeg. Ik voelde hierdoor gelijk pijn in mijn onderrug. Ik zag ineens kans om hem bij zijn benen te pakken. Ik
zag dat hierdoor mijn buurman op de grond viel. We kwamen hierdoor aan het rollebollen op de grond. (...) Uiteindelijk: zagen wij kans om allebei op staan. Ik heb toen mijn buurman om zijn middel gepakt. Ik zag dat de buurman de schep op dat moment nog in zijn handen had. Ik zag dat hij de schep over zijn eigen hoofd tilde en mij 2 keer kei hard op mijn hoofd sloeg. Ik stond namelijk achter hem. Door de klap voelde ik gelijk een stekende pijn op mijn hoofd. Ik kreeg de kans om hem vervolgens in een verwurging te nemen. (...) Ik ben vandaag, 22 november 2017, naar het ziekenhuis gegaan. Ik heb nu 2 hechtingen aan de zijkant van mijn hoofd. Ik heb ook een lichte hersenschudding. (...)
3. Het proces-verbaal van aanhouding van verdachte [verdachte] van 22 november 2017, inclusief de bijgevoegde foto's, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina's 19-25):
Ik, verbalisant, hoorde collega [verbalisant] zeggen dat verbalisant [verbalisant] in de schuur een schep had aangetroffen. (...) Ik zag dat de schop die direct om het hoekje stond de enige schop in de garage was. Ik zag dat de schop aan de onderzijde nog een zeer dun laagje vochtig zand zat. (...)
4. Een schriftelijk bescheid, te weten een letselrapportage opgemaakt door drs. A.J. Schrooyen, forensisch arts GGD Twente van 5 december 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) medische informatie betreffende [slachtoffer] (...)
opgegeven toedracht (…) Volgens het dossier geeft BE aan dat er met een schop op zijn hoofd is geslagen.
Volgens de informatie van de chirurg is er sprake van een hoofdwond en een verwonding links op de borstkas. Er is sprake van gering bloedverlies en de geschatte duur van de genezing is enkele weken. (...)
SEH diagnose hoofdwond en verwonding links op de borstkas. (...)
schatting duur verdere genezing zichtbare letsels 4 weken (...)
past het letsel bij de opgegeven toedracht mogelijk, omdat de huid gescheurd is en dit kan ontstaan als er met kracht (druk) iets op het hoofd belandt.
lichaamsdeel hoofd
beschrijving Boven op het hoofd, links van het midden, wijkt de huid in een redelijk rechte rode lijn met een lengte van ongeveer 5 cm.
soort Scheurwond
past bij toedracht Het geconstateerde letsel kan passen bij de door de onderzochte persoon aangegeven toedracht. (...)
5. Een schriftelijk bescheid, te weten een letselrapportage opgemaakt door W.L.J.M. Duijst-Heesters, forensisch arts GGD IJsselland, van 12 maart 2019, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Hypothese 1: Verdachte lag op de buik en sloeg met een naar achter zwaaiende beweging op het hoofd van het slachtoffer.
De verdachte verklaarde op donderdag 23 november2017 om 16:36 uur onder andere: Doordat de aangever mij besprong vielen wij om en nam de aangever mij in een wurggreep. Vanuit die positie heb ik de schop weer gepakt en de aangever geslagen. Ik lag op mijn buik toen de aangever op mijn rug lag en met zijn arm een wurg of nekklem aanlegde. Omdat ik bang was verwurgd te worden heb ik uit verdediging de schop vast gepakt en een zwaaiende beweging naar achteren gemaakt dat de schop richting mijn rug kwam waarde buurman lag. Doordat ik op mijn buik op de grond lag kon ik weinig kracht zetten waar door de buurmanslechts een tik heeft gehad.
Hypothese 2: Het slachtoffer stond rechtop. Verdachte sloeg met de schop achterover en raakte slachtoffer op zijn hoofd.
Het slachtoffer verklaarde op woensdag 22 november 2017 om 15:07 uur onder andere: Uiteindelijk zagen wij kans om allebei op staan. Ik heb toen mijn buurman om zijn middel gepakt. Ik zag dat de buurman de schep op dat moment nog in zijn handen had. Ik zag dat hij de schep over zijn eigen hoofd tilde en mij twee keer keihard op mijn hoofd sloeg. Ik stond namelijk achter hem. Door de klap voelde ik gelijk een stekende pijn op mijn hoofd. (...)
