ECLI:NL:RBOVE:2017:2153

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
24 mei 2017
Publicatiedatum
24 mei 2017
Zaaknummer
08/710026-16(P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opruiing via sociale media door verdachte met Turkse achtergrond

Op 24 mei 2017 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 53-jarige man uit Enschede, die werd beschuldigd van opruiing via zijn openbare Facebookpagina. De verdachte had in de periode van 15 juli 2016 tot en met 19 augustus 2016 teksten geplaatst die opriepen tot geweld tegen Gülen-aanhangers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de teksten, die in het Turks waren geschreven, voor een breed publiek toegankelijk waren en dat de verdachte opzettelijk een groter publiek wilde bereiken. De officier van justitie vorderde een taakstraf van 80 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van een maand met een proeftijd van twee jaar. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het tenlastegelegde feit. De rechtbank legde een voorwaardelijke gevangenisstraf van een maand op, met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 80 uur. De rechtbank weegt mee dat de verdachte geen eerdere strafbare feiten had gepleegd, maar dat zijn uitlatingen onrust en angst veroorzaakten binnen de Turkse gemeenschap in Nederland.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/710026-16(P)
Datum vonnis: 24 mei 2017
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1964 in [geboorteplaats] (Turkije),
wonende in [woonplaats] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 12 mei 2017.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. K.J.L. de Valk en van hetgeen door verdachte en de raadsvrouw mr. P.M. Breukink, advocaat te Arnhem, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte in de periode van 15 juli 2016 tot en met 19 augustus 2016 heeft opgeruid tot enig strafbaar feit door berichten op zijn Facebookpagina te zetten.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij op of omstreeks de periode van 15 juli 2016 tot en met 19 augustus 2016
te Enschede, althans in Nederland, in het openbaar mondeling, bij geschrift
en/of bij afbeelding eenmaal of meermalen tot enig strafbaar feit heeft
opgeruid, door
-op een (openbare) facebookpagina de volgende teksten te plaatsen: 'Seninle
reis sonuna kadar,,,Pazara kadar degil,, Mezara kadar,,,Bölücür enschede yi
terkedin..Inleriniz yakilib yikilacak..' (wat vertaald betekent: Kapitein,
[ik sta] tot aan het einde toe naast je.Niet tot aan de marktplaats maar tot
aan de laatste rustplaats Seperatisten, vertrek uit Enschedejullie holen
worden in brand gestoken en afgebroken) en/of
-op een (openbare) facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Bundan
böyle af yok..Ya idam yada halk tarafindan idam yada linç edilsin' (wat
vertaald betekent: in het vervolg geen amnestie meer Of de doodstraf of door
het volk de doodstraf laten uitvoeren of hen lynchen) en/of
-op een (openbare) facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Bu bölücü
vatan hainleri paralelci alçak ?erefsizlere ..Hollanda da yer yok,, Yerlerini
yurtlini yakib yikalim eyyy e schede halki' (wat vertaald betekent: er is
geen plaats meer in Nederland voor deze seperatisten, landverraders,
parallelisten, laaghartige eerloze mensen.Bevolking van Enschede: laten wij
hun onderkomens verbranden en afbreken) en/of
-op een (openbare) facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Asilsin bu
piçler Asilsin,, Enschede de varsa bu böücüler yerleri yurtlari yakilsin
hucummmmmm,,,,Yakalim yikalim' (wat vertaald betekent: laat deze bastaarden
opgehangen worden.De plaatsen en onderkomens van deze seperatisten, als die
ook in Enschede aanwezig zijn, laat ze verbranden Aanvalluuuuhhh. Laten wij ze
verbranden, afbreken).

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Inleiding
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Verdachte heeft op 16 juli 2016 de volgende teksten in de Turkse taal op zijn Facebookpagina geplaatst:
'Seninle reis sonuna kadar,,,Pazara kadar degil,, Mezara kadar,,,Bölücür enschede yi
terkedin..Inleriniz yakilib yikilacak..'
(wat vertaald betekent: Kapitein, [ik sta] tot aan het einde toe naast je.Niet tot aan de marktplaats maar tot aan de laatste rustplaats Seperatisten, vertrek uit Enschede jullie holen
worden in brand gestoken en afgebroken) en
'Bundan böyle af yok..Ya idam yada halk tarafindan idam yada linç edilsin'
(wat vertaald betekent: in het vervolg geen amnestie meer Of de doodstraf of door het volk de doodstraf laten uitvoeren of hen lynchen) en
'Bu bölücü vatan hainleri paralelci alçak ?erefsizlere ..Hollanda da yer yok,, Yerlerini
yurtlini yakib yikalim eyyy e schede halki'
(wat vertaald betekent: er is geen plaats meer in Nederland voor deze seperatisten, landverraders, parallelisten, laaghartige eerloze mensen.Bevolking van Enschede: laten wij
hun onderkomens verbranden en afbreken) en
'Asilsin bu piçler Asilsin,, Enschede de varsa bu böücüler yerleri yurtlari yakilsin
hucummmmmm,,,,Yakalim yikalim'
(wat vertaald betekent: laat deze bastaarden opgehangen worden. De plaatsen en onderkomens van deze seperatisten, als die ook in Enschede aanwezig zijn, laat ze verbranden Aanvalluuuuhhh. Laten wij ze verbranden, afbreken).
