ECLI:NL:RBOVE:2019:1878

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
3 juni 2019
Publicatiedatum
3 juni 2019
Zaaknummer
08-952680-15 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van stichting betrokken bij hennepplantage in Nijverdal

Op 3 juni 2019 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen een stichting uit Amsterdam, die werd verdacht van betrokkenheid bij een hennepplantage in Nijverdal. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de stichting schuldig te verklaren aan de tenlastegelegde feiten. De zaak werd behandeld in een meervoudige kamer, waarbij de rechtbank de vordering van de officier van justitie en de verdediging heeft gehoord. De officier van justitie, mr. J. Blanco, stelde dat er geen bewijs was voor de betrokkenheid van de stichting, terwijl de raadsvrouw, mr. A. van den Berg, ook betoogde dat er geen concreet bewijs was van strafbaar handelen door de stichting. Na het horen van de argumenten heeft de rechtbank geoordeeld dat de stichting vrijgesproken moest worden van de beschuldigingen. Daarnaast werd de benadeelde partij, vertegenwoordigd door mr. A. Vaarkamp, niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien de stichting van de tenlastegelegde feiten werd vrijgesproken. De uitspraak benadrukt het belang van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer 08-952680-15 (P)
Datum vonnis: 3 juni 2019
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte stichting],
gevestigd aan [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 2 juni 2017, 9 november 2017 en 20 mei 2019.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. J. Blanco en van hetgeen namens verdachte door de raadsvrouw mr. A. van den Berg, advocaat te Arnhem, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1 primair:met een ander of anderen of alleen opzettelijk een groot aantal hennepplanten heeft geteeld, of
feit 1 subsidiair:met een ander of anderen of alleen opzettelijk behulpzaam is geweest bij het telen van een groot aantal hennepplanten;
feit 2 primair:met een ander of anderen of alleen elektriciteit heeft gestolen door de zegels en het deksel van de aansluitkast te verbreken, of
feit 2 subsidiair:met een ander of anderen of alleen opzettelijk behulpzaam is geweest bij de diefstal van elektriciteit waarbij de zegels en het deksel van de aansluitkast zijn verbroken.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1.
zij op een of meer verschillende tijdstippen in of omstreeks de periode van 1
juni 2015 tot en met 12 augustus 2015 en/althans op of omstreeks 12 augustus
2015, in de gemeente Hellendoorn, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf, (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een perceel aan [adres 2] te Nijverdal), een hoeveelheid van (ongeveer) 8145,
althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde
hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel
aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet, terwijl dit gepleegde feit (mede) betrekking heeft op een grote hoeveelheid van een middel, vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet, welke hoeveelheid meer bedraagt dan de bij algemene maatregel van bestuur bepaalde hoeveelheid van een middel (te weten 8145 hennepplanten, althans meer dan 200 hennepplanten en/of delen daarvan);
althans, voor zover het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, subsidiair terzake dat
[medeverdachte 1] en/althans [medeverdachte 2] en/althans een of meer onbekend(e)
perso(o)n(en) op een of meer verschillende tijdstippen in of omstreeks de
periode van 1 juni 2015 tot en met 12 augustus 2015 en/althans op of omstreeks
12 augustus 2015, in de gemeente Hellendoorn, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf, (telkens) opzettelijk heeft/hebben geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of
verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad (in een perceel
aan [adres 2] te Nijverdal), een hoeveelheid van (ongeveer)
8145, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval
een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep,
zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan
wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet, terwijl dit gepleegde feit (mede) betrekking heeft op een grote hoeveelheid van een middel, vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet, welke hoeveelheid meer bedraagt dan de bij algemene maatregel van bestuur bepaalde hoeveelheid van een middel (te weten 8145 hennepplanten, althans meer dan 200 hennepplanten en/of delen daarvan), bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte (telkens)
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of (telkens) opzettelijk gelegenheid,
middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door op één of meer tijdstip(pen)
in of omstreeks de periode van 1 december 2012 tot en met 12 augustus 2015 te
Nijverdal in de gemeente Hellendoorn en/althans (elders) in Nederland - dat pand aan [adres 2] te huren en/of te blijven
huren, en/of - dat pand aan [adres 2] in te richten, althans
geschikt te maken, voor het kweken van hennepplanten, en/of - aan die [medeverdachte 1] en/althans die [medeverdachte 2] en/althans die onbekend(e)
perso(o)n(en) het pand aan [adres 2] voor het kweken
van hennepplanten te verhuren en/althans ter beschikking en/althans open te
stellen;
2.
zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 december
