ECLI:NL:RBOVE:2018:3969

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
18 oktober 2018
Publicatiedatum
19 oktober 2018
Zaaknummer
08/710472-05
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met dwangverpleging na eerdere veroordelingen voor ernstige misdrijven

Op 18 oktober 2018 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een terbeschikkinggestelde, die in 2006 was veroordeeld voor ernstige misdrijven, waaronder feitelijke aanranding van de eerbaarheid en poging tot verkrachting. De rechtbank heeft de tbs met dwangverpleging met twee jaar verlengd, op basis van een vordering van de officier van justitie en advies van de kliniek FPC De Rooyse Wissel. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1978, verblijft in deze kliniek en heeft te maken met diverse psychische problemen, waaronder een antisociale persoonlijkheidsstoornis en verslavingsproblematiek. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde niet in staat is om zelfstandig te functioneren zonder de verplichte behandeling en dat de kans op recidive hoog is. De rechtbank heeft de argumenten van de verdediging, die pleitte voor een kortere verlenging van de tbs, niet gevolgd, omdat de behandeling meer tijd vergt dan de resterende termijn van een jaar. De rechtbank heeft de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen als belangrijkste overwegingen genomen bij haar beslissing.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Team strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/710472-05
Datum beslissing: 18 oktober 2018
Beslissing van de rechtbank Overijssel, op de vordering op grond van artikel 509o van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van de officier van justitie ten aanzien van de terbeschikkinggestelde:
[veroordeelde],
geboren op [geboortedatum] 1978 in [geboorteplaats],
verblijvende in FPC De Rooyse Wissel, Wanssumseweg 12a te Oostrum.

1.De aanleiding

Bij vonnis van 13 september 2006 van de rechtbank te Almelo is de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege opgelegd na bewezenverklaring van de misdrijven:
  • feitelijke aanranding van de eerbaarheid;
  • poging tot verkrachting, meermalen gepleegd;
  • bedreiging met zware mishandeling.
De maatregel is ingegaan op 27 september 2006 en laatstelijk verlengd bij beslissing van de rechtbank Overijssel van 24 november 2016. De maatregel eindigt, behoudende nadere voorziening, op 27 september 2018.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het op grond van artikel 509o, tweede lid, Sv uitgebrachte verlengingsadvies van de kliniek, FPC De Rooyse Wissel, van 16 juli 2018, opgemaakt en ondertekend door drs. M. Verhees, hoofd behandeling, mr. C.M.M. Vleugels, psychiater en
H.M. van Bussel, algemeen directeur en plaatsvervangend hoofd van de inrichting;
- het in artikel 509o Sv bedoelde afschrift van de wettelijke aantekeningen over de periode van 23 juni 2016 tot en met 28 juni 2018.

3.De procedure

De officier van justitie heeft op 15 augustus 2018 een vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een periode van twee jaren ingediend.
De vordering is behandeld op de openbare zitting van 4 oktober 2018. De officier van justitie mr. M. Zwartjes en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman
mr. K. ter Mors, advocaat in Almelo, zijn op de vordering gehoord. Als getuige-deskundige is mevrouw E.J.M. de Vries, hoofd behandeling en psychotherapeut, op de zitting gehoord.

