In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, hebben eisers, eigenaren van een pand te [plaats 2], een kort geding aangespannen tegen gedaagden, eigenaren van een belendend pand, vanwege lekkage die zich in hun pand heeft voorgedaan. De lekkage, die op 13 juni 2016 is ontstaan, werd veroorzaakt door een verstopte vergaarbak in de dakgoot van het belendende pand, wat leidde tot schade in het pand van eisers. Eisers hebben gedaagden herhaaldelijk verzocht om de dakgoot te repareren, maar gedaagden hebben hier geen gehoor aan gegeven. Hierdoor hebben eisers kosten gemaakt voor reparaties, die zij nu vorderen van gedaagden.
Tijdens de mondelinge behandeling is vastgesteld dat gedaagden niet verschenen zijn, terwijl eiser 1 wel aanwezig was. De voorzieningenrechter heeft de vordering van eisers beoordeeld en geconcludeerd dat de vordering tot betaling van de reparatiekosten van € 227,48, inclusief btw, voldoende aannemelijk is. De rechter heeft geoordeeld dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld door de gebrekkige toestand van hun dakgoot te laten bestaan, wat heeft geleid tot de lekkage in het pand van eisers.
De voorzieningenrechter heeft de vordering van eisers toegewezen en gedaagden veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast zijn gedaagden ook veroordeeld in de proceskosten van eisers, die zijn begroot op € 1.754,60. Het vonnis is uitgesproken op 17 mei 2017.