ECLI:NL:RBOVE:2017:4058
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van poging tot medeplegen van (schuld)witwassen na omwisseling van vals geld
Op 31 oktober 2017 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van poging tot het medeplegen van (schuld)witwassen. De zaak betrof de omwisseling van 100.000 euro aan contant geld, waarbij de verdachte betrokken was bij het omwisselen van biljetten van 500 euro naar kleinere coupures van maximaal 50 euro. De verdachte ontving echter vals geld in de vorm van 500 euro biljetten, wat leidde tot de conclusie dat er nooit sprake kon zijn van witwassen. De rechtbank heeft het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 27 februari, 13 juni en 17 oktober 2017 in acht genomen, waarbij de officier van justitie, mr. T. Feuth, en de raadsman van de verdachte, mr. J.W. Stegeman, hun standpunten naar voren brachten. De officier van justitie stelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het omwisselen van misdrijf afkomstig geld, terwijl de verdediging aanvoerde dat er geen overtuigend bewijs was voor de criminele achtergrond van het geld. De rechtbank oordeelde dat de verdachte van zowel het primair als subsidiair ten laste gelegde feit moest worden vrijgesproken, omdat de poging tot witwassen als absoluut ondeugdelijk werd beschouwd. De rechtbank concludeerde dat, ongeacht de bedoelingen van de verdachte, er geen bewijs was dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de tenlastelegging.