ECLI:NL:RBOVE:2019:1421

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
25 april 2019
Publicatiedatum
24 april 2019
Zaaknummer
08/996108-17 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor bedrog met merkbier en valsheid in geschrifte

Op 25 april 2019 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 54-jarige man en een 46-jarige vrouw uit Nijkerk. De rechtbank heeft de verdachten veroordeeld tot taakstraffen van respectievelijk 240 en 80 uur voor bedrog met merkbier en valsheid in geschrifte. De man kreeg daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden opgelegd. De rechtbank legde ook voorwaardelijke geldboetes op van 50.000 euro aan de ondernemingen van het echtpaar. De zaak kwam aan het licht na een onderzoek op de openbare terechtzitting van 11 april 2019, waar de officier van justitie mr. E.L. Edens de vordering indiende. De verdachten werden beschuldigd van het handelen in valse bierfusten en het vervalsen van THT-stickers met de merknamen Heineken, Amstel en Grolsch. De rechtbank oordeelde dat de verdachten feitelijk leiding gaven aan deze strafbare feiten, maar sprak hen vrij van medeplegen. De rechtbank overwoog dat de verdachten onvoldoende maatregelen hadden genomen om de illegale praktijken te stoppen, ondanks dat zij op de hoogte waren van de situatie. De rechtbank hield rekening met de impact van de zaak op het gezin van de verdachten en de civiele veroordeling tot schadevergoeding aan Heineken. Uiteindelijk werd een voorwaardelijke taakstraf van 80 uur opgelegd, met een proeftijd van drie jaar.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer : 08/996108-17 (P)
Datum vonnis : 25 april 2019
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1973 in [geboorteplaats] ,
wonende in [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 11 april 2019.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. E.L. Edens en van wat door verdachte en haar raadsvrouw mr. C. Zuur, advocaat in Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte – met een ander of alleen – :
feit 1:heeft gehandeld in bierfusten met daarop de naam Heineken, terwijl die fusten niet gevuld waren met door Heineken gebrouwen bier dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 2:THT-stickers heeft vervalst door daarop in strijd met de waarheid Heineken te vermelden dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 3:heeft gehandeld in bierfusten met daarop de naam Amstel, terwijl die fusten niet gevuld waren met door Amstel gebrouwen bier dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 4:THT-stickers heeft vervalst door daarop in strijd met de waarheid Amstel te vermelden dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 5:heeft gehandeld in bierfusten met daarop de naam Grolsch, terwijl die fusten niet gevuld waren met door Grolsch gebrouwen bier dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 6:THT-stickers heeft vervalst door daarop in strijd met de waarheid Grolsch te vermelden dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit;
feit 7:bier heeft geschonken uit tapkranen met daarop de naam Heineken, terwijl uit die
tapkranen geen door Heineken gebrouwen bier kwam dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot/aan het plegen van dit feit.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
feit 1
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- ongeveer 8.400 (AMB-030, bijlage 8), THT-stickers/etiketten/labels (o.a. DOC-054) met daarop de (merk)naam "Heineken" en/of;
- ongeveer 2.800 (AMB-030, bijlage 9), caps groen (o.a. DOC-057) met daarop een (beeld)merk van een hopblad en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Heineken", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Heineken Brouwerijen B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad heeft gehad,
zulks terwijl zij en/of haar mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte]
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- ongeveer 8.400 (AMB-030, bijlage 8), THT-stickers/etiketten/labels (o.a. DOC-054) met daarop de (merk)naam "Heineken" en/of;
- ongeveer 2.800 (AMB-030, bijlage 9), caps groen (o.a. DOC-057) met daarop een (beeld)merk van een hopblad en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Heineken", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Heineken Brouwerijen B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad heeft gehad,
zulks terwijl zij en/of haar/hun mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 2
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer THT-sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft/hebben zij, verdachte en/of haar mededaders, in/op die THT-sticker(s)/
etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Heineken" vermeld en/of doen vermelden;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen- valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft/hebben [verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in/op die
THT-sticker(s)/etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Heineken" vermeld en/of doen vermelden;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 3
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten
- ongeveer 6.000 (AMB-030, bijlage 8), THT-stickers/etiketten/labels (o.a. DOC-054) met daarop de (merk)naam "Amstel", en/of;
- ongeveer 1.250 (AMB-030, bijlage 9), caps rood met daarop een (beeld)merk van een hopblad en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Amstel", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Amstel Brouwerij B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad heeft gehad,
zulks terwijl zij en/of haar mededaders van het plegen van dit misdrijf zijn/haar beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte]
in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- ongeveer 6.000 (AMB-030, bijlage 8), THT-stickers/etiketten/labels (o.a. DOC-054) met daarop de (merk)naam "Amstel", en/of;
- ongeveer 1.250 (AMB-030, bijlage 9), caps rood met daarop een (beeldmerk) van een hopblad en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Amstel", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Amstel Brouwerij B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad heeft gehad,
zulks terwijl zij en/of haar/hun mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 4
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer THT-sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen- valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft/hebben zij, verdachte en/of haar mededaders, in/op die THT-sticker(s)/
etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Amstel" vermeld en/of doen vermelden;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft/hebben [verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in/op die
THT-sticker(s)/etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Amstel" vermeld en/of doen vermelden;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 5
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- een groot aantal (AMB-031), THT-stickers/etiketten/labels met daarop de (merk)naam "Koninklijke Grolsch", en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Grolsch", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Koninklijke Grolsch N.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Asahi Group Holdings Limited gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en/of haar mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- een groot aantal (AMB-031), THT-stickers/etiketten/labels met daarop de (merk)naam "Koninklijke Grolsch" en/of;
- een groot aantal bierfusten met daarop de (merk)naam "Grolsch", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Koninklijke Grolsch N.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Asahi Group Holdings Limited gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en/of haar/hun mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 6
(primair)
zij in of omstreeks 01 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen- valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft zij, verdachte, en/of haar mededaders in/op die THT-sticker(s)/etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Koninklijke Grolsch" en/of "Premium Pilsner" en/of een onjuiste (bar)code vermeld en/of doen vermelden;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in of omstreeks 01 mei 2016 tot 1 maart 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
een of meer THT-sticker(s)/sticker(s)/etiket(ten)/label(s) (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen- valselijk heeft opgemaakt en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft doen vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door een of meer anderen te doen gebruiken,
immers heeft [verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] , in/op die THT-sticker(s)/
etiketten/labels (telkens) opzettelijk in strijd met de waarheid "Koninklijke Grolsch" en/of "Premium Pilsner" en/of een onjuiste (bar)code vermeld en/of doen vermelden
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 7
(primair)
zij in of omstreeks de periode van 1 januari 2016 tot 28 juni 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
bier geschonken uit tapkranen en/of tappunten met daarop de naam en/of het beeldmerk (van) "Heineken", dat niet door of namens Heineken Brouwerijen B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en/of haar mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend;
althans, indien het vorenstaande tot een veroordeling leidt
(subsidiair)
[verdacht bedrijf verdachte] en/of [verdacht bedrijf medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 januari 2016 tot 28 juni 2017 te Nijkerkerveen, gemeente Nijkerk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal,
(telkens) opzettelijk
( a) valse en/of vervalste en/of wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
( b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
bier geschonken uit tapkranen en/of tappunten met daarop de naam en/of het beeldmerk (van) "Heineken", dat niet door of namens Heineken Brouwerijen B.V. en/of enige (andere) dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was
heeft ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of afgeleverd en/of uitgedeeld en/of in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en/of haar/hun mededaders van het plegen van dit misdrijf haar/hun beroep heeft/hebben gemaakt en/of het plegen van dit misdrijf als bedrijf heeft/hebben uitgeoefend,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte feitelijke leiding heeft gegeven.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft geconstateerd dat in het onder 1 subsidiair ten laste gelegde geen datum is vermeld, wat artikel 261 lid 1 van het Wetboek van Strafvordering wel vereist. Desondanks is de rechtbank van oordeel dat het ontbreken van een datum in dit geval niet leidt tot partiële nietigheid van de dagvaarding. Zij overweegt daartoe dat het enige verschil tussen het onder 1 primair en subsidiair ten laste gelegde, net als bij de overige ten laste gelegde feiten, is gelegen in de keuze voor de deelnemingsvorm, te weten medeplegen dan wel opdracht geven of feitelijke leiding geven. Gelet hierop, en gezien de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting, moet het verdachte duidelijk zijn geweest waarvoor zij terecht moest staan. De rechtbank concludeert daarom dat de dagvaarding ook voor wat betreft het genoemde onderdeel geldig is.