Past het letsel van het slachtoffer meer bij hypothese 1 of hypothese 2?
Het aantreffen van het letsel op het hoofd is veel meer waarschijnlijk onder hypothese 2 dan onder hypothese 1. De argumenten die zijn meegewogen in deze beoordeling zijn: de aanwezigheid van twee letsels die een verschillende richting hebben, het soort letsel en de kracht die nodig is om dit soort letsel te veroorzaken. De bevinding in de flank is moeilijk te duiden, hierdoor kan niet worden vastgesteld of sprake is van letsel.
Vraag 2:
Bij de scenario's zoals door verdachte en aangever/slachtoffer geschetst, kunt u dan iets zeggen over mogelijk gevaar voor zwaar lichamelijk letsel en/of de dood?
Bij beide scenario's wordt met een schep op het hoofd geslagen. Bij een zware impact kan een hersenkneuzing optreden die uiteindelijk kan leiden tot verhoogde hersendruk. Bij slaan vanuit
staande positie is het mogelijk om met grotere kracht te slaan dan bij slaan vanuit liggende positie. Slaan op het hoofd met een voorwerp zoals bijvoorbeeld een schep kan leiden tot ernstig of zelfs dodelijk hersenletsel. Bij hard slaan met een voorwerp in de flank bestaat een kans op ernstig letsel. (...)
6. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 4 juli 2019, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(…) De deskundige verklaart, zakelijk weergegeven:
(…) Op het hoofd zijn twee duidelijke verwondingen te zien. (…) De wond op het behaarde hoofd is een scheurwond. (…) Het lijkt een lijnvormige verwonding. (…) Het is een vrij scherprandige verwonding. (…) Er zit ook een wond op het voorhoofd en dat loopt in de andere richting. Er moet kracht zijn geweest. (…) Je ziet een verticale en horizontale beweging. Dat kan niet in één klap zijn veroorzaakt. Dat maakt het aannemelijk dat er twee klappen zijn geweest. (…) Vanwege de twee bewegingen maakt dat ik concludeer dat het aannemelijk is dat er twee verschillende impacts zijn geweest. (…) Het is twee keer fors letsel: één keer een scheurwond en één bloeduitstorting met een schaafwond. (…) De raadsvrouw houdt mij voor dat ik er in mijn vraagstelling vanuit ben gegaan dat er is geslagen met een schep. Dat klopt. De raadsvrouw houdt mij voor dat wat haar betreft de vraagstelling had moeten zijn: is het letsel veroorzaakt door een schep of door een val op de stoeprand? (…) Daar kan ik prima antwoord op geven. Ik ga er echter niet over welk scenario klopt. Ik kijk naar het letsel en kijk welk scenario daar beter bij past. Ik zie een streepvormige doorklieving van de huid en op het voorhoofd. (…) Bij het vallen op de stoeprand verwacht je dat een gedeelte van de huid of het hoofd zou zijn beschadigd. Daarvan zie ik niets op de foto en daarover lees ik ook niets. Ik zie geen schaafwond op het behaarde hoofd. (…) Niets wijst erop dat er een schaafwonderige beweging is geweest. Er is op het behaarde hoofd alleen een beweging te zien waarbij er kracht moet zijn geweest die zeer waarschijnlijk van boven komt. Op het voorhoofd zie ik wel een schaafwonderige beweging. Je ziet dat de huid is opgestroopt. Wat ik daarbij mis voor een val op de stoeprand, is het streepvormige. Dat zie ik niet. Dus ook bij die verwonding vind ik het letsel niet passen bij de door verdachte genoemde toedracht. De raadsvrouw houdt mij voor dat het ook kan dat iemand valt zonder te schuiven. Dat kan. Bij de wond op het voorhoofd is dat niet het geval, want daar zie je een opgestroopte wond. Dat kan niet zonder te schuiven. Je hebt een hele scherpe stoeprand nodig. Stel dat er een stoeprand is die een hoek van negentig graden heeft, dan kan het. (…)