ECLI:NL:RBOVE:2017:642
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om handlichting voor oprichting van een B.V. door minderjarige
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 8 februari 2017 uitspraak gedaan op het verzoek van Stijn Gert Dierink, een 16-jarige inwoner van Harbrinkhoek, om handlichting te verkrijgen voor het oprichten van een besloten vennootschap (B.V.) en voor het afsluiten van overeenkomsten en het doen van betalingen ten behoeve van deze B.V. Dierink en zijn vriend M.T.V. van Marle, die samen een onderneming op het gebied van social media hebben, werden geadviseerd door hun accountant om een B.V. op te richten vanwege de snelle groei van hun bedrijf. De ouders van beide jongeren gaven toestemming voor de verzochte handlichting.
De procedure begon met de indiening van het verzoekschrift op 17 januari 2017, gevolgd door een mondelinge behandeling op 1 februari 2017, waar zowel Dierink als Van Marle aanwezig waren, samen met hun ouders. De kantonrechter heeft de feiten en het verzoek zorgvuldig overwogen, inclusief de relevante wetgeving, met name artikel 1:235 BW, dat de mogelijkheid biedt voor handlichting aan minderjarigen.
De kantonrechter oordeelde dat Dierink recht en belang had bij de verzochte handlichting en dat deze verantwoord was. Tevens werd er aandacht besteed aan de publicatieplicht van de beschikking, waarbij werd besloten dat de handlichting digitaal gepubliceerd zou worden in de Staatscourant en op de website van de Rechtspraak, met een aanvullende publicatie in het regionale dagblad Tubantia. De beschikking werd openbaar uitgesproken op 8 februari 2017 door mr. P.L. Alers.