Verder heeft de rechtbank vastgesteld dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4. De bewijsoverwegingen [1]
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft een bewezenverklaring gevorderd van de onder 1 tot en met 7, telkens primair, ten laste gelegde feiten.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft integrale vrijspraak bepleit van de onder 1 tot en met 7 ten laste
gelegde feiten. Ten aanzien van de onder 1 tot en met 7, telkens primair, ten laste gelegde feiten heeft de raadsvrouw bepleit dat geen sprake is van medeplegen en opzet. Volgens de raadsvrouw ontbreekt ook het bewijs voor het, onder 1 tot en met 7, telkens subsidiair, ten laste gelegde feitelijk leiding geven. In dat kader heeft de raadsvrouw aangevoerd dat verdachte op of kort na 11 januari 2017 bekend werd met het strafbare handelen van haar man, medeverdachte [medeverdachte] , maar dat zij nadien geen enkele actieve bijdrage heeft geleverd aan dit strafbare handelen. Sterker nog, zij heeft haar man verzocht te stoppen met het strafbare handelen, waarop hij aangaf ermee te zullen stoppen. Volgens de raadsvrouw mocht verdachte haar man op zijn woord vertrouwen.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
feiten 1 tot en met 6
Op grond van het dossier is gebleken, en dat heeft bij de behandeling van de onderhavige zaak ook niet ter discussie gestaan, dat medeverdachten [medeverdachte] , [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] zich vanaf 1 mei 2016, voor zover het [medeverdachte] en [verdacht bedrijf verdachte] betreft, en vanaf 13 februari 2017 voor zover het [verdacht bedrijf medeverdachte] betreft, tot 1 maart 2017 als medeplegers schuldig hebben gemaakt aan het bedrijfsmatig handelen in bierfusten met daarop de naam Heineken, Amstel of Grolsch, terwijl die fusten niet gevuld waren met door Heineken, Amstel of Grolsch gebrouwen bier. Zij hebben die bierfusten voorzien van valse THT-stickers waarop, in strijd met de waarheid, Heineken, Amstel of Grolsch stond. [2]
Vanwege deze vaststaande feiten ziet de rechtbank zich vervolgens voor de vraag gesteld of verdachte zich eveneens als medepleger schuldig heeft gemaakt aan de onder 1 tot en met 6 ten laste gelegde feiten dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot c.q. aan het plegen van deze feiten.
De rechtbank is, met de raadsvrouw, van oordeel dat niet wettig en overtuigend is bewezen dat verdachte de onder 1 tot en met 6 ten laste gelegde feiten met anderen, waarmee in het onderhavige geval bedoeld is haar man en tevens medeverdachte [medeverdachte] alsook de besloten vennootschappen [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] , heeft begaan. Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is namelijk niet af te leiden dat zij, zoals voor medeplegen is vereist, nauw en bewust met elkaar hebben samengewerkt. De rechtbank spreekt verdachte daarom vrij van het onder 1 tot en met 6, telkens primair, ten laste gelegde.
Daarentegen acht de rechtbank wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte feitelijk leiding heeft gegeven aan het plegen van de feiten 1 tot en met 6. Zij overweegt daartoe als volgt.
