3.1.Twickelrand vordert dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
primair:
I. Rodelta zal veroordelen om aan Twickelrand ten titel van huur maandelijks, steeds uiterlijk op de eerste dag van de maand waarop het bedrag betrekking heeft, te betalen:
a. een bedrag ter hoogte van € 8.066,67 voor iedere maand in de periode van 1 december 2016 tot en met 31 juli 2017;
b. een bedrag ter hoogte van € 8.570,83 voor iedere maand in de periode van 1 augustus 2017 tot en met 31 juli 2018;
c. een bedrag ter hoogte van € 8.570,83 voor iedere maand in de periode van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2020, jaarlijks (voor het eerst op 1 augustus 2018) vermeerderd met indexering overeenkomstig artikel 17.1 tot en met 17.4 van de Algemene bepalingen 2015.
II. Rodelta te veroordelen om het gehuurde in de periode van 1 december 2016 tot en met 31 juli 2020 daadwerkelijk, geheel, behoorlijk en zelf te gebruiken overeenkomstig de in de huurovereenkomst aangegeven bestemming, waarbij zij het gehuurde voorziet en voorzien houdt van voldoende inrichting en inventaris, een en ander conform de mondelinge en schriftelijke aanwijzingen die door of namens Twickelrand in het belang van een behoorlijk gebruik van het gehuurde en van de binnen- en buitenruimten, installaties en voorzieningen van het gehuurde gegeven zullen worden,
Met bepaling dat, indien Rodelta aan de krachtens deze vordering uitgesproken veroordeling niet voldoet, zij aan Twickelrand een dwangsom verbeurt ter hoogte van € 5.000,00 per dag of gedeelte van een dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum van € 1.000.000,00;
en subsidiair:
III. Rodelta te veroordelen om aan Twickelrand ten titel van voorschot op schadevergoeding maandelijks, steeds uiterlijk op de eerste dag van de maand waarop het bedrag betrekking heeft, te betalen:
a. een bedrag ter hoogte van € 8.066,67 voor iedere maand in de periode van 1 december 2016 tot en met 31 juli 2017;
b. een bedrag ter hoogte van € 8.570,83 voor iedere maand in de periode van 1 augustus 2017 tot en met 31 juli 2018;
c. een bedrag ter hoogte van € 8.570,83 voor iedere maand in de periode van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2020, jaarlijks (voor het eerst op 1 augustus 2018) vermeerderd met indexering overeenkomstig artikel 17.1 tot en met 17.4 van de Algemene bepalingen 2015.
en voorts, in beide gevallen:
IV. Rodelta te veroordelen in de kosten van de procedure, alsmede de nakosten en de wettelijke rente