ECLI:NL:RBOVE:2017:3462

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
23 augustus 2017
Publicatiedatum
6 september 2017
Zaaknummer
C/08/193207 / HA ZA 16-478
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg partijbedoelingen bij leveringsakte en beroep op dwaling in koopovereenkomst met betrekking tot waterleidingen

In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, gaat het om een geschil tussen Vitens N.V. en Deltaborgh Investments B.V. over de overdracht van waterleidingen. Vitens, een drinkwaterbedrijf, had een perceel grasland en een watercentrale in Enschede, en wilde deze samen met een waterleidingnetwerk verkopen aan Deltaborgh c.s. De partijen sloten op 24 juni 2011 een koopovereenkomst, waarbij Vitens de watercentrale en het waterleidingnetwerk verkocht. Na de verkoop ontstond er onduidelijkheid over de exacte leidingen die waren overgedragen, omdat op de netwerktekeningen ook leidingen stonden die voor drinkwater werden gebruikt. Vitens stelde dat de bedoeling was om alleen de industriewaterleidingen over te dragen, maar Deltaborgh c.s. betoogde dat zij alle leidingen hadden gekocht zoals deze op de tekeningen stonden.

De rechtbank oordeelde dat de uitleg van de leveringsakte niet rekening mag houden met partijbedoelingen die niet in de akte zijn vastgelegd. Vitens' beroep op dwaling werd gehonoreerd, omdat zij niet had gewild dat drinkwaterleidingen zouden worden verkocht. De rechtbank concludeerde dat de onjuiste voorstelling van zaken bij Vitens rechtvaardigde dat de koopovereenkomst gedeeltelijk werd vernietigd. De rechtbank verwees de zaak naar de rolzitting om Vitens in de gelegenheid te stellen om gecorrigeerde tekeningen in te dienen, zodat de omvang van het waterleidingnetwerk dat voor industriewater werd gebruikt, kon worden vastgesteld.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer / rolnummer: C/08/193207 / HA ZA 16-478
Vonnis van 23 augustus 2017
in de zaak van
de naamloze vennootschap
VITENS N.V.,
gevestigd te Zwolle,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat: voorheen mr. K.E.M. Tilleman te Arnhem,
thans mr. M.R.J. Baneke te Arnhem,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DELTABORGH INVESTMENTS B.V.,
gevestigd te Enschede,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AQUA TWENTE B.V.,
gevestigd te Enschede,
gedaagden in conventie,
eiseressen in reconventie,
advocaat mr. N.H.A. Kampschreur te Eindhoven.
Partijen zullen hierna Vitens en Deltaborgh c.s. genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 1 februari 2017
  • de conclusie van antwoord in reconventie van 15 maart 2017
  • het proces-verbaal van comparitie van 26 april 2017
  • de akte van Deltaborgh c.s. van 26 april 2017.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feitenIn conventie en in reconventie:

1.3.
De rechtbank gaat uit van de volgende onbetwiste feiten.
2.2.
Vitens is een drinkwaterbedrijf. Zij was eigenaar van een perceel grasland en van een daaraan grenzend perceel met een gebouw (de “watercentrale”), beide in Enschede in de nabijheid van het voetbalstadion van FC Twente. Ook was Vitens eigenaar van een omvangrijk waterleidingnetwerk in Enschede. Dit netwerk stond in verbinding met de watercentrale, die werd gebruikt voor waterwinning uit het Twentekanaal.
2.3.
FC Twente had meer parkeerruimte nodig en wilde daarom het perceel grasland kopen. Vitens was bereid om dat perceel in één koop met de watercentrale en het waterleidingnetwerk te verkopen. Met het oog op die voorgenomen verkoop heeft Vitens het waterleidingnetwerk op 20 juni 2011 ingeschreven in het openbare register, op de voet van artikel 3:17 lid 1, aanhef en sub k BW en de artikelen 36 lid 4 juncto 26 en 37 Kadasterwet.
2.4.
De notariële verklaring van 20 juni 2011 houdt onder meer in:
BegripsbepalingenArtikel 1In deze akte wordt verstaan onder:a. het Netwerk:
het middels deze akte in de openbare registers in te schrijven en in artikel 3 van deze akte
nader omschreven netwerk, kadastraal bekend onder de netwerkaanduiding:
Netwerken Utrecht, sectie W nummer 21, welke netwerkaanduiding behoort bij de
Netwerktekeningen, met kenmerk 2011-00033-100 tot en met 102, door de
Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers in depot genomen onder
depotnummer 20110620000019, op welke tekening de ligging van het Netwerk is aangegeven.”(…)
NetwerkArtikel 3Het netwerk bestaat uit waterleidingen die dienen voor het transport en de distributie van industriewater. Het netwerk is aangegeven op de netwerktekeningen waarvan digitale equivalenten door de bewaarder van de Openbare Registers in bewaring zijn genomen onder depotnummer 20110620000019. De tekeningen worden met deze Verklaring ingeschreven in de openbare registers.”(…)
“TekeningenArtikel 4De in artikel 3 van deze akte bedoelde tekeningen worden aan deze akte gehecht en voorts zijn de tekeningen zoals hiervoor vermeld in bewaring genomen bij de Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers.”2.5. Voormelde netwerktekeningen 2011-00033-100 tot en met 102, door het kadaster in depot genomen onder depotnummer 20110620000019, zijn door of namens Vitens gemaakt en door haar aan de notaris overhandigd. Op die tekeningen staan waterleidingen aangegeven, zonder verdere toelichting.
2.6.
Op deze door Vitens aan de notaris overhandigde tekeningen staan bij vergissing ook waterleidingen, die Vitens toen gebruikte voor transport van drinkwater.
2.7. Na de inschrijving in de openbare registers is deze gepubliceerd in de Staatscourant en in een landelijk dagblad. Vitens heeft een kopie ontvangen van de ingeschreven stukken, waaronder de netwerktekeningen.
2.8.
Op grond van art. 155a Overgangswet NBW is een netwerk niet voor overdracht vatbaar gedurende drie maanden, te rekenen vanaf de publicatie van de inschrijving. Gedurende die termijn kon Vitens als inschrijver eenzijdig eventuele correcties op de inschrijving doorvoeren. Vitens heeft van die gelegenheid geen gebruik gemaakt.
2.9.
Op 24 juni 2011 sloten Vitens, FC Twente (als middellijk vertegenwoordiger van B.I.C. Almelo B.V.) en Deltaborgh c.s. een overeenkomst tot verkoop van het grasland
(voor € 315.500,-) en van de watercentrale en het waterleidingnetwerk
(voor samen € 236.000,-). Daarbij werd onder meer bedongen dat Vitens de watercentrale en het waterleidingnetwerk kosteloos mocht blijven gebruiken tot 1 januari 2012, en dat Vitens deze zaken uiterlijk op 17 februari 2012 diende af te leveren, op straffe van een boete van € 1.762,50 per dag.
2.10.
Artikel 8.6. van de koopovereenkomst vermeldt onder meer, dat Deltaborgh c.s.
voornemens is de watercentrale en het waterleidingnetwerk
te (doen) gebruiken als waterinlaat- waterzuivering- en verdeelstation en industriewater transportleidingnetwerk.
2.11.
Op 8 juli 2011 heeft Deltaborgh c.s. de watercentrale en het waterleidingnetwerk doorverkocht aan Aqua Twente. Vitens was (reeds in 2010) op de hoogte van deze door Deltaborgh c.s. en Aqua Twente beoogde doorverkoop.
2.12.
Bij notariële leveringsakte (een ‘abc-akte’) van 22 december 2011 heeft Vitens de watercentrale en het waterleidingnetwerk overgedragen aan Deltaborgh c.s.
Artikel 1.1 van die akte vermeldt onder meer:
“Eigenaar heeft – met meer onroerend goed – verkocht aan verkoper, die heeft gekocht:het waterleidingnetwerk kadastraal bekend Netwerken Utrecht, sectie W nummer 21, hierna te noemen:het registergoed.
Artikel 3.1 vermeldt:
“Ter uitvoering van het vorenstaande levert eigenaar het registergoed aan koper die dit in eigendom aanvaardt.”
Artikel 1.5 houdt onder meer in:
“Het registergoed is door (een rechtsvoorganger) van eigenaar aangelegd en eigenaar heeft de aanleg van het registergoed doen inschrijven in de landelijke openbare registers van het Kadaster door inschrijving op eenentwintig juni tweeduizendelf …”
Artikel 2.1 van de leveringsakte houdt in:
“Koper is voornemens het registergoed te gebruiken als industriewater transportleidingnetwerk”.
2.13.
Bij leveringsakte van dezelfde datum (22 december 2011) heeft Deltaborgh c.s. de watercentrale en het waterleidingnetwerk overgedragen aan Aqua Twente. Artikel 1.1 van die akte houdt (zakelijk samengevat) in dat Deltaborgh c.s. bij die akte aan Aqua Twente overdraagt “
de Gebouwen” en “
het waterleidingnetwerk.” Artikel 2.1 van de akte vermeldt onder meer, dat Aqua Twente voornemens is het waterleidingnetwerk te gebruiken als “
industriewater transportleidingnetwerk”.
2.14.
Op een bespreking dat plaats vond tussen Aqua Twente en Vitens op 23 mei 2013 heeft Aqua Twente een aantal klachten over het aan haar geleverde waterleidingnetwerk aan de orde gesteld.
2.15.
Op 14 oktober 2016 heeft Vitens Deltaborgh c.s. doen dagvaarden. Bij brief van
20 oktober 2016 heeft Deltaborgh c.s. Vitens gesommeerd om alsnog te voldoen aan haar verplichtingen uit de koopovereenkomst en om verdere inbreuken op de eigendomsrechten van Aqua Twente te staken. Deltaborgh c.s. heeft daarbij aanspraak gemaakt op de contractuele boete.

3.De vordering in conventie

3.1
In aanvulling op voormelde vaststaande feiten heeft Vitens het volgende gesteld.
3.2.
Gebleken is dat op de netwerktekeningen bij de netwerkregistratieakte per abuis meer leidingen dan alleen industriewaterleidingen staan aangegeven. Echter, uit de inhoud van de leveringsakte, de netwerkregistratieakte en de andere stukken blijkt, dat het de objectieve bedoeling van partijen was om alleen de industriewaterleidingen over te dragen.
3.3.
Daarom is het van belang dat nieuwe netwerktekeningen worden gemaakt, die vervolgens door middel van een akte van rectificatie in het openbare register wordt ingeschreven. Bij dezelfde akte van rectificatie dienen ook de tussen partijen overeengekomen leveringsakten te worden gerectificeerd.
3.4.
Bij randnummer 39 op pagina 8 van de dagvaarding (door Vitens ook overgelegd als productie 9) heeft Vitens een netwerktekening opgenomen, waarin zij de voor industriewater gebruikte leidinge, blauw heeft gemarkeerd en de andere leidingen, die per abuis ook op de netwerktekeningen staan vermeld, in rood heeft aangegeven.
3.5.
Vitens heeft Deltaborgh c.s. tevergeefs aangemaand tot medewerking aan een rectificatie zoals hiervoor bedoeld. Een door Vitens opgestelde vaststellingsovereenkomst is door Deltaborgh c.s. niet ondertekend.
3.6.
Volgens Vitens is het door haar aan Deltaborgh c.s. geleverde waterleidingnetwerk, blijkens de omschrijving daarvan in de netwerkregistratieakte, duidelijk een industriewaterleidingnetwerk, en bestaat dit dus uit een netwerk met uitsluitend industriewaterleidingen. Zo staat bijvoorbeeld in de aanhef van de netwerkregistratieakte
“het hierna te omschrijven netwerk, bestemd voor het transport van industriewater”, en in artikel 3 van de netwerkregistratieakte staat
“Het netwerk bestaat uit waterleidingen die dienen voor het transport en de distributie van industriewater”.
3.7.
Subsidiair beroept Vitens zich op dwaling. Alle partijen, aldus Vitens, hebben bij het sluiten van de koopovereenkomst een onjuiste voorstelling van zaken gehad. De bedoeling van alle partijen was om alleen industriewaterleidingen te (ver)kopen en over te dragen. Als Vitens had geweten dat de koopovereenkomst meer dan alleen voor industriewater gebruikte leidingen omvatte, had zij de overeenkomst niet gesloten, omdat zij geen drinkwaterleidingen mag en wil verkopen.
3.8.
Op grond van het voorgaande vordert Vitens om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
primair:a.een verklaring voor recht dat enkel de industriewaterleidingen zijn overgedragen,
b.een verklaring voor recht dat enkel de (industriewater)leidingen zijn overgedragen zoals in het blauw weergegeven op tekening A,
c.veroordeling van Deltaborgh c.s. en Aqua Twente tot verlening van medewerking aan rectificatie van de netwerkregistratieakte (met kenmerk: AtV.MBr.201150502-4) met bijbehorende netwerktekeningen en van de twee leveringsakten (met kenmerken: ATV.201151605-3 respectievelijk ATV.201151605-4), in het bijzonder door het verlenen van een onherroepelijke volmacht met de bevoegdheid tot substitutie aan een bevoegde medewerker van Dirkzwager advocaten & notarissen N.V. om een akte van rectificatie te ondertekenen en al datgene te doen en te laten verrichten wat ter zake vereist mocht zijn, alles onder verbeurte van een dwangsom van € 750,- per dag dat Deltaborgh c.s. en/of
Aqua Twente in gebreke blijft/blijven,
d.veroordeling van Deltaborgh c.s. en Aqua Twente in de proceskosten, en
subsidiair:a.gedeeltelijke vernietiging van de koopovereenkomst van 27/28 juni 2011 wegens dwaling, namelijk vernietiging van de koopovereenkomst met betrekking (tot)
“registergoed C” voor zover registergoed C andere leidingen dan industriewaterleidingen omvat,
b.veroordeling van Deltaborgh c.s. en Aqua Twente tot verlening van medewerking aan teruglevering van de andere leidingen dan industriewaterleidingen,
c.veroordeling van Deltaborgh c.s. en Aqua Twente in de proceskosten.

2.De vordering in reconventie

2.1.
Deltaborgh c.s. heeft haar op 23 mei 2015 met Vitens besproken klachten nader uitgewerkt in haar productie 13 (bij akte houdende aanvullende producties) als volgt.
4.2.
Enkele tot het waterleidingnetwerk behorende leidingen waren niet door Vitens feitelijk afgeleverd. Er ontbrak een leiding vanaf de calamiteitenvijver tot aan de aftakking ten behoeve van kwekerij Menkehorst, met het risico dat (bij droogte) de kwekerij niet kon worden beleverd. Er waren twee 315 mm pvc-leidingen gesloopt in verband met de toegangsweg naar FC Twente. Er is een 400 mm pvc-leiding gesloopt bij reconstructie van de Auke Vleerstraat. Bij reconstructie van de Bosweg – Hengelosestraat zijn leidingen onbeschermd onder asfalt terechtgekomen. Er zijn bomen geplant op de 400 mm pvc-leiding langs de Laan van Innovatie. Vitens heeft Deltaborgh c.s. op een en ander niet geattendeerd.
4.3.
Voorts heeft Vitens bij herinrichting van het wegennet door de gemeente in 2010, geen maatregelen getroffen om de bestaande 400 mm pvc-aanvoerleiding en de 500 mm industrieleiding te verleggen, om het toekomstig gebruik van die leidingen te waarborgen.
4.4. Vitens heeft aan een AC-leiding en aan een HDPE-drukleiding verkeerde reparatiewerkzaamheden uitgevoerd, als gevolg waarvan Deltaborgh c.s. kosten heeft moeten maken om die reparaties over te doen.
4.5. Vitens gebruikt stelselmatig leidingen die tot het verkochte waterleidingnetwerk behoren. Dit blijkt uit analyse van het water in die leidingen en is een inbreuk op het eigendomsrecht van Aqua Twente.
4.6.
Op grond van het voorgaande vordert Deltaborgh c.s. in reconventie om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Vitens te veroordelen
I. om binnen drie maanden na het in deze te wijzen vonnis over te gaan tot de feitelijke (af)levering van de ontbrekende waterleidingen aan Deltaborgh c.s., alles onder verbeurte van een dwangsom van € 7.500,- per dag dat Vitens in gebreke blijft aan de veroordeling te voldoen, met een maximum van € 500.000,-;
II. tot vergoeding van de schade die Deltaborgh c.s. als gevolg van de wanprestatie c.q. het onrechtmatig handelen van Vitens lijdt, welke schade is begroot op € 124.500,-, te
vermeerderen met de wettelijke rente daarover tot aan de dag der algehele voldoening;
III. om binnen 48 uur na het in dezen door de rechtbank te wijzen vonnis het onrechtmatige gebruik van de waterleidingen van Aqua Twente te staken, en gestaakt te houden, alles onder verheurte van een dwangsom van € 7.500,- per dag dat Vitens in gebreke blijft aan de veroordeling te voldoen, met een maximum van € 1.000.000,-;
IV. tot betaling van de contractuele boete zoals vervat in art. 7.2 van de akte van levering;
V. met veroordeling van Vitens in de kosten van deze procedure in reconventie, waaronder begrepen de nakosten, een en ander te voldoen binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis, en - voor het geval voldoening van de (na)kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt - te vermeerderen met de wettelijke rente daarover.

5.De beoordeling

in conventie:

