Op 2 februari 2018 lagen mijn partner [slachtoffer] en ik in onze woning in Enschede te slapen toen ik ineens de bel hoorde. lk ben toen uit bed gestapt, heb de gordijnen opzij gedaan en zag buiten op straat de bus van [partner verdachte] staan. Die herkende ik. Dat is de bus voor zijn bedrijf, die had hij net nieuw. [slachtoffer] kwam er bij staan
en die riep toen ' [verdachte] .. [verdachte] ?'. [slachtoffer] die zag haar toen en liep vervolgens gelijk naar beneden. toe. [slachtoffer] wist dat [partner verdachte] de telefoon van [verdachte] had afgenomen. [slachtoffer] ging er van uit dat [verdachte] hulp nodig had en haar niet kon bellen. Zodoende is [slachtoffer] naar beneden gelopen. Op dat moment hoorde ik ook gelijk al `Niet doen [verdachte] , niet doen!'. Toen [slachtoffer] naar beneden liep, ben ik eigenlijk gelijk achter haar aangelopen. lk trof haar toen met [verdachte] in de woonkamer. [slachtoffer] zei dat [verdachte] haar vanaf de voordeur tot in de woonkamer, meerdere
malen had gestoken. lk hoorde [slachtoffer] continu roepen `niet doen, niet doen'.
Toen ik in de woonkamer kwam, zag ik in een flits bloed op de grond liggen. [verdachte] had een lange zwarte jas aan, zo'n driekwart jas. lk herkende de jas. Ze stonden recht tegenover elkaar. lk zag dat [verdachte] een soort van stekende beweging maakte richting
[slachtoffer] . Dat kon ik van achteren zien. Vanaf toen heb ik alleen maar in paniek gereageerd. lk heb [verdachte] vastgepakt, bij de rug aan haar jas. lk voelde dat ik haar
goed vast had en heb haar gelijk een goeie slinger gegeven, weggetrokken bij [slachtoffer] , richting de woonkamer. Toen ben ik bovenop haar gaan zitten met haar knie. lk weet niet wanneer ik het mes voor het eerst zag, maar ik weet dat ik het mes heb gepakt. lk weet niet eens waar ik het mes vandaan heb gepakt. ineens had ik het in mijn handen. lk riep Wat heb je gedaan?'. Meerdere malen. lk schreeuwde naar [verdachte] . lk hoorde toen [slachtoffer] zeggen, heel zachtjes, dat ik 112 moest
bellen. lk heb het mes toen op de leuning van de bank neergelegd. Op het moment dat ik bovenop [verdachte] zat, zag ik dat [slachtoffer] achteruit liep, en met de rug tegen de deur aan ging zitten en in elkaar zakte. lk zag ook dat zij de handen voor haar
buik hield en ik zag dat haar nachthemd wat ze aan had, al was doordrenkt met bloed, op haar borst, in het midden ongeveer. lk heb [verdachte] losgelaten en ben naar [slachtoffer] gegaan. Ondertussen hoorde ik [verdachte] opstaan en weglopen. Daarna hoorde ik de bus wegrijden.