4.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de uitlatingen door verdachte op zijn Facebookpagina zijn geplaatst. Dat betreft een niet-afgeschermde profielsite, die voor het algemene publiek toegankelijk was. Het was klaarblijkelijk de bedoeling van verdachte om een groter publiek te bereiken. De officier van justitie acht het tenlastegelegde feit dan ook wettig en overtuigend bewezen.
4.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte van het tenlastegelegde feit moet worden vrijgesproken, omdat de opzet op de openbaarheid bij verdachte ontbreekt. De raadsvrouw heeft daartoe aangevoerd dat verdachte in de veronderstelling verkeerde dat zijn Facebookpagina niet openbaar was en alleen toegankelijk was voor familie en vrienden. Daarnaast blijkt uit het dossier onvoldoende dat de Facebookpagina van verdachte en daarmee de door verdachte op die pagina geplaatste opruiende teksten daadwerkelijk voor het publiek toegankelijk waren.
4.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan.
De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
Zoals hiervoor onder 4.1 reeds is vastgesteld, heeft verdachte de teksten, zoals die zijn tenlastegelegd, op zijn Facebookpagina geplaatst. De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat die teksten opruiend van aard zijn.
De vraag die de rechtbank vervolgens dient te beantwoorden is of deze opruiing in het openbaar heeft plaatsgevonden en in verband daarmee of verdachtes opzet daar ook op was gericht.
Bij de beantwoording van die vraag stelt de rechtbank voorop dat van opruiing in het openbaar sprake is wanneer de opruiing plaatsvindt onder zodanige omstandigheden en op zodanige wijze dat zij tot het publiek is gericht en het publiek er kennis van kan nemen. Het internet kan worden aangemerkt als een openbare plaats, mits het publiek toegang heeft tot de internetpagina waar de teksten zijn weergegeven.
Verdachte heeft de teksten op sociale media, te weten op Facebook, geplaatst. Niet is gebleken dat verdachte een afgeschermde profielsite beheerde. De teksten waren derhalve voor iedereen toegankelijk, getuige ook het feit dat aangever [aangever] geen directe band – in de zin van familie of vriendenkring – met verdachte heeft en wel kennis heeft genomen van de teksten op verdachtes Facebookpagina. Door gebruik te maken van internet heeft verdachte welbewust gekozen voor een medium met een groot potentieel publieksbereik. Gelet op de inhoud, de bewoordingen en de context waarin de teksten zijn vervat, is de rechtbank van oordeel dat deze niet enkel waren bedoeld voor verdachtes familie in Turkije en voor zijn vrienden, maar dat het de bedoeling van verdachte was om een groter publiek te bereiken, zodat zijn opzet daar ook op was gericht. De rechtbank verwerpt dan ook het verweer van de raadsvrouw.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage genoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat:
hij op 16 juli 2016 te Enschede in het openbaar bij geschrift meermalen tot enig strafbaar feit heeft opgeruid, door
-op een openbare Facebookpagina de volgende teksten te plaatsen: 'Seninle
reis sonuna kadar,,,Pazara kadar degil,, Mezara kadar,,,Bölücür enschede yi
terkedin..Inleriniz yakilib yikilacak..' (wat vertaald betekent: Kapitein,
[ik sta] tot aan het einde toe naast je. Niet tot aan de marktplaats maar tot
aan de laatste rustplaats Seperatisten, vertrek uit Enschede jullie holen
worden in brand gestoken en afgebroken) en
-op een openbare Facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Bundan
böyle af yok..Ya idam yada halk tarafindan idam yada linç edilsin' (wat
vertaald betekent: in het vervolg geen amnestie meer Of de doodstraf of door
het volk de doodstraf laten uitvoeren of hen lynchen) en
-op een openbare Facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Bu bölücü
vatan hainleri paralelci alçak ?erefsizlere ..Hollanda da yer yok,, Yerlerini
yurtlini yakib yikalim eyyy e schede halki' (wat vertaald betekent: er is
geen plaats meer in Nederland voor deze seperatisten, landverraders,
parallelisten, laaghartige eerloze mensen. Bevolking van Enschede: laten wij
hun onderkomens verbranden en afbreken) en
-op een openbare Facebookpagina de volgende tekst te plaatsen: 'Asilsin bu
piçler Asilsin,, Enschede de varsa bu böücüler yerleri yurtlari yakilsin
hucummmmmm,,,,Yakalim yikalim' (wat vertaald betekent: laat deze bastaarden
opgehangen worden. De plaatsen en onderkomens van deze seperatisten, als die
ook in Enschede aanwezig zijn, laat ze verbranden. Aanvalluuuuhhh. Laten wij ze
verbranden, afbreken).
