ECLI:NL:RBOVE:2018:1563
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstandsuitkering wegens verzwegen werkzaamheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel geoordeeld over de intrekking en terugvordering van een bijstandsuitkering van eiser, die zijn werkzaamheden als reparateur van televisies en computers niet had gemeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op geld waardeerbare activiteiten heeft verricht zonder hiervan melding te maken, wat in strijd is met de inlichtingenverplichting die voortvloeit uit de Participatiewet. Eiser had zijn bijstandsuitkering sinds 1994, maar de gemeente beëindigde deze per 1 december 2016 en vorderde een bedrag van € 240.532,21 terug. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de gemeente terecht heeft gehandeld. De rechtbank heeft de argumenten van eiser, waaronder het beroep op redelijkheid en billijkheid, verworpen. De rechtbank concludeert dat eiser niet heeft aangetoond dat hij recht had op bijstand en dat de terugvordering gerechtvaardigd is. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard.