ECLI:NL:RBOVE:2017:2758
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van een vrouw voor witwassen en valsheid in geschrift
Op 11 juli 2017 heeft de Rechtbank Overijssel in Zwolle uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een 44-jarige vrouw uit Amsterdam, die werd verdacht van witwassen van meer dan 350.000 euro via huurpenningen en het gebruik van een vervalst huurcontract. De rechtbank heeft de vrouw vrijgesproken van beide tenlastegelegde feiten. De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek op de openbare terechtzittingen van 29 september 2016 en 27 juni 2017. De officier van justitie, mr. E. van Doorn, had gevorderd tot veroordeling, maar de rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de feiten.
De tenlastelegging omvatte twee feiten: (1) het (medeplegen van) gewoontewitwassen en (2) het (medeplegen van) valsheid in geschrift. De rechtbank overwoog dat de criminele herkomst van de huurpenningen die de verdachte ontving onvoldoende was komen vast te staan. Er waren aanwijzingen dat huurders van de woningen zich met strafbare feiten bezighielden, maar de rechtbank concludeerde dat de verdachte niet op de hoogte was van de criminele herkomst van de geldbedragen.
Wat betreft het tweede feit, het gebruik van een vervalst huurcontract, oordeelde de rechtbank dat niet bewezen was dat de verdachte wetenschap had van de valsheid van het contract. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van opzettelijk gebruik maken van het huurcontract als ware het echt en onvervalst. Gezien deze overwegingen sprak de rechtbank de verdachte vrij van beide tenlastegelegde feiten.