ECLI:NL:RBOVE:2017:3887

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
27 september 2017
Publicatiedatum
16 oktober 2017
Zaaknummer
C/08/153412 / HA ZA 14-149
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • G.G. Vermeulen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming notaris voor onderzoek koopovereenkomst en verzoek tot aanvullende vragen

In deze zaak, uitgesproken door de Rechtbank Overijssel op 27 september 2017, is de besloten vennootschap Freizeit- und Ferienpark Fürstenau GmbH (hierna: Fürstenau) betrokken als eisende partij in conventie en verwerende partij in voorwaardelijke reconventie. De tegenpartij is mr. G.W. Weenink q.q. als curator van de failliete [X] B.V. De rechtbank heeft in een eerder tussenvonnis van 9 augustus 2017 overwogen dat een notaris benoemd dient te worden om te onderzoeken of in de koopovereenkomst van een perceel met opstallen te Fürstenau vermeldingen zijn over gevaarlijke of verontreinigde stoffen. De rechtbank heeft mr. D. ter Braak benoemd tot notaris en partijen in de gelegenheid gesteld om zich over deze benoeming uit te laten. Beide partijen hebben geen bezwaar gemaakt tegen deze benoeming.

De rechtbank heeft vervolgens de notaris de opdracht gegeven om de koopovereenkomst te onderzoeken en zijn bevindingen vast te leggen in een rapport. [X] heeft verzocht om aanvullende vragen aan de notaris te mogen stellen, maar dit verzoek is afgewezen omdat het zou leiden tot een 'fishing expedition', wat niet is toegestaan onder artikel 843a Rv. De rechtbank heeft bepaald dat de kosten voor het verstrekken van een afschrift van de koopovereenkomst voor rekening van [X] komen en dat de notaris een voorschot op deze kosten in rekening dient te brengen. De proceskosten in het incident zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De zaak in de hoofdzaak is aangehouden tot 10 januari 2018 voor verdere behandeling.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer / rolnummer: C/08/153412 / HA ZA 14-149
Vonnis in incident van 27 september 2017
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Duits recht
Freizeit- und Ferienpark Fürstenau GmbH,
gevestigd te Fürstenau (Niedersachsen, Deutschland),
eisende partij in conventie in de hoofdzaak,
verwerende partij in voorwaardelijke reconventie in de hoofdzaak,
verwerende partij in het incident,
advocaat: mr. C.P.B. Kroep te Enschede,
tegen
mr. G.W. Weenink q.q. in zijn hoedanigheid van curator van de failliete
besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[X] B.V.,
kantoorhoudende te Almelo,
gedaagde partij in conventie in de hoofdzaak,
eisende partij in voorwaardelijke reconventie in de hoofdzaak,
eisende partij in het incident,
advocaat: mr. M.H.F. van der Lek-Langenhof te Zaltbommel.
Partijen zullen hierna Fürstenau en [X] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis in het incident van 9 augustus 2017,
  • de akte van Fürstenau van 23 augustus 2017,
  • de akte van [X] van 23 augustus 2017.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De beoordeling in het incident

