ECLI:NL:RBOVE:2017:241
Rechtbank Overijssel
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening ambtenaar gemeente Haaksbergen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 23 januari 2017 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoekster, een ambtenaar van de gemeente Haaksbergen, was sinds 10 november 1980 werkzaam in de functie van senior medewerker P&O. Op 23 november 2016 werd zij zonder enige motivering vrijgesteld van haar werkzaamheden met behoud van bezoldiging. De verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing en verzocht om een voorlopige voorziening om terug te keren naar haar werkplek.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het niet in het belang van beide partijen was om de verzoekster terug te laten keren naar de werkvloer voordat er een oplossing was gevonden in het overleg tussen de gemeente en de verzoekster. De rechter benadrukte dat de beslissing om de verzoekster vrij te stellen niet zorgvuldig was voorbereid en onvoldoende was gemotiveerd, maar dat dit niet leidde tot toewijzing van het verzoek om voorlopige voorziening. Beide partijen gaven aan bereid te zijn om in gesprek te gaan over een oplossing, en de voorzieningenrechter achtte het niet raadzaam dat de verzoekster in afwachting van de beslissing op bezwaar terugkeerde naar haar werkplek.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, met de mogelijkheid dat een nieuw verzoek kan worden ingediend als het overleg tussen partijen niet voortgang vindt of als de beslissing op bezwaar te lang op zich laat wachten. De uitspraak is gedaan door mr. P.H. Banda, in aanwezigheid van griffier G. Kootstra, en is openbaar uitgesproken.