Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het procesverloop
- de vader, bijgestaan door mr. T.R. Oude Veldhuis die in de plaats komt van mr. Geerdink,
- de moeder, bijgestaan door mr. Beuving,
- de heer A.A.H. Pots, namens de Raad voor de Kinderbescherming.
2.De feiten
3.Het verzoek
- de man ex artikel 1:204 lid 3 BW, vervangende toestemming te verlenen voor erkenning van [minderjarige] ;
- (voor zover noodzakelijk) de vrouw te bevelen om medewerking te verlenen aan een DNA-onderzoek;
- te bepalen dat er tussen de man en [minderjarige] een contactregeling zal worden vastgesteld waarbij de man met [minderjarige] in elk geval twee dagdelen per week ( al dan niet onder begeleiding) contact heeft, en waarbij tevens bepaald wordt dat deze regeling, bij goed verloop doch in elk geval zodra [minderjarige] de 1-jarige leeftijd heeft bereikt, zal worden uitgebreid naar een contactregeling waarbij [minderjarige] om het weekend van vrijdag 12.00 uur dan wel na schooltijd tot zaterdag 18l00 uur, alsmede de helft van de vakantie- en feestdagen bij de man verblijft, althans een regeling door uw rechtbank in goed justitie te bepalen;
- een beslissing te geven over de proceskosten.
4.Het verweer
5.De beoordeling
11 september 2017, in afwachting van de resultaten bij BOR. Kortheidshalve wordt hierbij verwezen naar de inhoud van het van de mondelinge behandeling opgemaakte
proces-verbaal.
De proceskosten