5.1.
De primaire vorderingen in conventie berusten op de stelling, dat (in de kern weergegeven) door Vitens aan Deltaborgh c.s. slechts de industriewaterleidingen zijn verkocht en overgedragen zoals in het blauw weergegeven op ‘tekening A’
(bij randnummer 39 van de dagvaarding, tevens productie 9 bij de dagvaarding).
5.2.
Vitens heeft gesteld dat bij de notariële netwerkregistratieakte indertijd een verkeerde tekening is gevoegd en dat als gevolg daarvan een discrepantie bestaat tussen enerzijds de netwerkregistratieakte en anderzijds de daarbij gevoegde en daarvan deel uitmakende tekening(en). Op de door Vitens aan de notaris overhandigde en vervolgens bij de netwerkregistratieakte gevoegde tekeningen staan bij vergissing ook waterleidingen die Vitens gebruikte en wil blijven gebruiken voor het transport van drinkwater.
5.3.
Deltaborgh c.s. stelt daar tegenover, dat zij (zakelijk samengevat) heeft gekocht en overgedragen gekregen de waterleidingen, die staan aangegeven op de netwerktekeningen 2011-00033-100 tot en met 102, die onderdeel zijn van de inschrijving aangaande
“Netwerken Utrecht, sectie W nummer 21”. Volgens Deltaborgh c.s. doet niet ter zake waarvoor die waterleidingen door Vitens werden gebruikt en ook niet, waarvoor
Aqua Twente die leidingen wil gebruiken.
5.4. De notariële leveringsakte, waarbij het netwerk door Vitens aan Deltaborgh c.s. werd overgedragen, luidt onder meer als volgt:
“Artikel 1.1Eigenaar heeft – met meer onroerend goed – verkocht aan verkoper, die heeft gekocht:het waterleidingnetwerk kadastraal bekend Netwerken Utrecht, sectie W nummer 21, hierna te noemen:het registergoed.”(…)
“Artikel 3.1Ter uitvoering van het vorenstaande levert eigenaar het registergoed aan koper die dit in eigendom aanvaardt.”
5.5.
De vraag is nu, hoe deze akte moet worden uitgelegd. Vitens stelt dat partijen nooit een andere bedoeling hebben gehad dan dat Deltaborgh c.s. alleen de ten tijde van de koopovereenkomst voor industriewater gebruikte leidingen zou overnemen, en dat daarom ook de leveringsakte dienovereenkomstig moet worden uitgelegd.
5.6.
Deltaborgh c.s. stelt daar tegenover, dat een partijbedoeling van een leveringsakte moet worden afgeleid uit de in de akte gebezigde bewoordingen, die naar objectieve maatstaven moeten worden uitgelegd in het licht van de gehele inhoud van de akte. Geen rekening mag worden gehouden met partijbedoelingen die, zoals in dit geval, niet in de leveringsakte zelf tot uitdrukking zijn gebracht.
5.7.
Laatstgenoemde maatstaf is ontleend aan het arrest van de Hoge Raad
d.d. 19 april 2013 (Hennekamp/Welstand, NJ 2013, 240), en is ook in dit geval van toepassing. De rechtbank constateert dat de bewoordingen van de leveringsakte geen aanknopingspunt bevatten voor een uitleg van die akte in de door Vitens bepleite zin. Met name attenderen die woorden niet op onjuistheid van de bijgevoegde tekeningen.
5.8.
Derden moeten kunnen afgaan op de juistheid van deze in het kadaster ingeschreven akte, inclusief de van die inschrijving deel uitmakende tekeningen. Dat op die tekeningen abusievelijk ook voor drinkwatertransport gebruikte leidingen staan, valt niet uit de tekst van de akte af te leiden, ook niet uit de vermelding in artikel 2.1 van de ingeschreven leveringsakte:
“Koper is voornemens het registergoed te gebruiken als industriewater transportleidingnetwerk“.5.9. Uit het voorgaande volgt dat de door Vitens primair gevorderde verklaringen voor recht (zoals hiervoor weergegeven in r.o. 3.9 sub a en sub b) moeten worden afgewezen.
5.10.
De toewijsbaarheid van de tevens gevorderde veroordeling van Deltaborgh c.s. tot verlening van medewerking aan rectificatie van de netwerkregistratieakte, beoordeelt de rechtbank als volgt. De rechtstitel van de overdracht is de tussen partijen gesloten koopovereenkomst. De rechtbank moet dus vaststellen of er door de registratie van de leveringsakte iets anders is overgedragen dan partijen bij die koopovereenkomst hadden verkocht, respectievelijk gekocht.