Verdachte was in de ten laste gelegde periode bestuurder en directeur van [verdacht bedrijf verdachte] . [3]
Op 11 januari 2017 stuurde [bedrijf] , in de persoon van [naam] , een
e-mail naar verdachte. In deze e-mail staat dat [bedrijf] , op verzoek van medeverdachte [medeverdachte] , een afspraak wil maken voor het plaatsen van een printer en software ten behoeve van het printen van Heineken-en Amsteletiketten. [4]
Verdachte heeft verklaard dat zij sinds deze e-mail van [bedrijf] wist dat er iets raars aan de hand was. Zij stelde haar man daarom vragen over de printer en de etiketten. Daarop vertelde hij op kleine schaal stickers van Heineken te plakken op fusten, waarin geen bier van Heineken zat, maar ander bier. Verdachte zei toen tegen haar man dat hij daar per direct mee moest stoppen. Hij gaf aan dat te doen. Verder heeft verdachte verklaard dat zij op het moment dat [bedrijf] de printer en de etiketten leverde meteen wist dat het niet juist was, omdat niemand, behalve Heineken en Amstel, de beschikking horen te hebben over deze etiketten. [5]
Op grond van deze bewijsmiddelen staat vast dat verdachte vanaf 11 januari 2017 wist dat medeverdachten [medeverdachte] , [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] handelden in bierfusten met ‘vals bier’, in de zin dat zich in de bierfusten ander bier bevond dan van het op het bierfust vermelde merk. Verdachte was bevoegd en redelijkerwijs gehouden om vervolgens maatregelen te treffen ter beëindiging van deze strafbare gedragingen. Naar het oordeel van de rechtbank is verdachte daarin, in haar hoedanigheid als bestuurder en directeur van [verdacht bedrijf verdachte] , tekortgeschoten. Weliswaar heeft zij haar man, medeverdachte [medeverdachte] , stevig toegesproken, maar als bestuurder en directeur van [verdacht bedrijf verdachte] mocht van verdachte worden verwacht dat zij daarnaast concretere maatregelen zou treffen, waarbij bijvoorbeeld valt te denken aan het annuleren van de levering van de printer en de etiketten. In dat opzicht gaat de verantwoordelijkheid van een bestuurder/directeur verder dan die van een echtgenote.
Gelet hierop acht de rechtbank het onder 1 tot en met 6, telkens subsidiair, ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat de ten laste gelegde periode moet
worden ingekort, in zoverre dat zij begint op 11 januari 2017 en eindigt op 1 maart 2017. Naar het oordeel van de rechtbank kan op basis van het dossier namelijk niet worden vastgesteld dat verdachte vóór 11 januari 2017 wetenschap had van de strafbare gedragingen.
feit 7
Uit ambtshandeling 032 blijkt dat op 28 juni 2017 een doorzoeking is uitgevoerd op [adres 2] in Nijkerkerveen, het adres van [verdacht bedrijf verdachte] . Tijdens die doorzoeking zag de officier van justitie bij de bar twee tapkranen met daarop een logo van het biermerk Heineken. Hij vroeg aan medeverdachte [medeverdachte] wat er uit die tapkranen kwam. [medeverdachte] opende een tapkraan, waarna er water uitkwam. Vervolgens liep [medeverdachte] met de officier van justitie naar de kelder om daar uit te leggen dat de leiding zowel op water als op een biertank- of fust kan worden aangesloten. De officier van justitie vroeg aan [medeverdachte] ‘u heeft op dit moment geen Heineken bier in het pand aanwezig?’. [medeverdachte] antwoordde ‘ik heb geen Heineken bier’.
Naar het oordeel van de rechtbank biedt het vorenstaande onvoldoende aanknopingspunten voor de vaststelling dat verdachte in de periode van 1 januari 2016 tot 28 juni 2017 bier heeft geschonken of doen schenken uit tapkranen met daarop de naam Heineken, terwijl uit die tapkranen geen door Heineken gebrouwen bier kwam. De rechtbank acht daarom niet bewezen dat verdachte het onder 7 primair ten laste gelegde heeft gepleegd dan wel dat zij opdracht of feitelijk leiding heeft gegeven tot c.q. aan het plegen van dit feit, zoals onder 1 subsidiair ten laste is gelegd.
