4.5De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat:
1.
hij op 15 april 2018 in de gemeente Almelo, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van 250 euro en 570 euro, toebehorende aan voornoemde [slachtoffer 1] , welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader
- naar voornoemde [slachtoffer 1] (die op dat moment in zijn voertuig zat) zijn gelopen,
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de nek van voornoemde [slachtoffer 1] heeft gezet en gezet gehouden, en
- tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben geschreeuwd: "Wat moet jij met mijn zusje? en "Wat doe je hier dan? en "Ik wil dat je op de bijrijdersplek gaat zitten, want we gaan een stukje rijden.",
- vervolgens bij die [slachtoffer 1] in zijn voertuig is ingestapt en
- dat vuurwapen aan die [slachtoffer 1] heeft getoond en/of
- tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd dat hij geld moest pinnen en "Ga maar alleen, als je wegrent, ben je vanaf 20 meter ook wel te raken."
2.
hij op 15 april 2018, in de gemeente Almelo, op de openbare weg, tezamen en in
vereniging met een ander, opzettelijk [slachtoffer 1] , wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en beroofd gehouden, immers is en heeft hij, verdachte, en een mededader
- naar voornoemde [slachtoffer 1] , die op dat moment in zijn voertuig zat,
gelopen,
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in/tegen de nek van voornoemde [slachtoffer 1] gezet en gezet gehouden, en
- tegen die [slachtoffer 1] geschreeuwd: "Wat moet jij met mijn zusje?" en "Wat doe jij hier dan?" en "Ik wil dat je op de bijrijdersplek gaat zitten, want we gaan een stukje rijden.", in ieder geval woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,
- vervolgens bij die [slachtoffer 1] in zijn voertuig ingestapt,
- geruime tijd dat vuurwapen aan die [slachtoffer 1] getoond en
- geruime tijd met die [slachtoffer 1] rondgereden;
3.
hij op 18 april 2018 in de gemeente Almelo, op de openbare weg, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door bedreiging met geweld [slachtoffer 2] , heeft gedwongen tot de afgifte van een mobiele telefoon (Samsung s8) toebehorende aan voornoemde [slachtoffer 2] , en met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung s8) en tablet (Asus met hoes) en ID-kaart op naam van [naam] en/of een ID-kaart op naam van [slachtoffer 2] , toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [naam] , welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, en/of zijn mededader
- voornoemde [slachtoffer 2] rijdend op een scooter heeft/hebben klemgereden,
- tegen voornoemde [slachtoffer 2] heeft/hebben geroepen dat hij een pedo was,
- voornoemde [slachtoffer 2] heeft/hebben gefilmd met zijn, verdachtes, mobiele telefoon,
- tegen voornoemde [slachtoffer 2] dreigend heeft/hebben geroepen: "Ik zou je kapot moeten schieten", in ieder geval woorden van gelijke dreigende aard en strekking,
- vervolgens zijn, verdachtes, hand in een tasje deed,
- een mes aan voornoemde [slachtoffer 2] heeft getoond, en tegen voornoemde [slachtoffer 2]
heeft gezegd: "Je gaat nergens heen en geef mij je telefoon.",
- met voornoemd mes een band van het voertuig van voornoemde [slachtoffer 2] heeft
lek gestoken,
- tegen voornoemde [slachtoffer 2] heeft/hebben gezegd dat hij zijn voertuig moest
openen en
- tegen voornoemde [slachtoffer 2] heeft gezegd dat hij de code van zijn mobiele telefoon en tablet moest geven;
4.
hij op 22 april 2018, in de gemeente Almelo, op de openbare weg, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 3] , heeft gedwongen tot de afgifte van 700 euro toebehorende aan voornoemde [slachtoffer 3] , en met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een rijbewijs op naam van [slachtoffer 3] en/of een mobiele telefoon (Sony Experia Z5 Premium) en/of een (grijze) rugtas (Case Logic) en/of een powerbank en/of een flesje cola en/of stagepapieren op naam van [slachtoffer 3] en/of een laptoplader, toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan van geweld en bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, en/of zijn mededaders
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben achtervolgd en vervolgens rennend op die [slachtoffer 3] zijn afgekomen,
- tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben geroepen: "dit is een aanhouding in
burger", althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben gefilmd met een mobiele telefoon,
- tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd dat hij zijn voor- en achternaam moest zeggen en vervolgens heeft/hebben gezegd dat die [slachtoffer 3] met een 15-jarig meisje had afgesproken,
- vervolgens die [slachtoffer 3] bij zijn linkerarm heeft vastgepakt,
- tegen die [slachtoffer 3] heeft gezegd dat hij moest pinnen, althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
- vervolgens die [slachtoffer 3] bij zijn haren heeft vastgepakt toen die [slachtoffer 3] weigerde te pinnen,
- vervolgens een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft getoond aan die [slachtoffer 3] ,
- vervolgens op een dreigende wijze tegen die [slachtoffer 3] heeft gesproken,
- het pinlimiet van die van [slachtoffer 3] bankpas heeft aangepast en
- tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd dat zijn/hun geduld begon op te
raken en dat die [slachtoffer 3] een geldbedrag van 700 euro moest gaan pinnen.
5.
hij op 22 april 2018, in de gemeente Almelo, op de openbare weg, tezamen en
in vereniging met een anderen, opzettelijk [slachtoffer 3] , wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en beroofd gehouden, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededaders
- naar die [slachtoffer 3] gelopen en gerend,
- die [slachtoffer 3] bij zijn linkerarm vastgepakt,
- een rugzak met bescheiden, een telefoon en een rijbewijs van die [slachtoffer 3]
afgepakt,
- vervolgens die [slachtoffer 3] gedwongen mee te lopen,
- vervolgens die [slachtoffer 3] gedurende een tijd hebben laten zitten op
het grasveld gelegen aan de openbare weg,
- vervolgens die [slachtoffer 3] bij zijn haren vastgepakt, en
- vervolgens een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, getoond aan die [slachtoffer 3] ,
- vervolgens op een dreigende wijze tegen die [slachtoffer 3] gesproken,
- die [slachtoffer 3] gedwongen te lopen naar een pinautomaat en
- vervolgens die [slachtoffer 3] gedwongen geld te pinnen.
De rechtbank heeft in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.