Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 mei 2018
- de - door de rechtbank toegelaten - akte producties van de vrouw
- de - door de rechtbank toegelaten - akte producties van de man
- het proces-verbaal van comparitie van 13 september 2018.
2.De feiten en het geschil
in conventie en in reconventie
onverhuurdestaat, een en ander in overleg tussen partijen dan wel na taxatie.
3.De beoordeling
in conventie en in reconventie
hebbenimmers verdeeld, althans hebben in het kader van de financiële afwikkeling van de geëindigde samenleving en met het eindigen van de bepalingen van de samenlevingsovereenkomst door opzegging, vervolgens in 2010 ervoor gekozen om
tot de dood van één van hente continueren dat zij ieder voor hun aandelen eigenaar blijven van hun in eenvoudige mede-eigendom toebehorende onroerende zaken en de daarmee verband houdende rechten en lasten via genoemd verblijvingsbeding.
als eigenaren(rechtbank: en dus niet als ex-samenlevers of als ex-gehuwden) scheidt en in zoverre zijn overige ontbindingsmogelijkheden expliciet uitgesloten door partijen, onvoorziene omstandigheden / uitzonderingen – die in casu gesteld noch gebleken zijn – daargelaten.
naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaaris indien de man aan een ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst wordt gehouden, zijn onvoldoende gesteld en overigens evenmin gebleken.
onverhuurde staat) en niet om woningen – de man, althans zijn erfgenamen financieel mogelijk nadelig treft, zoals uiteengezet door zijn advocaat ter zitting, leidt niet tot een ander oordeel. Dat ligt besloten in de overeenkomst.