Gelet hierop spreekt de rechtbank verdachte integraal vrij van feit 7.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat:
feit 1, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
telkens opzettelijk
(a) valse en wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
(b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- THT-stickers (o.a. DOC-054) met daarop de merknaam "Heineken" en;
- een aantal bierfusten met daarop de merknaam "Heineken", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Heineken Brouwerijen B.V. of enige andere dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft verkocht en te koop aangeboden en afgeleverd en in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en hun mededader het plegen van dit misdrijf als bedrijf hebben uitgeoefend,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 2, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
THT-stickers, elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft doen opmaken,
zulks telkens met het oogmerk die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken,
immers hebben [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] op die
THT-stickers telkens opzettelijk in strijd met de waarheid "Heineken" doen vermelden,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 3, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
telkens opzettelijk
(a) valse en wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
(b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- THT-stickers (o.a. DOC-055) met daarop de merknaam "Amstel", en;
- een aantal bierfusten met daarop de merknaam "Amstel", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Amstel Brouwerij B.V. of enige andere dochtervennootschap van Heineken N.V. gebrouwen was;
heeft verkocht en te koop aangeboden en afgeleverd en in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en hun mededaders het plegen van dit misdrijf als bedrijf hebben uitgeoefend,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 4, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
THT-stickers, elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft doen opmaken,
zulks telkens met het oogmerk die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken,
immers hebben [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] op die
THT-stickers telkens opzettelijk in strijd met de waarheid "Amstel" doen vermelden,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 5, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
telkens opzettelijk
(a) valse en wederrechtelijk vervaardigde merken, en/of
(b) waren die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander en/of van het merk waarop een ander recht heeft, te weten:
- een aantal (AMB-031), THT-stickers met daarop de merknaam "Koninklijke Grolsch" en;
- een aantal bierfusten met daarop de merknaam "Grolsch", dat met bier gevuld was dat niet door of namens Koninklijke Grolsch N.V. of enige andere dochtervennootschap van Asahi Group Holdings Limited gebrouwen was;
heeft verkocht en te koop aangeboden en afgeleverd en in voorraad gehad,
zulks terwijl zij en hun mededaders het plegen van dit misdrijf als bedrijf hebben uitgeoefend,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
feit 6, subsidiair
[verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte]
in de periode van 11 januari 2017 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
THT-stickers, elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft doen opmaken,
zulks telkens met het oogmerk die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken,
immers hebben [verdacht bedrijf verdachte] en [verdacht bedrijf medeverdachte] op die THT-stickers
telkens opzettelijk in strijd met de waarheid "Koninklijke Grolsch" en "Premium Pilsner" en een onjuiste barcode doen vermelden,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij haar daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 47, 51, 225 en 337 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: ‘Sr’). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
feit 1, 3 en 5, telkens:
het misdrijf:
feitelijk leiding geven aan medeplegen van het opzettelijk valse en wederrechtelijk vervaardigde merken en waren, die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander of van het merk waarop een ander recht heeft verkopen, te koop aanbieden, afleveren en in voorraad hebben, terwijl de schuldige het plegen van dit misdrijf als bedrijf uitoefent;
feit 2, 4 en 6, telkens:
het misdrijf:
feitelijk leiding geven aan medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.
7. De op te leggen straf of maatregel
7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van tien maanden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair vrijspraak bepleit. Subsidiair, dus in het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, heeft de raadsvrouw verzocht om er bij de strafbepaling rekening mee te houden dat [verdacht bedrijf verdachte] niet meer bestaat en dat het onderzoek, in het bijzonder de doorzoeking, een stevige impact heeft gehad en zal blijven hebben op het gezin van verdachte. Ook moet er rekening mee worden gehouden dat de civiele rechter verdachte in eerste aanleg heeft veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 200.000,00 en proceskosten van € 70.000,00 aan Heineken , wat met het huidige inkomen van verdachte en haar man uiterst problematisch is. Volgens de raadsvrouw is, vanwege deze omstandigheden, een schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel, zoals bedoeld in artikel 9a Sr, passend.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte heeft zich gedurende een periode van ongeveer zeven weken schuldig gemaakt aan bedrog met merknamen en valsheid in geschrifte. Zij heeft immers feitelijk leiding gegeven aan het op bedrijfsmatige wijze vullen van bierfusten met daarop de naam Heineken, Amstel of Grolsch met ander, goedkoper, bier om deze bierfusten vervolgens aan drankenhandels te verkopen. Om het bedrog te maskeren werden de bierfusten voorzien van THT-stickers waarop, in strijd met de waarheid, Heineken, Amstel of Grolsch stond.
