Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding met producties,
- de mondelinge behandeling op 12 december 2018, alwaar [eiseres] , bijgestaan door haar advocaat, en [gedaagde] in persoon zijn verschenen. Partijen hebben hun standpunten ter zitting toegelicht, [gedaagde] mede aan de hand van digitale (pleit)aantekeningen. Deze (pleit)aantekeningen zijn op verzoek van de voorzieningenrechter aan het eind van de zitting door [gedaagde] per mailbericht gezonden aan de advocaat van [eiseres] en de (griffier van de) rechtbank.
2.De feiten
sms-, whatsapp-, of andere berichten die zij via een digitale nieuwsdienst aan elkaar gestuurd hebben; (…)”
“FW: def-aanslag-inkomstenbelasting-2015.pdf” verzonden aan [eiseres] en - onder meer - de toenmalige advocaat van [eiseres] , haar werkgever en de kerk waar [eiseres] actief lid van is. In de mail wordt door [gedaagde] - onder meer en kort gezegd - vermeld dat er volgende week een artikel in de krant wordt geplaatst indien [eiseres] het geld, waar [gedaagde] aanspraak op stelt te maken, niet overmaakt.
3.Het geschil
[gedaagde] heeft reeds ten tijde van de echtscheidingsprocedure en ook daarna de in het convenant gemaakte afspraken overtreden. In eerste instantie dreigde [gedaagde] enkel met het mogelijkerwijs doen van negatieve uitlatingen, maar recentelijk heeft hij een mailbericht verstuurd naar de kerk waarin hij haar ervan beschuldigt dat zij gelden van de kerk heeft ontvreemd. Ook heeft [gedaagde] een mailbericht gestuurd aan de werkgever van [eiseres] . Tevens stuurt [gedaagde] [eiseres] meermaals vervelende
Whatsapp-berichten. Daarnaast heeft hij op 6 november 2018 een openbaar Twitter-bericht geplaatst. [eiseres] heeft van een aantal voorvallen melding gemaakt bij de politie. [eiseres] voelt zich bedreigd door [gedaagde] . Op 20 november 2018 heeft [gedaagde] haar nog een mailbericht gestuurd waarin staat dat hij er alles aan zal doen om haar tot de grond toe af te breken, letterlijk en figuurlijk. [eiseres] wil op geen enkele manier nog iets met
[gedaagde] te maken hebben.
[eiseres] dreigt daarnaast schade te lijden door de continue stroom van negatieve uitlatingen van [gedaagde] over haar jegens derden. [eiseres] is gemeenteraadslid voor de VVD in [eiseres] , alsmede actief lid bij de plaatselijke kerk. Daarnaast is zij werkzaam in het onderwijs en is zij schrijfster van kinderboeken. [gedaagde] dreigt haar in diskrediet te brengen en dreigt belastende informatie over haar bekend te maken. Zo stelt [gedaagde] ten onrechte dat zij gokverslaafd is en dat zij onder meer gelden van de kerk heeft ontvreemd. Ook jegens de werkgever van [eiseres] heeft [gedaagde] zich zeer negatief uitgelaten. [gedaagde] neemt verder continue contact op met familie van haar. Er is niet alleen sprake van bedreiging, maar ook van chantage. [gedaagde] dient direct te stoppen met het doen van negatieve uitlatingen over [eiseres] jegens derden.
ex-schoonouders contact opgenomen. Zij hebben het recht om te weten hoe hun dochter de waarheid verdraaid. Hij stelt dat hij nooit heeft beweerd dat zijn ex-schoonouders hem geld zouden moeten geven. Het zo genoemde “kwaadsprekerij” vindt op zijn minst van twee kanten plaats. Zo heeft [eiseres] ten onrechte verkondigd dat hij een straatverbod zou hebben. Dit is voor hem reden geweest om te verhuizen uit [plaats] .
4.De beoordeling
10 december 2018 ingediende aanvullende producties niet bij haar beoordeling zal betrekken, nu gesteld noch gebleken is dat [gedaagde] deze producties zijn toegezonden.
20 november 2018 die - onweersproken - van [gedaagde] afkomstig zijn, bevatten (be)dreigende en chanterende uitingen die een dusdanige inbreuk vormen op de persoonlijke levenssfeer van [eiseres] dat dit toewijzing van een contactverbod rechtvaardigt. Het gevorderde contactverbod zal dan ook op na te melden wijze worden toegewezen. De gevorderde dwangsom zal worden gemaximeerd op € 15.000,--.