Uitspraak
Rechtbank Overijssel
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsoverwegingen
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
opzettelijk handelen in strijd met een gedragsaanwijzing, gegeven krachtens artikel 509hh, eerste lid, onderdeel b, van het Wetboek van Strafvordering.
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
9.De vordering tenuitvoerlegging
10.De toegepaste wettelijke voorschriften
11.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
trafbaarheid verdachte
- veroordeelt verdachte tot een
- beveelt, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
- beveelt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste 60 in verzekering of voorlopige hechtenis doorgebrachte dagen, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de politierechter te Middelburg van 3 maart 2016 met parketnummer 02/249080-15 voorwaardelijk opgelegde
geldboete ten bedrage van € 500,00.