Het handelen van verdachte heeft verschillende gevolgen gehad.
Ten eerste is aan voornoemde merkhouders schade toegebracht. Deze merkhouders hebben veel inspanning geleverd om hun merken tot bekende producten te maken, die veel goodwill vertegenwoordigen en garant staan voor een constante kwaliteit. Door ‘vals bier’ wordt het vertrouwen beschaamd dat gesteld moet kunnen worden in de kwaliteit van beschermde merken.
Het in de handel brengen van ‘vals bier’ brengt daarnaast risico’s voor de volksgezondheid met zich mee. Deze risico’s hebben zich gelukkig niet verwezenlijkt, maar dat is niet aan verdachte te danken.
Tot slot is door het plegen van de strafbare feiten omzet/winst gemaakt, daar waar anderen, door op eerlijke wijze handel te drijven, deze omzet/winst mislopen.
Vanwege deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat toepassing van artikel 9a Sr niet aan de orde is. De rechtbank legt verdachte evenwel een straf op die beduidend lager is dan door de officier van justitie gevorderd. Dat is er met name in gelegen dat uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte niet de initiatiefneemster is geweest van de handel in ‘vals bier’. Uit het verhandelde ter terechtzitting is de rechtbank gebleken dat haar wil er ook niet op gericht is geweest dat de strafbare gedragingen zouden plaatsvinden. Zij heeft naar het oordeel van de rechtbank, zoals hiervoor overwogen als bestuurder/directeur van [verdacht bedrijf verdachte] onvoldoende gedaan om aan de verboden gedragingen een einde te maken, nadat zij er kennis van kreeg. Ook houdt de rechtbank rekening met de civielrechtelijke veroordeling van verdachte. Zij moet Heineken bij wijze van voorschot € 200.000,00 aan schadevergoeding en € 70.000,00 aan proceskosten betalen. Deze bedragen kunnen nog verder oplopen, omdat de exacte omvang van de schade in een schadestaatsprocedure nog nader wordt vastgesteld. De rechtbank is van oordeel dat verdachte met deze veroordeling al behoorlijk is gestraft.
Tot slot heeft de rechtbank geconstateerd dat verdachte een blanco strafblad heeft.
Het voorgaande brengt de rechtbank tot het oordeel dat met de oplegging van een voorwaardelijke taakstraf voor de duur van tachtig uur, met een proeftijd van drie jaren, kan worden volstaan.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1 tot en met 6, telkens primair, ten laste gelegde heeft begaan en spreekt haar daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 tot en met 6, telkens subsidiair, ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt haar daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1, 3 en 5, telkens:
het misdrijf:
feitelijk leiding geven aan medeplegen van het opzettelijk valse en wederrechtelijk vervaardigde merken en waren, die zelf of op hun verpakking valselijk zijn voorzien van de handelsnaam van een ander of van het merk waarop een ander recht heeft verkopen, te koop aanbieden, afleveren en in voorraad hebben, terwijl de schuldige het plegen van dit misdrijf als bedrijf uitoefent;
feit 2, 4 en 6, telkens:
het misdrijf:
feitelijk leiding geven aan medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
80 (tachtig) uren;
- bepaalt dat deze taakstraf
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte zich voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarenschuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H.W.R. Orriëns-Schipper, voorzitter, mr. M. Melaard
en mr. M. Aksu, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.R. Mulder, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 25 april 2019.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de Belastingdienst en FIOD met dossiernummer 61595 en codenummer OPV-001. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Proces-verbaal van bevindingen met proces-verbaalnummer AMB-030 van 8 mei 2018 en bijlage 8, losbladig,
3.Een geschrift, zijnde een uittreksel van de Kamer van Koophandel van 31 mei 2017, p. 502-503.
4.Een geschrift, zijnde een e-mail van [naam] van [bedrijf] aan verdachte van 11 januari 2017 om 16:36:03 uur, p. 524.
5.Proces-verbaal verhoor van verdachte [verdachte] van 19 december 2017, p. 251 en 255, en de verklaring van