5.11.
Vitens stelt dat dit het geval is, omdat Deltaborgh c.s. alleen de waterleidingen heeft gekocht, die Vitens ten tijde van de koopovereenkomst gebruikte voor industriewater, en dus niet tevens de op de geregistreerde tekeningen ook aangegeven leidingen, die Vitens gebruikte en ook wil blijven gebruiken voor drinkwatertransport.
5.12.
Daartegenover handhaaft Deltaborgh c.s. dat zij alle leidingen heeft gekocht die op de geregistreerde tekeningen staan, dus inclusief een aantal door Vitens voor drinkwatertransport gebruikte leidingen, zodat de levering aan de koopovereenkomst beantwoordt.
5.13.
Vitens heeft dit geschilpunt ook ten grondslag gelegd aan haar subsidiaire vordering, die strekt tot gedeeltelijke vernietiging van de koopovereenkomst wegens dwaling, namelijk voor zover het verkochte waterleidingnetwerk ook andere leidingen dan industriewaterleidingen omvat, met veroordeling van Deltaborgh c.s. tot verlening van medewerking aan teruglevering van de andere leidingen dan industriewaterleidingen.
5.14.
Volgens Deltaborgh c.s. heeft Vitens niet gedwaald met betrekking tot de koopovereenkomst. De door Vitens gestelde dwaling houdt slechts verband met de registratie van het te verkopen waterleidingnetwerk, omdat Vitens bij vergissing de verkeerde tekeningen ter registratie heeft aangeboden.
5.15.
Artikel 6:228 lid 1 BW is in dit geval niet van toepassing, aldus Deltaborgh c.s.
Zij heeft immers aan Vitens geen onjuiste inlichtingen over het waterleidingnetwerk verstrekt en daarover ook niets verzwegen. Indien en voor zover Vitens heeft gedwaald, dient die dwaling op de voet van artikel 6:228 lid 2 BW in de omstandigheden van dit geval voor rekening van Vitens zelf te blijven, omdat zij haar ter registratie aangeboden tekeningen niet of onvoldoende had gecontroleerd.
5.16.
De rechtbank beoordeelt het beroep op dwaling als volgt. Vitens heeft bij dagvaarding (randnummer 61) onbetwist gesteld, dat zij nooit drinkwaterleidingen zou willen en mogen verkopen. Deltaborgh c.s. is niet op deze stelling ingegaan. De rechtbank neemt daarom aan dat dit juist is.
5.17.
Eveneens is onbetwist, dat de door Vitens gemaakte fout met de ter registratie aangeboden tekeningen inhoudelijk slechts hier op neerkwam, dat was verzuimd om uit die tekeningen (althans uit het digitale equivalent daarvan) de toen voor drinkwater gebruikte leidingen te verwijderen. Als dat wel op tijd was gedaan, zou op de tekeningen alleen een netwerk van tot die tijd slechts voor industriewater gebruikte leidingen zijn overgebleven.
5.18.
De rechtbank gaat er daarom vanuit dat, als Vitens dit bij tijdige controle voor de registratie van de tekeningen zou hebben geconstateerd, zij de tekeningen zou hebben gecorrigeerd zoals voormeld. Immers, in het gehele procesdossier ontbreekt elke aanwijzing, dat Vitens aan Deltaborgh c.s. ooit voor drinkwater gebruikte leidingen heeft willen verkopen.
5.19.
Dat Vitens indertijd meende dat zij slechts een netwerk registreerde van voor industriewater gebruikte leidingen, vindt ook steun in artikel 3 van de voor registratie vereiste notariële verklaring:
Artikel 3Het netwerk bestaat uit waterleidingen die dienen voor het transport en de distributie van industriewater.”
5.20.
De rechtbank leidt uit het voorgaande af, dat Vitens ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst een onjuiste voorstelling had omtrent hetgeen het door haar te koop aangeboden geregistreerde netwerk (
“Netwerken Utrecht, sectie W nummer21”) omvatte.
5.21. Die onjuiste voorstelling van zaken bij Vitens rechtvaardigt haar beroep op dwaling. Die dwaling hoeft niet op de voet van artikel 6:228 lid 2 BW op grond van de omstandigheden van het geval voor rekening van Vitens te blijven, ook al omdat de door Vitens gevorderde consequenties daarvan beperkt blijven tot vernietiging van de verkoop en teruglevering van het blijkens de tekeningen relatief kleine deel van het geleverde netwerk, dat door Vitens werd gebruikt voor drinkwatertransport.
