Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het procesverloop
- de ouders, beiden bijgestaan door hun advocaat,
- mevrouw Reerink, namens de raad voor de kinderbescherming, verder te noemen: de
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer tevens houdend zelfstandig verzoek
5.Het verweer op het zelfstandig verzoek
6.De beoordeling
Aangezien het verzoek na 1 maart 2005 is ingediend is de Brussel II-bis Verordening temporeel van toepassing. Met uitzondering van artikel 12 Brussel II-bis, is de Brussel II-bis Verordening slechts formeel van toepassing indien het kind gewone verblijfplaats heeft op het grondgebied van een EU lidstaat. Partijen verschillen van mening ten aanzien van de vraag waar de kinderen hun gewone verblijfplaats hebben. De man heeft gesteld dat de kinderen hun gewone verblijfplaats ofwel in Angola ofwel in Nederland hebben, terwijl de vrouw heeft gesteld dat de kinderen hun gewone verblijfplaats in Portugal hebben.
A, C-523/07, ECLI:NL:EU:C:2009:225, punten 34 en 35; 22 december 2010,
Mercredi, C-497-10 PPU, ECLI:EU:C:2010:289, punten 44-46; 8 juni 2017,
OL v. PQ, C-111/47, PPU, ECLI:EU:C:2017:436, punt 40).
A, C-523/07, ECLI:NL:EU:C:2009:225, punten 42 en 44; 22 december 2010, Mercredi, C-497-10 PPU, ECLI:EU:C:2010:289, punten 47; 8 juni 2017,
OL v. PQ, C-111/47, PPU, ECLI:EU:C:2017:436, punt 42).
A, C-523/07, ECLI:NL:EU:C:2009:225).
7.De beslissing
[minderjarige 1], geboren te [geboorteplaats 1] op [2011] ,
een bedrag ad € 25,- per kind per maand dient te voldoen, voor de toekomst telkens bij vooruitbetaling te voldoen;