Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsoverwegingen
5.De schade van benadeelden
6.De beslissing
Enexis Netbeheer B.V.in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering;
Rechtbank Overijssel
Op 13 november 2018 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen twee verdachten, een 26-jarige en een 32-jarige man, die beschuldigd werden van het houden van een hennepkwekerij in een bedrijfspand in Staphorst. De rechtbank heeft vastgesteld dat er aanwijzingen in het dossier zijn die suggereren dat er mogelijk een hennepkwekerij in het pand aanwezig was en dat er illegaal stroom werd afgetapt. Echter, na beoordeling van de beschikbare bewijsstukken, concludeert de rechtbank dat er onvoldoende bewijs is om de verdachten schuldig te verklaren voor de tenlastegelegde feiten.
De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek op de openbare terechtzittingen van 19 juni 2018 en 30 oktober 2018. De officier van justitie, mr. G.C. Pol, had gevorderd dat de verdachten van de tenlasteleggingen zouden worden vrijgesproken, een standpunt dat ook door de verdediging werd ondersteund. De rechtbank heeft dit standpunt overgenomen en heeft geoordeeld dat er geen bewijs is dat de verdachten de strafbare feiten hebben gepleegd.
Daarnaast heeft Enexis Netbeheer B.V. zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces en vorderde schadevergoeding. Echter, omdat de verdachten zijn vrijgesproken, heeft de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding. De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat de vrijspraak is gebaseerd op het ontbreken van bewijs voor de tenlastegelegde feiten.