Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
mr. E. Leunk en van hetgeen door verdachte en de raadsman mr. R.D.A. van Boom, advocaat te Utrecht, naar voren is gebracht.
Rechtbank Overijssel
Op 26 juli 2018 heeft de Rechtbank Overijssel in Almelo uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het hebben van een hennepkwekerij en diefstal van elektriciteit. De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek op de openbare terechtzitting van 12 juli 2018. De officier van justitie, mr. E. Leunk, had de verdachte aangeklaagd voor twee feiten: het hebben van een hennepkwekerij met een groot aantal hennepplanten en het stelen van elektriciteit van Cogas Infra en Beheer B.V. De tenlastelegging omvatte dat de verdachte op of omstreeks 5 april 2016 in Goor, gemeente Hof van Twente, samen met anderen of alleen, opzettelijk hennepplanten had geteeld en elektriciteit had gestolen.
Tijdens de zitting heeft de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. R.D.A. van Boom, ontkend betrokken te zijn geweest bij de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit. De rechtbank heeft vastgesteld dat er aanwijzingen waren die belastend konden zijn voor de verdachte, maar deze aanwijzingen waren niet voldoende om tot een veroordeling te komen. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de tenlastegelegde feiten.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de beschuldigingen, omdat niet bewezen kon worden dat hij de feiten had gepleegd. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. E.J.M. Bos, en de rechters mr. S.K. Huisman en mr. P.M.F. Schreurs. Het vonnis is openbaar uitgesproken op 26 juli 2018.