2.1.
Bij tussenvonnis in het incident van 9 augustus 2017 heeft de rechtbank overwogen dat zij voornemens is om, op kosten van [X] , één van de notarissen verbonden aan het notariskantoor Ter Braak Willems te Almelo aan te wijzen als notaris en aan hem opdracht te verstrekken om te onderzoeken of in de overeenkomst inzake de aankoop van het perceel met opstallen gelegen aan de Pommernstrasse (12) te Fürstenau inclusief eventuele bijlagen iets, en zo ja wat, staat vermeld over de aanwezigheid van gevaarlijke/verontreinigde stoffen in gebouwen die in 2010 gesloopt zijn en zijn bevindingen vast te leggen in een schriftelijk rapport, indien en voor zover van toepassing voorzien van een afschrift van de delen van de koopovereenkomst waarin de betreffende vermelding(en) is/zijn aangetroffen.
2.2.
De rechtbank heeft partijen in de gelegenheid gesteld om zich bij akte over het voorgaande uit te laten. Partijen hebben van die gelegenheid gebruik gemaakt.
2.3.
Partijen hebben kenbaar gemaakt dat zij geen bezwaar hebben tegen de benoeming van één van de notarissen verbonden aan het notariskantoor Ter Braak Willems te Almelo, zodat de rechtbank mr. D. ter Braak tot notaris in deze zaak zal benoemen.
2.4.
[X] heeft in haar akte de stelling ingenomen dat zij – in tegenstelling tot Fürstenau – niet kan inzien welke stukken aan de notaris worden verstrekt, en dat het daarom, mede in het licht van het bepaalde in artikel 6 EVRM, van belang is dat de notaris zich ervan vergewist dat hij de juiste contractstukken tot zijn beschikking heeft gekregen, door dit te controleren bij de BImA, de contractspartij van Fürstenau.
2.5.
Omdat BImA volgens [X] slechts bereid is informatie over de met Fürstenau gesloten koopovereenkomst te verstrekken indien Fürstenau daarvoor toestemming verleent, verzoekt [X] de rechtbank om aan Fürstenau opdracht te verstrekken om deze toestemming aan BImA te geven.
2.6.
De rechtbank zal deze verzoeken van [X] toewijzen. Aangezien Fürstenau wel en [X] niet de beschikking heeft over de koopovereenkomst is een dergelijke waarborg op zijn plaats. De rechtbank is daarnaast met [X] van oordeel dat de notaris, om zijn taak naar behoren te kunnen vervullen, de beschikking dient te krijgen over het procesdossier en zal aan partijen opdragen een afschrift van hun procesdossier aan de notaris te verstrekken.
2.7.
[X] heeft de rechtbank voorts verzocht om de opdracht aan de notaris aan te vullen dan wel uit te breiden als volgt:
“Ziet de koopovereenkomst ook op de aankoop van de door [X] op basis van de overeenkomst d.d. 3 oktober 2013 gesloopte en te slopen opstallen?
Onderzoek of er in de overeenkomst inzake de aankoop van het perceel met opstallen gelegen aan de Pommernstrasse (12) te Fürstenau iets staat vermeld over gevaarlijke/verontreinigde stoffen en/of de in dat kader door Fürstenau de te nemen maatregelen, en zo ja, wat staat vermeld en wilt u uw bevindingen vastleggen in een schriftelijk rapport, indien en voorzover van toepassing voorzien van een afschrift van delen van de koopovereenkomst waarin de betreffende vermeldingen zijn aangetroffen?
Zijn er nog overige opmerkingen die u naar aanleiding van uw onderzoek zou willen maken.”
2.8.
Volgens [X] zijn deze aanvullende vragen noodzakelijk om haar beroep op dwaling te kunnen beoordelen.
2.9.
Dit verzoek zal worden afgewezen, nu de door [X] voorgestelde formulering buiten de bewijsopdracht treedt zoals de rechtbank die aan Fürstenau heeft verstrekt bij tussenvonnis van 21 december 2016. Die bewijsopdracht vloeit voort uit de stelling van [X] , dat Fürstenau mogelijk wist dat er schadelijke stoffen aanwezig waren in de te slopen objecten, omdat Fürstenau in 2010 al een vijftal gebouwen had laten slopen. [X] heeft een rechtmatig belang bij het verschaffen van informatie over de mogelijke verontreiniging van de in 2010 gesloopte gebouwen. Toewijzing van het verzoek van [X] tot uitbereiding van de opdracht aan de notaris zou echter een “fishing expedition” opleveren, waarvoor artikel 843a Rv uitdrukkelijk niet is bedoeld.
