In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, betreft het een kort geding tussen een man en een vrouw die eerder gehuwd zijn geweest. De echtscheiding is op 17 mei 2016 ingeschreven. De man vordert dat de vrouw binnen veertien dagen de notariële levering van de voormalig echtelijke woning aan haarzelf bewerkstelligt, alsook dat zij hem ontslaat uit de aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening. Daarnaast vordert hij een schadevergoeding voor inboedelgoederen die beschadigd zijn geraakt. De vrouw heeft verweer gevoerd tegen deze vorderingen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de vrouw onvoldoende voortvarend heeft gehandeld in de levering van de woning, ondanks dat er eerder overeenstemming was bereikt over de toedeling van de woning en de hypothecaire verplichtingen. De vrouw heeft nagelaten om de man tijdig op de hoogte te houden van haar acties met betrekking tot de hypotheek en de notaris, wat heeft geleid tot vertraging in de levering.
Wat betreft de inboedelgoederen is vastgesteld dat de vrouw deze niet op de afgesproken wijze heeft overgedragen, waardoor schade is ontstaan. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vrouw aansprakelijk is voor deze schade en heeft de vorderingen van de man toegewezen, met uitzondering van enkele onderdelen. De vrouw is veroordeeld tot betaling van een voorschot op de schadevergoeding en tot het bewerkstelligen van de notariële levering van de woning binnen een bepaalde termijn. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.