De rechtbank heeft de in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 131 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op het misdrijf:
het in het openbaar, bij geschrift opruien tot enig strafbaar feit, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het feit wordt veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 80 uren subsidiair 40 dagen hechtenis en een gevangenisstraf voor de duur van een maand voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat aan verdachte een taakstraf moet worden opgelegd waarvan een deel voorwaardelijk, gelet op het feit dat hij in het verleden veel heeft meegemaakt en het verdachte heel erg hoog zit dat het door hem gedoneerde geld voor het plegen van de coupe zou zijn gebruikt.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan opruiing door, kort na de couppoging in Turkije op 15 juli 2016, op zijn openbare Facebookpagina teksten te plaatsen, waarin hij heeft opgeroepen tot geweld tegen Gülen-aanhangers. Juist toen de gemoederen hoog opliepen in Turkije, heeft verdachte door zijn teksten op Facebook te plaatsen olie op het vuur gegooid en daardoor onrust veroorzaakt binnen de Turkse gemeenschap in Nederland. Veel mensen binnen de Turkse gemeenschap in Nederland, mensen die bekend staan als Gülen-aanhangers, zijn bang geweest voor represailles vanwege de couppoging waar Gülen achter zou zitten. Door zijn handelen heeft verdachte bijgedragen aan die angst en gevoelens van onrust en onveiligheid veroorzaakt in de samenleving. De rechtbank rekent dit verdachte aan. Daarnaast rekent de rechtbank verdachte aan dat hij zich geen rekenschap heeft gegeven van het feit dat het plaatsen van dergelijke teksten anderen kan aanzetten tot het daadwerkelijk plegen van strafbare feiten.
De rechtbank heeft voorts acht geslagen op het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van verdachte van 10 januari 2017, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder met politie en justitie in aanraking is geweest.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat aan verdachte een gevangenisstraf en een taakstraf moet worden opgelegd. De rechtbank zal die gevangenisstraf voorwaardelijk doen zijn om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst nieuwe strafbare feiten te plegen.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op het hiervoor genoemde wetsartikel. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
  • verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
  • verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
  • verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
s
trafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
straf
  • veroordeelt verdachte tot een
  • bepaalt dat deze gevangenisstraf
  • de rechtbank kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
  • stelt als
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
  • veroordeelt verdachte tot een
  • beveelt, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T.C. Jordaans, voorzitter, mr. C.C.S. Koppes en
mr. S.H. Peper, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B.M. Hoek, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 24 mei 2017.
Buiten staat
Mr. Jordaans is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland met nummer 2016409274. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangever] van 24 augustus 2016, pagina’s 48 en 49, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Ik doe aangifte van bedreiging met dood, marteling, wraak op familieleden. Ik wil de aangifte doen tegen [verdachte] , adresgegevens onbekend. [verdachte] heeft foto;s met bijbehorende teksten op zijn tijdlijn op Facebook geplaatst. Deze teksten zijn in de Turkse taal. [verdachte] roept hiermee op om Gulen-sympathisanten ofwel landverraders te doden en te martelen. Ik voel mij door deze uitlatingen bedreigd en ben bang dat iemand mij aangeeft bij de kliklijn in Turkije omdat ik, en ook mijn gezin, Gulen-sympathisanten zijn. Ik durf niet meer naar Turkije te reizen omdat ik bang ben dat ik opgepakt ga worden en mogelijk dat ik gevangen wordt gezet of gemarteld of vermoord.
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant] van 26 september 2016, met bijlagen, pagina’s 108, 113, 114, 115, 124, 125 en 126, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op donderdag 22 september 2016 werden de berichten van verdachte [verdachte] , welke hij op 16 juli 2016 geplaatst had op zijn eigen tijdlijn van Facebook verstrekt aan de vertaler.
[screenshot Facebook]
[screenshot Facebook]
[screenshot Facebook]
[screenshot Facebook]
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 12 mei 2017, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
U houdt mij de door mij geschreven teksten op mijn Facebookpagina en de vertaling daarvan voor, zoals die ook aan mij zijn tenlastegelegd. Ik zeg daarop dat ik die teksten op Facebook heb geplaatst.