2.10.
Conform het bepaalde in artikel 843a lid 1 Rv komen de kosten van het verstrekken van een afschrift van de koopovereenkomst voor rekening van [X] . Daaronder dienen, zoals Fürstenau terecht stelt, naast de notariskosten, ook eventuele administratie- en vertaalkosten te worden begrepen, voor zover die kosten redelijk en noodzakelijk zijn, hetgeen ter beoordeling van de notaris is. Nu van de notaris niet kan worden verwacht dat hij die kosten voorschiet, zal de rechtbank bepalen dat de notaris een voorschot op de te maken kosten bij [X] in rekening dient te brengen en niet eerder dan na betaling hiervan Fürstenau om een afschrift van de koopovereenkomst behoeft te verzoeken. Voor toekenning van kosten aan Fürstenau is geen plaats, nu Fürstenau niet heeft onderbouwd welke kosten zij dient te maken in verband met het verstrekken van een afschrift van de koopovereenkomst aan de notaris.
2.11.
De rechtbank ziet in het feit dat beide partijen deels in het (on)gelijk worden gesteld aanleiding om de proceskosten in het incident tussen hen te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De rechtbank
in het incident
3.1.
benoemt mr. D. ter Braak, verbonden aan notariskantoor Ter Braak Willems te Almelo, tot notaris aan wie Fürstenau op diens eerste verzoek een afschrift dient te verstrekken van de overeenkomst inzake de aankoop van het perceel met opstallen gelegen aan de Pommernstrasse (12) te Fürstenau, inclusief eventuele bijlagen, en verzoekt de notaris om te onderzoeken of in die overeenkomst iets, en zo ja wat, staat vermeld over de aanwezigheid van gevaarlijke/verontreinigde stoffen in de gebouwen die in 2010 gesloopt zijn en zijn bevindingen vast te leggen in een schriftelijk rapport, indien en voor zover van toepassing voorzien van een afschrift van de delen van de koopovereenkomst waarin de betreffende vermelding(en) is/zijn aangetroffen en voor het overige de koopovereenkomst geheim te houden ten opzichte van [X] en derden,
3.2.
bepaalt dat de notaris bij [X] een voorschot op de te maken kosten in rekening dient te brengen en dit voorschot door [X] aan de notaris dient te zijn betaald, alvorens aan Fürstenau om een afschrift van de koopovereenkomst wordt verzocht,
3.3.
bepaalt dat de notaris, na ontvangst van de koopovereenkomst van Fürstenau, bij contractspartij BImA dient na te gaan of Fürstenau de juiste en volledige bescheiden aan hem heeft verstrekt en dat uit zijn rapport moet blijken dat hieraan is voldaan,
3.4.
bepaalt dat Fürstenau, indien en voor zover nodig, op eerste verzoek van de notaris aan BImA toestemming dient te verlenen om haar medewerking te verlenen aan het hiervoor in 3.3. bepaalde,
3.5.
bepaalt dat partijen binnen één week na dit vonnis een afschrift van hun procesdossier aan de notaris dienen te verstrekken,
3.6.
bepaalt dat de notaris binnen drie maanden na dit vonnis zijn rapport met bevindingen aan beide partijen en aan de rechtbank dient te verstrekken, tezamen met zijn eindafrekening,
3.7.
bepaalt dat de notaris binnen één week na het verstrekken van zijn rapport en eindafrekening een eventueel overschot van het voorschot aan [X] dient terug te betalen,
3.8.
bepaalt dat, indien het voorschot niet toereikend blijkt, [X] binnen één week na ontvangst van de aanvullende voorschotnota, deze aan de notaris dient te betalen,
3.9.
compenseert de kosten van deze procedure in het incident tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
3.10.
wijst af het meer of anders gevorderde,
in de hoofdzaak
3.11.
houdt de zaak aan tot de rolzitting van
10 januari 2018opdat partijen zich alsdan kunnen uitlaten,
3.12.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. G.G. Vermeulen en in het openbaar uitgesproken op 27 september 2017. [1]

Voetnoten

1.type: