In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, heeft de Vereniging van Eigenaren Stoker te Groningen (hierna: VVE Stoker) een kort geding aangespannen tegen Bouwcombinatie G3 Woontorens V.O.F. (hierna: Bouwcombinatie G3) met als doel inzage en afschrift te verkrijgen van bouwtechnische documenten. De procedure is gestart naar aanleiding van klachten over kalkafzetting op de beglazing van de appartementencomplexen, die in 2010 door Bouwcombinatie G3 zijn opgeleverd. VVE Stoker heeft herhaaldelijk verzocht om inzage in het bouwtechnisch bestek, maar Bouwcombinatie G3 heeft hier niet aan voldaan. Tijdens de mondelinge behandeling op 31 oktober 2017 is er een overeenkomst bereikt over het verstrekken van bepaalde technische gegevens, maar VVE Stoker heeft desondanks een vordering ingesteld op basis van artikel 843a Rv, waarin zij stelt dat zij een spoedeisend belang heeft bij het verkrijgen van de gevraagde documenten.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat VVE Stoker onvoldoende spoedeisend belang heeft aangetoond. De rechter heeft vastgesteld dat VVE Stoker al geruime tijd op de hoogte was van de problemen met de gevelbeplating en dat zij in een eerdere arbitrageprocedure tegen de ontwikkelingsmaatschappij G4 CV is verwikkeld. De rechter heeft geconcludeerd dat de gevorderde inzage en afschrift niet noodzakelijk zijn voor de voortgang van de arbitrageprocedure en dat de vorderingen van VVE Stoker om die reden moeten worden afgewezen. VVE Stoker is als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van Bouwcombinatie G3, die zijn begroot op € 1.434,00, vermeerderd met wettelijke rente.
Het vonnis is uitgesproken door mr. T.R. Hidma op 21 december 2017 en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.