4.De standpunten van de officier van justitie en de verdediging

De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaren.
De terbeschikkinggestelde en zijn raadsman hebben verzocht de maatregel van terbeschikkingstelling met een jaar te verlengen. De raadsman is van mening dat de verlenging van de maatregel met een jaar in plaats van met twee jaar een stimulans zal zijn voor de terbeschikkinggestelde.
5. De beoordeling
De rechtbank stelt allereest vast dat op de vordering tot verlenging niet uiterlijk twee maanden na de dag waarop de vordering is ingediend is beslist. De rechtbank volstaat met de constatering dat voornoemde termijn is overschreden en zal daaraan geen consequenties verbinden.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen het over de terbeschikkinggestelde opgemaakte advies van de kliniek en de toelichting van de getuige-deskundige ter zitting in aanmerking.
Het verlengingsadvies van de kliniek
Uit het verlengingsadvies komt, zakelijk weergegeven, naar voren dat de terbeschikkinggestelde een verstandelijk beperkte man is met een antisociale persoonlijkheidsstoornis, ADHD, psychopathie en een stoornis in het gebruik van middelen.
Op 17 juni 2017 is een machtiging onbegeleid verlof verleend. De terbeschikkinggestelde liet een positieve start zien waarbij hij langere tijd abstinent bleef van middelen. Hij ging drie dagdelen per week naar dagbesteding op het terrein van de Schakel. Op 7 december 2017 is er goedkeuring gekomen voor een transmuraal verlofkader en op 23 januari 2018 is de terbeschikkinggestelde overgeplaatst naar een vervolgvoorziening ‘de Schakel’. De terbeschikkinggestelde heeft moeite om te wennen aan de vrijheid die hij hier heeft. Hij verzet zich tegen de regels en ervaart zucht. Ondanks dat is hij gemotiveerd. Om de terugval in middelen bij de terbeschikkinggestelde te beperken worden er afspraken gemaakt omtrent het middelengebruik, om hem zo te blijven motiveren en de resocialisatiepoging te laten slagen. Ondanks psycho-educatie, herhaaldelijke gesprekken en diverse consequenties, blijkt dat de terbeschikkinggestelde terug blijft vallen in middelengebruik en zowel soft- als harddrugs gebruikt. De terbeschikkinggestelde is vanwege dit laatste meerdere malen voor een time-out teruggeplaatste naar de kliniek. Deze time-outs werden benut om een incidentenanalyse te doen en te onderzoeken welke hulp en begeleiding bij de terbeschikkinggestelde passend zou zijn. De terbeschikkinggestelde heeft beperkte levenservaring en zijn beeld van de wereld is negatief gekleurd. Hij heeft geen reëel beeld over zaken. Daarbij komt de hardnekkige verslavingsproblematiek. Enerzijds staat hij machteloos, wil hij graag dat de resocialisatie slaagt en dat hij bij de Schakel kan blijven wonen, anderzijds legt de terbeschikkinggestelde veel zaken buiten zichzelf. Op 14 juni 2018 is de terbeschikkinggestelde wederom positief bevonden op cocaïnegebruik en is er besloten hem voor langere termijn terug te plaatsen in de kliniek om te onderzoeken welke hulp passend is en geboden moet worden om de terbeschikkinggestelde optimaal te kunnen begeleiden. De prognose staat momenteel ter discussie. Begin augustus 2018 zal er een casuïstiekbespreking plaatsvinden om dit verder te onderzoeken. Er wordt onderzocht of het mogelijk is toe te blijven werken naar een geleidelijke en verantwoorde resocialisatie met de juiste begeleiding en controle. Hierbij moeten het opbouwen en vasthouden van een passende dagstructuur, het bewaken van de draagkracht/draaglastverhouding, omgang met vrouwen / seksualiteit en abstinent blijven van middelen, allen binnen een ruimer kader, gevolgd, gemonitord en verder bewerkt in de behandeling.
Bij het wegvallen van het huidige verplichtend kader zal de terbeschikkinggestelde zich niet zelfstandig staande weten te houden. De kans op recidive is hierbij hoog. Gezien het vorenstaande adviseert de kliniek de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren en continuering van de verpleging van overheidswege.
De toelichting van de deskundige ter zitting
De deskundige heeft gepersisteerd bij het advies. De deskundige heeft daaraan toegevoegd dat op 8 augustus 2018 een casuïstiekbespreking heeft plaatsgevonden. De kliniek wil graag toewerken naar een geleidelijke en verantwoorde resocialisatie met de juiste begeleiding voor de terbeschikkinggestelde. Op 26 oktober 2018 heeft de terbeschikkinggestelde een intake bij Transfore te Deventer. De kliniek verwacht dat Transfore de terbeschikkinggestelde zal accepteren.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de inhoud van het verlengingsadvies van FPC de Rooyse Wissel, de wettelijke aantekeningen en het besprokene ter zitting is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling eist. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat de terbeschikkingstelling is opgelegd ter zake van misdrijven die zijn gericht tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
Uit voornoemde rapportage en het verhandelde ter zitting blijkt dat de kliniek concrete stappen onderneemt om de terbeschikkinggestelde in de komende periode over te plaatsen naar een passende (externe) plaatsing van de terbeschikkinggestelde, bij voorkeur bij Transfore. De terbeschikkinggestelde heeft ter zitting in duidelijke bewoordingen aan de rechtbank zijn ongenoegen en irritatie geuit over de gang van zaken nu hij voor langere termijn is teruggeplaatst in de kliniek.
De terbeschikkinggestelde heeft ter zitting te kennen gegeven dat er volgens hem niets aan zijn situatie wordt gedaan. De rechtbank deelt die mening niet. Uit het betoog van de deskundige leidt de rechtbank af dat geprobeerd wordt toe te werken naar een geleidelijke en verantwoorde resocialisatie met de juiste begeleiding voor de terbeschikkinggestelde. De rechtbank ziet dit als een stap in de goede richting.
De raadsman heeft een verlenging van de termijn van een jaar bepleit met de motivering dat dit een stimulans zal zijn voor de terbeschikkinggestelde. De rechtbank overweegt dat uitgangspunt is dat, wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar, de terbeschikkingstelling verlengd dient te worden met een termijn van twee jaren. In de door de raadsman aangevoerde argumenten ziet de rechtbank geen aanleiding om van dit uitgangspunt af te wijken. Het resocialisatietraject van de terbeschikkinggestelde is een langdurig traject met goed begeleide en gestructureerde stappen, waarbij er oog moet zijn voor het middelengebruik. De rechtbank acht, mede gelet op het advies van de deskundige die niet verwacht dat de resocialisatie van de terbeschikkinggestelde over een jaar afgerond zal zijn, passend om de termijn van de maatregel te verlengen met twee jaren.

6.De wettelijke voorschriften

De beslissing is gegrond op de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht, alsmede de artikelen 509o, 509s en 509t Sv.

7.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt de terbeschikkingstelling van
[veroordeelde]met twee jaren.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. M.A.H. Heijink en
mr. E.J.M. Bos, rechters en in tegenwoordigheid van M.M. Greven-Diepenmaat, griffier in het openbaar uitgesproken op 18 oktober 2018.