2012 tot en met 12 augustus 2015, te Nijverdal in de gemeente Hellendoorn, (tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen), (telkens)
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, heeft weggenomen een
hoeveelheid stroom/elektriciteit, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [bedrijf] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of verdachte's mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachte's
mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder haar/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming (door
een of meer (ijk)zegel(s) en/of het deksel van de aansluitkast en/althans de
elektriciteitsmeter te verbreken en/of te verwijderen en/of (vervolgens) een
illegale aansluiting op de onderzijde van de zekeringhouders, althans een
elektriciteitsaansluiting aan de boven- en/of buitenzijde, in elk geval buiten
de meter om, te maken);
althans, voor zover het vorenstaande onder 2 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, subsidiair terzake dat
[medeverdachte 1] en/althans [medeverdachte 2] en/althans een of meer onbekend(e)
perso(o)n(en) op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1
december 2012 tot en met 12 augustus 2015, te Nijverdal in de gemeente Hellendoorn, (tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen), (telkens)
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, in/uit een pand aan [adres 2]
, heeft/hebben weggenomen een hoeveelheid
stroom/elektriciteit, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [bedrijf] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,
en/althans die [medeverdachte 1] en/althans die [medeverdachte 2] en/althans die onbekende(e)
perso(o)n(en), waarbij die [medeverdachte 1] , die [medeverdachte 2] en/althans die onbekend(e)
perso(o)n(en) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming (door
een of meer (ijk)zegel(s) en/of het deksel van de aansluitkast en/althans de
elektriciteitsmeter te verbreken en/of te verwijderen en/of (vervolgens) een
illegale aansluiting op de onderzijde van de zekeringhouders, althans een
elektriciteitsaansluiting aan de boven- en/of buitenzijde, in elk geval buiten
de meter om, te maken) bij en/of tot het plegen van welk(e)
misdrijf/misdrijven verdachte (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest
en/of (telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft door op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1
december 2012 tot en met 12 augustus 2015 te Nijverdal in de gemeente Hellendoorn en/althans (elders) in Nederland - dat pand aan [adres 2] te huren en/of te blijven
huren, en/of - dat pand aan [adres 2] in te richten, althans
geschikt te maken, voor het kweken van hennepplanten, en/of - aan of voor die [medeverdachte 1] , die [medeverdachte 2] en/althans die onbekend(e)
perso(o)n(en) het pand aan [adres 2] voor het kweken
van hennepplanten te verhuren en/althans ter beschikking en/althans open te
stellen, en/of - aan die [medeverdachte 1] en/althans die [medeverdachte 2] en/althans die onbekend(e)
perso(o)n(en) het pand aan [adres 2] open te stellen
en/of die [medeverdachte 1] en/althans die [medeverdachte 2] en/althans die onbekend(e)
perso(o)n(en in de gelegenheid te stellen die ijkzegel(s)/verzegeling(en)
en/of het deksel te verbreken en/of te verwijderen en/althans een illegale
aansluiting aan te brengen, zodat de elektriciteit/stroom niet werd bemeten,
althans de meterkast (behorende bij dat pand gelegen aan [adres 2] )
voor het illegaal aftappen/afnemen van elektriciteit ter beschikking te
stellen.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
Het standpunt van de officier van justitie is dat er geen wettig bewijs is dat verdachte op strafbare wijze betrokken is geweest bij de hennepplantage aan [adres 2] in Nijverdal, zodat verdachte moet worden vrijgesproken.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw is van mening dat uit het dossier van enig concreet handelen door of namens verdachte, zoals tenlastegelegd, niet gebleken is. Daarom dient verdachte te worden vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de raadsvrouw van oordeel niet wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan betrokkenheid bij de hennepplantage aan [adres 2] te Nijverdal, zoals is tenlastegelegd, zodat zij haar daarvan zal vrijspreken.

5.De schade van benadeelden

5.1
De vordering van de benadeelde partij
Mr. A. Vaarkamp, advocaat te Zwolle, heeft zich namens [bedrijf] als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 57.817,87, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
5.2
Het oordeel van de rechtbank
De vordering heeft betrekking op het onder 2 primair en subsidiair tenlastegelegde. Nu verdachte van deze feiten wordt vrijgesproken, zal de rechtbank de benadeelde partij op de voet van artikel 361, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) niet-ontvankelijk verklaren in zijn vordering.

6.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1 primair en subsidiair en onder 2 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt haar daarvan vrij;
schadevergoeding
- bepaalt dat de benadeelde partij [bedrijf] in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.C. Berg, voorzitter, mr. H. Stam en mr. S.K. Huisman, rechters, in tegenwoordigheid van E.P. Endlich, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 3 juni 2019.