5.22.
Deltaborgh c.s. hebben erop gewezen dat het waterleidingnetwerk door
Deltaborgh c.s. is verkocht en geleverd aan Aqua Twente, en dat Aqua Twente daarom op grond van artikel 3:88 BW tegen een daaraan voorafgaande ongeldige overdracht door Vitens aan Deltaborgh c.s. wordt beschermd. Dat betekent, aldus Deltaborgh c.s., dat de overdracht van het waterleidingnetwerk door Deltaborg aan Aqua Twente onaantastbaar is geworden.
5.23.
De rechtbank verwerpt dit argument. Aqua Twente kan niet met succes een beroep doen op de bescherming van artikel 3:88 lid 1 BW. De in die bepaling genoemde
‘vroegere overdracht’ was de levering van het netwerk door Vitens aan Deltaborgh c.s. Die overdracht was in de zin van deze bepaling ongeldig wegens een gebrek aan de titel, die
aan die overdracht ten grondslag lag, namelijk de koopovereenkomst tussen Vitens en Deltaborgh c.s., die wegens dwaling in dit geding (gedeeltelijk) zal worden vernietigd.
5.24.
De rechtbank is voornemens om, na vaststelling van de samenstelling en de omvang van het waterleidingnetwerk, dat Vitens ten tijde van de verkoop gebruikte voor industriewater, de op dwaling gebaseerde subsidiaire vordering in conventie toe te wijzen, met inbegrip van veroordeling van Deltaborgh c.s. tot verlening van medewerking aan teruglevering van de waterleidingen, die ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bij Vitens in gebruik waren als drinkwaterleidingen.
5.25.
Die teruglevering zal, naar valt aan te nemen, concreet gestalte moeten krijgen door vervanging van de nu abusievelijk in de openbare register ingeschreven tekeningen door andere tekeningen, die beantwoorden aan de koopovereenkomst, voor zover die in stand blijft en niet door de rechtbank op grond van de geconstateerde dwaling zal worden vernietigd. Op die alsnog in de registers in te schrijven tekeningen dienen daarop uitsluitend te worden aangegeven de waterleidingen, die Vitens ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst
nietgebruikte voor het transport en/of de distributie van drinkwater.
5.26.
Immers, de verkoop strekte kennelijk tot verkoop van een waterleidingnetwerk dat werd gebruikt voor industriewater. Het ging om het waterleidingnetwerk zoals Vitens dit op 20 juni 2011 in de registers heeft doen inschrijven, maar
zonderde abusievelijk op de toen geregistreerde tekeningen weergegeven waterleidingen, die Vitens ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst gebruikte voor transport en/of distributie van
drinkwater.
5.27.
Het ligt nu eerst op de weg van Vitens om correct aangepaste tekeningen bij akte in het geding te brengen, liefst met een praktisch bruikbare toelichting. Deltaborgh c.s. zal zich daarover vervolgens bij akte kunnen uitlaten. Bij verschil tussen de standpunten zal vervolgens bewijslevering kunnen worden opgedragen.
in reconventie:
5.28.
Ook over de reconventionele eis kan pas worden beslist na vaststelling van de omvang en samenstelling van het leidingnetwerk, dat Vitens ten tijde van de koopovereenkomst gebruikte voor industriewater. Immers, pas dan kan worden beoordeeld of, en zo ja in welke mate, Vitens haar feitelijke leveringsverplichtingen heeft veronachtzaamd en/of inbreuk heeft gemaakt op eigendommen van Aqua Twente.
5.29.
De rechtbank zal daarom ook de procedure in reconventie aanhouden tot na overlegging door Vitens van gecorrigeerde tekeningen en het commentaar van
Deltaborgh c.s. daarop.

6.De beslissing

De rechtbank

in conventie en in reconventie:
6.1.
Verwijst de zaak naar de rolzitting van 20 september 2017 teneinde Vitens in de gelegenheid te stellen om bij akte correct aangepaste tekeningen in het geding te brengen zoals bedoeld in rechtsoverweging 5.27.
6.2.
Houdt iedere overige beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mrs. W.K.F. Hangelbroek, U. van Houten en G.G. Vermeulen en in het openbaar uitgesproken op 23 augustus 2017. [1]

Voetnoten

1.type: